The past

THE PAST

past simple
past continuous
present perfect
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

THE PAST

past simple
past continuous
present perfect

Slide 1 - Tekstslide

Welke vorm gebruik je als:

- iets in het verleden gebeurd is.

Signaal woorden: yesterday, last night/week/month, this morning
A
listened
B
was / were listening
C
have / has listened

Slide 2 - Quizvraag


Welke vorm gebruik je als:

- iets in het verleden begonnen is, en nog nog steeds aan de gang is.
- de FYNE JAS woorden er in staan (for, yet, never, ever - just, already/always, since)
- er geen tijdsbepaling in de zin staat.
 
A
saw
B
was / were seeing
C
have / has seen

Slide 3 - Quizvraag

Welke vorm gebruik je als:

- Iets in het verleden gebeurd is.

- In het Nederlands zeg je dat iemand iets AAN HET doen was.
A
watched
B
was / were watching
C
have / has watched

Slide 4 - Quizvraag

Choose the right answer

Slide 5 - Tekstslide

I _______ to Thailand last year.
A
have gone
B
was going
C
went

Slide 6 - Quizvraag

When I _________ on the phone, my mother __________ home.
A
have chatted - came
B
chatted - came
C
was chatting - came

Slide 7 - Quizvraag

My cousin __________ in England for six months.
A
has been
B
was
C
was being

Slide 8 - Quizvraag

We ______ on ascension day (Hemelvaartsdag).
A
barbecued
B
have barbecued
C
were barbecuing

Slide 9 - Quizvraag

Fill in the correct form

Slide 10 - Tekstslide

FINISH

_______ you _______ your book yet?

Slide 11 - Open vraag

BREAK

Our car _____________ down yesterday.

Slide 12 - Open vraag


EAT - RING

When I ______________ breakfast, my phone suddenly _____________.

Slide 13 - Open vraag

The End

Slide 14 - Tekstslide