Stadsecologie

1 / 22
volgende
Slide 1: Video
toegepaste biologieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Kijk de film! Leuk :D
De ecologie van de stad
Lesdoelen: 
Na de les kan je de volgende vragen beantwoorden:
- Wat is stadsecologie?
- Wat maakt de stadsnatuur bijzonder?
- Wat maakt de stad geschikt/ ongeschikt voor natuur?



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk je aan bij 'ecologie'?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Kringlopen

Slide 4 - Tekstslide

- verspreiding, netwerken soorten
- Relaties, biotisch abiotische factoren
- Samenhang symbiotische levensgemeenschappen
- Successie, Climaxsoorten (komen bijna niet voor in de stad)
- Populatiedynamiek

Biotische en Abiotische factoren
- Wat speelt er mee bij het bestaan en gedijen van leven en levensgemeenschappen?



* Voorwaarden voor het bestaan van levende organismen

Slide 5 - Tekstslide

Biotisch:
Soorten: symbiose/ predatie
Voorwaarden: Voedsel!, populatie omvang & dichtheid, verspreidingsgebied, Voortplanting/ Sterfte, Migratie, Ziekten

Abiotisch: 
Klimaat, temp., wind, lucht, licht water, waterkwaliteit
Verbindingsroutes, nest- schuilgelegenheid
Biotoop & Habitat

Slide 6 - Tekstslide

Bepaalde samenstellingen van biotische en abiotische factoren maken samen een biotoop. Binnen een biotoop zijn verschillende habitats te vinden. 
Bijv: Biotoop: Bos
Habitats: Boomkruinen, struiken, waterpartij, kruidlaag, boomstronken
Welke habitats in de stad?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Producenten, consumenten en reducenten

Slide 8 - Tekstslide

Een goed werkend ecosyteem is een samenwerking tussen de verschillende trofische niveaus. Maar dan moet er wel ruimte en mogelijkheid zijn voor deze soorten. De producenten met consumenten zijn belangrijk, maar het kringetje wordt alleen echt rond, als er ook reducenten (schimmels en bacterien) aanwezig zijn.
Biodiversiteit
= "De verscheidenheid van het leven op aarde"
- Soorten
- Genen
- Biotopen

Kijkvraag filmpje: Wat levert het op om VEEL verschillende soorten te hebben?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Kijkvraag: wat levert het nou op om VEEL soorten te hebben?
- planten helpen elkaar
door bijvoorbeeld voedingstoffen en water uit te wisselen of beschikbaar te maken
VEERKRACHT
weinig tot geen ingrepen nodig
Stad als ecosysteem

Slide 11 - Tekstslide

Kasteel carcossonne- vooral moestuin en boomgaard, natuur=woest en gevaarlijk
Pas na 1900 natuurbescherming & waardering
Nog steeds opvatting: "natuur hoort buiten de stad"
Maar nu is er vooral stad en stedelijk gebied
26% natuur in NL  (incl. water)
+ landbouwgronden- minder biodiversiteit
steden- meer biodiversiteit

Kenmerken biotoop ...

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken stad als biotoop

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Soorten afhankelijk van de stad
Synantroop:
Syn- = samen met..
Antropos= Mensen
- Volledig (obligaat) synantroop
-Facultatief synantroop

Slide 14 - Tekstslide

Veel soorten zijn erg toegespitst op het leven in de stad, sommige zijn er zelfs compleet van afhankelijk. Ratten zijn echt onderdeel van de stadsecologie, duiven zijn oorspronkelijk rotsbroeders, maar kunnen dat ook goed op onze neprotsen(gebouwen). Vleermuizen vinden vaak plekjes in kieren en onder dakpannen. Scholeksters zijn veilig voor predatie op de grinddaken van de stad.
Voordelen van een stad
- Warmer, voedsel beschikbaar, geen jacht
- Dynamisch landschap, bouwen, graven, slopen, slepen etc. (in natuur zoals rivieren/ delta's/ getijdenlandschap
afgewisseld met:
- Rustige gebieden, zoals begraafplaatsen, oude stadsparken of stadsbossen, volkstuinen

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorwaarden voor vestiging
- Voedsel
- Veiligheid
- Mogelijkheden voor voortplanting
- Biotopen voor verschillende levensfasen 

Nomadisch gedrag -> Meest succesvolle soorten

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ecosysteemdiensten

Slide 17 - Tekstslide

Waarde toevoegen d.m.v. biodiversiteit
Stadsecologie

Slide 18 - Tekstslide

- stad erkent als biotoop
- Heemtuinen
- Ecologisch/ natuurlijk groenbeheer (goedkoper)
- jaren 80: Stadsecoloog als beroep
> Inventariseren, monitoren & bevorderen natuurlijk beheer in stedelijk groen
> NU (2021) bezig met : Ingrijpen, aanpassen, verbeteren en toevoegen. Oftewel: ontwerpen stadsnatuur
Opdracht
Maak een voedselweb van 1 stadsdier
Zet ook Biotoop en habitat erbij. 
Kijk hoe groot en uitgebreid je het 
web kan maken.
Klaar? Bespreek je voedselweb 
met een klasgenoot.
timer
15:00

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vond je het meest interessant deze les?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kan je de vragen beantwoorden?

- Wat is stadsecologie?
- Wat maakt de stadsnatuur bijzonder?
- Wat maakt de stad geschikt/ ongeschikt voor natuur?

Ga je nu anders kijken naar je ontwerp?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Link

https://geohive.maxar.com/walrus/register?utm_source=news_pr&utm_medium=mediacoverage&utm_campaign=ned_wfs2022&utm_content=ned_wfsv1&pc=