Wat: De Docent zegt een woord, en geeft de beurt aan iemand.
Diegene zegt een woord in het Engels waar hij/zij aan denk bij dat woord. Mag en kan alles zijn! Zolang het geen vloekwoord is. Die geeft de beurt aan iemand anders en die vertelt dan zijn/haar Engelse woord waar hij/zij aan denkt, etc.