Havo 2 par. 4.1. Wat kan de aarde aan?

Welkom! 
Welkom!
Boek, aantekenblad, pen en Chromebook op tafel
Log vast in bij LessonUp - zie code linksonder
Tas op de grond
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom! 
Welkom!
Boek, aantekenblad, pen en Chromebook op tafel
Log vast in bij LessonUp - zie code linksonder
Tas op de grond

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
  • Mededeling over repetitie hoofdstuk 3
  • Lezen par. 4.1
  • Bespreken 4.1 (deel 1)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen 4.1
  1. Je kent de betekenis van de begrippen uit paragraaf 4.1.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

NATUURLIJKE HULPBRONNEN
Wat zijn natuurlijke hulpbronnen?

Wat is het probleem van natuurlijke hulpbronnen?

Wat zijn natuurlijke hulpbronnen?


Natuurlijke hulpbronnen
Grondstoffen die gewoon aanwezig zijn op aarde zonder dat wij mensen daar iets voor hoeven te doen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Natuurlijke
hulpbronnen

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fossiele brandstoffen
Welke fossiele
brandstoffen ken je?




Waar worden fossiele brandstoffen allemaal voor gebruikt?

Slide 7 - Tekstslide

Steenkool, aardolie (boorplatform Noordzee) en aardgas.
Geef aan of de bewering goed of fout is door dit naar de letter naast de zin te slepen.
a) Aardolie en aardgas zijn fossiele brandstoffen.
b) Windenergie en steenkool zijn fossiele brandstoffen. 
c) Fossiele brandstoffen zijn ontstaan uit dieren en planten.
d) De voorraad fossiele brandstoffen raakt nooit op.
R16
a
b
c
d
goed
goed
goed
goed
fout
fout
fout
fout

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Vraag 2 wordt gemaakt (blz. 174)

Hiervoor krijg je 5 minuten. Daarna wordt de opdracht nagekeken.



Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veel natuurlijke hulpbronnen raken op. Dat gaat steeds sneller:
  1. Wereldbevolking groeit
  2. De welvaart neemt toe
  3. Levensverwachting stijgt
Draagkracht
Vermogen van de aarde om alle mensen te kunnen laten leven en wonen

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Duurzaam consumeren/ produceren
Duurzaam produceren 
Duurzaam consumeren
Consumeren zonder dat dit nadelig is voor mens en milieu
Producten worden geproduceerd op een manier waarbij het milieu zo min mogelijk wordt belast tijdens het productieproces
Milieu-uitputting           voorkomen door hernieuwbare grondstoffen te gebruiken en: 
Het opraken van de natuurlijke hulpbronnen door menselijk gebruik

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Vraag 3 wordt gemaakt (blz. 174)

Hiervoor krijg je 7 minuten. Daarna wordt de opdracht nagekeken.



Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voordelen groene energie (stroom)
  • Deze bronnen raken niet op
  • Weinig schadelijk voor milieu: er komt geen CO2 vrij, minder vervuilende afvalstoffen
Nadelen groene energie (stroom)
  • Productie is niet altijd zeker
  • Opslag van 'teveel' energie is nog lastig
  • Bij productie van o.a. windmolens en zonnepanelen worden nog fossiele brandstoffen gebruikt
Groene stroom
Stroom dat is opgewekt door hernieuwbare energiebronnen zoals zonne-energie, windenergie en waterenergie

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zonne-energie

Zonne-energie is te gebruiken voor:
  1. Zonnepanelen-zetten zonne-energie om in stroom.
  2. Zonnecollectoren-zetten zonne-energie om in warmte.


Voordelen
  1. Milieuvriendelijk - geen CO2 uitstoot
  2. Je kunt het opgewekte stroom dat je overhoud verkopen
  3. Je krijgt subsidie als je zonne-energie opwekt
  4. Huizen worden tegenwoordig meer waard met zonnepanelen
  5. Na verloop van een aantal jaar is  zijn de gemaakte kosten terugverdiend.
Nadelen
  1. Zonnepanelen plaatsen kost best veel geld en moeten door bedrijven geplaats worden
  2. Het is zichtbaar op je woning
  3. Je meterkast moet aangepast worden
  4. Onderhoud van de panelen. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de plaats met klimaatgrafiek Y is de opbrengst van de zonnepanelen hoger dan in de plaats met klimaatgrafiek X. Geef hier vanuit de bron de oorzaak.

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Windenergie
Voordelen
  • raakt nooit op
  • geen vervuiling - geen CO2 uitstoot
  • Veel wind in NL
Nadelen
  • waait niet altijd even hard
  • horizon vervuiling
  • Niemand wil ze in de achtertuin (NIMBY)
  • Lawaai
  • Gevaarlijk voor volgels 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bekijk de afbeelding.
1. Welke ontwikkeling is zichtbaar als je kijkt naar de de hoogte van de windmolens?

2. Geef een verklaring voor deze ontwikkeling.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Water
Hydro-elektriciteit - elektriciteit opwekken door stromend water.

Stuwdammen
Nodig: hoogteverschillen (reliëf). Dus in bergachtige gebieden is dit mogelijk.

Voordelen: energie is duurzaam, geen CO2 uitstoot

Nadelen: verlies landbouwgrond, verlies leefgebied mens en dier, zwemroute vissen onderbroken, sedimenten zakken in stuwmeer.
Getijdenenergie
Energie opwekken door gebruik te maken van eb en vloed.

Voordeel (naast die van stuwdammen) is dat je altijd eb en vloed hebt.

Nadeel: alleen mogelijk daar waar het verschil tussen eb en vloed groot genoeg is.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geef een voordeel van getijdenenergie ten opzichte van windenergie

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Vraag 4, 5 en 6 worden gemaakt.

Start met opdracht 5 voor de atlasopgaven. Pak de 56e editie.



Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies