Les 2 - KA 9 Verspreiding van het christendom

De verspreiding van het Christendom in heel Europa
KA 9
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

De verspreiding van het Christendom in heel Europa
KA 9

Slide 1 - Tekstslide

8.6 ​Neemt Tacitus een positieve of een negatieve houding aan tegenover de christenen in dit tekstfragment? Leg je antwoord uit.
Huiswerk ka 8: 
De ontwikkeling van het jodendom en het christendom als eerste monotheïstische godsdiensten

Slide 2 - Tekstslide

8.6 ​Neemt Tacitus een positieve of een negatieve houding aan tegenover de christenen in dit tekstfragment? Leg je antwoord uit.

Huiswerk ka 8: 
De ontwikkeling van het jodendom en het christendom als eerste monotheïstische godsdiensten
Een negatieve. Hij noemt het een verderfelijke godsdienst (regel 7). Bovendien zegt hij indirect dat het christendom afschuwelijk en schaamteloos is (regel 9)

Slide 3 - Tekstslide

8.7 Tacitus gebruikte vaak zijn geschriften om via een onderwerp kritiek te leveren op de Romeinse maatschappij of de Romeinse politiek. Ook hier doet hij dat: de tekst gaat over de vervolging van christenen, maar terloops geeft Tacitus ook op andere terreinen kritiek. Welke twee punten van kritiek komen hier naar voren, naast de kritiek op de christenen?

Slide 4 - Tekstslide

8.7 Tacitus gebruikte vaak zijn geschriften om via een onderwerp kritiek te leveren op de Romeinse maatschappij of de Romeinse politiek. Ook hier doet hij dat: de tekst gaat over de vervolging van christenen, maar terloops geeft Tacitus ook op andere terreinen kritiek. Welke twee punten van kritiek komen hier naar voren, naast de kritiek op de christenen?
- Kritiek op Nero, hoe hij met de christenen omging. Tacitus vermoedt dat hij om zelf aan de beschuldiging van brandstichting te ontkomen de christenen de schuld gaf, en dat hij hun straffen extra wreed maakte voor zijn eigen vermaak.​ ​
- Kritiek op de stad Rome, een stad die volgens Tacitus aantrekkelijk is voor alles wat slecht en schandelijk is. (r 8-9)

Slide 5 - Tekstslide

8.8 ​Beargumenteer of Tacitus’ beeld van de christenen representatief was voor alle inwoners van het rijk.
Representativiteit betekent dat je bekijkt of een bron overeenkomt met het algehele beeld over een gebeurtenis of ontwikkeling. Is dat niet zo? Dan is het een uitzondering en dus niet-representatief.


Slide 6 - Tekstslide

8.8 ​Beargumenteer of Tacitus’ beeld van de
christenen representatief was voor alle inwoners van het rijk.
nee, het is niet representatief want de aanhang van het christendom nam toe, wat aangeeft dat er veel mensen positief over het christendom waren.

Slide 7 - Tekstslide

Een bewering: het christendom had nooit bestaan als het jodendom er niet was geweest.
8.9 ​Ondersteun deze bewering.

Slide 8 - Tekstslide

Een bewering: het christendom had nooit bestaan als het jodendom er niet was geweest.
8.9 ​Ondersteun deze bewering.
Er bestaat een causaal verband tussen het jodendom en christendom; het jodendom bestond eerder en Christus was een jood. De Bijbel heeft veel overgenomen van de Tenach. Had het jodendom niet bestaan, dan had het christendom wellicht ook niet bestaan – of in ieder geval een heel ander karakter gehad.

Slide 9 - Tekstslide

8.10 Leg uit in hoeverre er in de ontwikkeling van het christendom in het Romeinse Rijk sprake was van continuïteit of verandering.

Slide 10 - Tekstslide

8.10 Leg uit in hoeverre er in de ontwikkeling van het christendom in het Romeinse Rijk sprake was van continuïteit of verandering.
Er is vooral sprake van verandering: aanvankelijk druiste het christelijk gelijkheidsideaal in tegen de hiërarchische maatschappij van de Romeinen. Toch veranderde de Romeinse polytheïstische samenleving door het christendom langzaam in een monotheïstische.

Slide 11 - Tekstslide

8.11Leg uit of er wat betreft de positie van het jodendom in het Romeinse Rijk sprake was van continuïteit of verandering.

Slide 12 - Tekstslide

8.11Leg uit of er wat betreft de positie van het jodendom in het Romeinse Rijk sprake was van continuïteit of verandering.
Het rijk van de joden is vermoedelijk aan zijn einde gekomen door de Romeinen, dus er is sprake van een proces van verandering. De samenleving veranderde van een monotheïstische (namelijk joods) naar een polytheïstische.

Slide 13 - Tekstslide

De verspreiding van het Christendom in heel Europa
KA 9

Slide 14 - Tekstslide

Tijd van monniken en ridders

500-1000 n.chr

Slide 15 - Tekstslide

Tijd van monniken en ridders

500-1000 n.chr
Vroege middeleeuwen

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

1. Verklaar de actieve rol van de Friezen in de handel

2. Waar kwamen de missionarissen vandaan? En in welke eeuw?

3. Leg uit waarom de bekering van de Friezen door Willibrord niet een doorslaand succes was.

4. Wat zou helpen om de Friezen wel te dwingen zich te bekeren tot het christendom?

Slide 18 - Tekstslide

aan het werk!
lezen ka 9; de verspreiding van het christendom in heel Europa
maken opdrachten: 9.1 t/m 9.11

Slide 19 - Tekstslide