In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Hoe voelen we ons vandaag?
😒🙁😐🙂😃
Slide 1 - Poll
Wat gaan we doen vandaag?
1. Omzet, brutowinst, nettowinst
2. Brutowinstmarge, nettowinstmarge
3. Marketingplan: 4 P's / Swot-analyse
4. Balans
5. Btw
6. Afsluiting
Slide 2 - Tekstslide
Ik verkoop mondkapjes (inkoopprijs €1,95). Ik heb een winkel in Purmerend (€750,- per maand). Ik heb één medewerker in dienst (€900,- per maand). De energierekening bedraagt €1300,- per jaar. De overige bedrijfskosten zijn €1100,- per maand. In januari verkoop ik 2000 mondkapjes à €8,95 p/st. Bereken de nettowinst.
Slide 3 - Open vraag
Ik ga fruitsalade verkopen op school. De inkoopprijs is €2,75 per bakje. Ik wil een brutowinst behalen van 50%. Wat moet de verkoopprijs worden?
Slide 4 - Open vraag
Omzet, brutowinst, nettowinst
Omzet (=verkoopprijs x afzet)
Inkoopwaarde v.d. omzet - (=inkoopprijs x afzet)
Brutowinst
Bedrijfskosten -
Nettowinst
Slide 5 - Tekstslide
Ik verkoop mondkapjes (inkoopprijs €1,95). Ik heb een winkel in Purmerend (€750,- per maand). Ik heb één medewerker in dienst (€900,- per maand). De energierekening bedraagt €1300,- per jaar. De overige bedrijfskosten zijn €1100,- per maand. In januari verkoop ik 2000 mondkapjes à €8,95 p/st. Bereken de brutowinstmarge.
Slide 6 - Open vraag
Ik verkoop mondkapjes (inkoopprijs €1,95). Ik heb een winkel in Purmerend (€750,- per maand). Ik heb één medewerker in dienst (€900,- per maand). De energierekening bedraagt €1300,- per jaar. De overige bedrijfskosten zijn €1100,- per maand. In januari verkoop ik 2000 mondkapjes à €8,95 p/st. Bereken de nettowinstmarge.
Slide 7 - Open vraag
Bruto- en nettowinstmarge
Brutowinstmarge = brutowinst / omzet x 100%
Nettowinstmarge = nettowinst / omzet x 100%
Slide 8 - Tekstslide
Marketingplan
Slide 9 - Woordweb
Een onderneming plaatst een winactie op Instagram. Om kans te maken op een gratis product, moeten deelnemers een reactie plaatsen. Deze actie valt in de marketingmix onder:
A
Product
B
Promotie
C
Plaats
D
Prijs
Slide 10 - Quizvraag
Waar staan de letters in SWOT-analyse voor?
Slide 11 - Open vraag
Een ondernemer is bezig een SWOT-analyse op te stellen. ‘De concurrent heeft vorige maand zijn prijzen verlaagd’ valt in deze analyse onder ...
A
Sterktes
B
Kansen
C
Zwaktes
D
Bedreigingen
Slide 12 - Quizvraag
Wat moet er bij A, B en C staan?
Slide 13 - Open vraag
Je verkoopt op rekening voor €550,- mondkapjes. Inkoopwaarde v.d. omzet is € 275,- Welke posten veranderen er op de balans en met hoeveel?
Slide 14 - Open vraag
Je gaat uiteten in een restaurant. De rekening is €127,- incl. 9% btw. Hoeveel is de rekening excl. btw?
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.