In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Atomen stellen we voor als bolletjes met
een elementsymbool.
De elementen kunnen we samenvoegen tot moleculen.
CO2
Molecuultekening
Meerdere moleculen worden weergegeven met
het coëfficiënt. Dit getal komt voor het molecuul te staan.
Hier is de coëfficiënt 5
dus 5CO2
Uit hoeveel moleculen en atomen (per soort en totaal) bevatten de volgende opgaven:
moleculen atomen per soort totaal atomen
O2
H2O
4CH4
Uit hoeveel moleculen en atomen (per soort en totaal) bevatten de volgende opgaven:
moleculen atomen per soort totaal atomen
O2 1 2x O 2
H2O 1 2x O 1x H 3
4CH4 4 4x C 16x H 20
7 42x C 84x H 42x O 168
In het periodiek systeem staan alle elementen genoemd. De naam van een element begint altijd met een hoofdletter. De naam van een element kan uit 1 of uit 2 letters bestaan. Wanneer de naam uit 2 letters bestaat, is de tweede letter altijd een kleine letter.
Let dus goed op hoofdletters en
kleine letters.
H = waterstof
He = helium
De moleculen van deze atomen bestaat altijd uit twee dezelfde atomen: