6.1 Vergrotingsfactor deel 2

6.1 Vergrotingsfactor
Camera aan/ microfoon uit
Leerwerkboek blz. 59
Online wiskunde inloggen
Inloggen LessonUp
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

6.1 Vergrotingsfactor
Camera aan/ microfoon uit
Leerwerkboek blz. 59
Online wiskunde inloggen
Inloggen LessonUp

Slide 1 - Tekstslide

Het plan van de les:


- Vorige les herhalen

Rekenen met de vergrotingsfactor

- Theorie: Verkleinen (kader)

- Samenvatting H 6.1

-Huiswerk & zelfstandig werk

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik kan de vergrotingsfactor berekenen (= beeld : origineel)
Ik kan rekenen met de vergrotingsfactor
Ik kan verkleinen (Kader)

Slide 3 - Tekstslide

Vergrotingsfactor
AB = 2 cm (origineel)
A'B' = 3 cm (beeld)

Vergrotingsfactor = 3 : 2 = 1,5 


Vergrotingsfactor = lengte beeld : lengte origineel

Slide 4 - Tekstslide

Van deze foto wordt een poster gemaakt. De poster wordt 96 cm breed. Met welke som reken ik de vergrotingsfactor uit?
A
vergrotingsfactor= 12 : 96
B
vergrotingsfactor= 96 : 12
C
vergrotingsfactor= 8 : 96
D
vergrotingsfactor= 96 : 8

Slide 5 - Quizvraag

Bereken de vergrotingsfactor.
Schrijf je berekening op.

Slide 6 - Open vraag

Rekenen met de vergrotingsfactor

Slide 7 - Tekstslide

Maud wil een foto vergroten met
vergrotingsfactor 3. De oude foto was 10 bij 15 cm. Wat zijn de nieuwe maten?
A
30 bij 45 cm
B
13 bij 18 cm
C
30 bij 15 cm
D
10 bij 45 cm

Slide 8 - Quizvraag

Leerdoelen
Ik kan de vergrotingsfactor berekenen (= beeld : origineel)
Ik kan rekenen met de vergrotingsfactor
Ik kan verkleinen (Kader)

>>> Basis: Huiswerk 6.1 maken 3 t/m 17

Slide 9 - Tekstslide

Verkleinen
Vergrotingsfactor = b : o
10 :15 = 0,67
De factor is 0,7 afgerond

Dat is kleiner dan 1, dus het beeld wordt kleiner
beeld
origineel

Slide 10 - Tekstslide

Vergrotingsfactor
> 1 dan vergroting
= 1 dan verandert er niks 
< 1 dan verkleining

Slide 11 - Tekstslide

De factor bereken je met  > Beeld : Origineel 
> foto D : foto C  
> 4 : 8 = 0,5

De factor is tussen 0 en 1.
Het origineel wordt kleiner.

Slide 12 - Sleepvraag

Van een foto van twee watervogels maak ik een verkleining. Wat is de vergrotingsfactor?
A
1,78
B
0,56
C
35000
D
Deze kun je niet uitrekenen. Er is te weinig informatie

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de vergrotingsfactor van 3 naar 4 ?

Slide 14 - Tekstslide

Samenvatting
Origineel: Beginsituatie, 1e figuur, werkelijkheid/echt
Beeld: Eindsituatie, 2e figuur, schaal/nep
Factor tussen 0 en 1 als het beeld kleiner wordt.

Een vergroting van A naar B:
A is het origineel, B is het beeld.

Slide 15 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik kan de vergrotingsfactor berekenen (= beeld : origineel)
Ik kan rekenen met de vergrotingsfactor
Ik kan verkleinen (Kader)

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk 6.1
Basis: maken opdracht 3 t/m 17
Kader: maken opdracht 3 t/m 21
Leerwerkboek blz. 59

Slide 17 - Tekstslide