4.1 Snelheid - 1

Beweging  
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScienceMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Beweging  

Slide 1 - Tekstslide

Beweging

Slide 2 - Woordweb

Waarom ben je nu sneller/langzamer?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Link

Google Maps
Plan je reis naar huis
- Hoe lang doe je erover om te voet te gaan? 
- Hoe lang doe je erover om met de fiets te gaan?
- Hoe lang doe je erover om met de auto te gaan?

- Wat is de afstand naar huis?

Slide 5 - Tekstslide

Snelheid
Als je loopt leg je in één uur ongeveer 5 kilometer af.

Slide 6 - Tekstslide

Snelheid
Als je fietst leg je in één uur ongeveer 15 kilometer af.

Slide 7 - Tekstslide

Snelheid
Een vliegtuig legt in één uur ongeveer 1000 kilometer af.

Slide 8 - Tekstslide

Snelheid
Ruimteschepen leggen elke seconde een paar kilometer af.


Slide 9 - Tekstslide

gemiddelde snelheid
Als je op een scooter rijdt dan rij je niet altijd met dezelfde snelheid

Slide 10 - Tekstslide

gemiddelde snelheid
De gemiddelde snelheid bereken je door de afgelegde afstand te delen door de tijd die hiervoor nodig is.

De gemiddelde snelheid wordt uitgedrukt in:
-kilometer per uur (km/h).
-meter per seconde (m/s).

Slide 11 - Tekstslide

gemiddelde snelheid
Peter loopt in 2 uur 8 kilometer.
In één uur loopt hij dus 8 / 2 = 4 kilometer.
Zijn snelheid is dus 4 km/h.

Slide 12 - Tekstslide

gemiddelde snelheid
Een auto heeft een gemiddelde snelheid van 50 km/h.

In een uur rijdt deze auto dus 50 km.
En in een half uur 50/2 = 25 km


Slide 13 - Tekstslide

verhoudingstabel
Een schaatster rijdt een ronde van
400 m in een tijd van 32 seconde. 
Bereken de gemiddelde snelheid in m/s. 


Gegeven: afstand = 400 m
                  tijd = 32s
Gevraagd: gemiddelde snelheid?
Berekening:



Antwoord: de gemiddelde snelheid is 12,5 m/s.

: 32
: 32

Slide 14 - Tekstslide

Welke grootheden moet je weten om de gemiddelde snelheid te kunnen berekenen
A
meter en tijd
B
kilometer en uur
C
afstand en tijd
D
meter en seconde

Slide 15 - Quizvraag

Welke eenheden moet je weten om de gemiddelde snelheid te kunnen berekenen
A
meter en uur
B
kilometer en uur
C
kilometer en seconde
D
afstand en tijd

Slide 16 - Quizvraag

Een auto rijdt in 3,5 uur van Groningen naar Maastricht.
De afgelegde afstand is 321 km.
Bereken de gemiddelde snelheid.
A
1123 km/h
B
112.3 km/h
C
91 km/h
D
96 km/h

Slide 17 - Quizvraag

Mo rijd van huis naar school. Deze rit is 4,5 km lang en duurt 10 minuten. Bereken de gemiddelde snelheid

A
450 km/h
B
0.45 km/h
C
27 km/h
D
45km/h

Slide 18 - Quizvraag

Aan de slag!
Maak opgaven 1, 3, 4, 5 en 9

paragraaf 4.1
blz 117-118

Slide 19 - Tekstslide