In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
programma
Terugblik
lezen en uitleg Ademhaling bij dieren
zelfstandig werken
Afsluiting
Slide 1 - Tekstslide
Terugblik - Huiswerk
Slide 2 - Tekstslide
Zit er in ingeademde lucht minder / evenveel / of meer waterdamp dan in uitgeademde lucht?
A
minder
B
evenveel
C
meer
Slide 3 - Quizvraag
Op welke manier kan het lichaam de luchtpijp afsluiten?
Slide 4 - Open vraag
Wanneer je opzettelijk enige tijd snel en diep adem haalt, verdwijnt de normale ademprikkel en treedt een kortdurende ademstilstand op. Wat gebeurt er dan met de hoeveelheid koolstofdioxide in de lucht in de longblaasjes tijdens die ademstilstand?
A
De hoeveelheid koolstofdioxide neemt af.
B
De hoeveelheid koolstofdioxide blijft gelijk.
C
De hoeveelheid koolstofdioxide neemt toe
Slide 5 - Quizvraag
programma
lezen 1.7
uitleg Ademhaling bij dieren
zelfstandig werken
Afsluiting
Slide 6 - Tekstslide
1.6 H2a
1.7 HM2a
Ademhaling bij dieren
Slide 7 - Tekstslide
opdracht
HM2a: Lezen 1.7 blz 60 tm 62
H2a: Lezen blz. 42 tm 44
timer
7:00
Slide 8 - Tekstslide
Doelstelling
Je kunt beschrijven hoe de gaswisseling plaatsvindt bij verschillende diergroepen.
alle organismen doen aan gaswisseling: ze ademen zuurstof in en koolstofdioxide uit
Slide 9 - Tekstslide
Eencelligen
Bij eencellige dieren vindt de gaswisseling plaats via het celmembraan (diffusie).
Het oppervlak is groot genoeg en het celmembraan is 1 cellaag dik
Slide 10 - Tekstslide
Insecten
Tracheeën zijn luchtbuizen in het lichaam van een insect.
Deze luchtbuizen hebben een opening aan de zijkant van het lichaam. Ze vormen een groot oppervlak door het hele lichaam.
Deze openingen noemen we stigma's.
Het achterlijf maakt pompende bewegingen om de zuurstof in het lijf te verversen.
Slide 11 - Tekstslide
Tracheeën
Insecten halen de zuurstof uit de lucht
Larven die in het water leven hebben een soort van snorkel die boven het water uitsteekt.
De mond wordt alleen gebruikt om mee te eten
Slide 12 - Tekstslide
De ademhaling bij vogels
Bovenzijde van de snavel bevat 2 neusopeningen --> deze eindigd in de neuskamer. Hierin wordt de lucht verwarmd, vochtig gemaakt en hierin ligt het reukzintuig.
Slide 13 - Tekstslide
Neuskamer --> keelholte --> longen
In de longen bevinden zich geen longblaasjes. Buiten de longen bevinden zich luchtzakken.
Lucht stroomt van de achterste luchtzak via de longen naar de voorste luchtzak. Gaswisseling vindt hierdoor sneller plaats
Slide 14 - Tekstslide
Inademing
Uitademing
Vogels
Slide 15 - Tekstslide
Kieuwen
Slide 16 - Tekstslide
Kieuwen
Elke kieuw bestaat uit meerdere kieuwbogen. Hieraan zitten heel veel kieuwplaatjes.
Met de kieuwplaatjes kan de vis de zuurstof opnemen
Slide 17 - Tekstslide
Tegenstroomprincipe
Het bloed in de kieuwen stroomt tegengesteld aan de waterstroom. Hierdoor vindt meer diffusie plaats, omdat de concentratie steeds zo groot mogelijk blijft.
Slide 18 - Tekstslide
www.schooltv.nl
Slide 19 - Link
Slide 20 - Video
Aan het werk
H2a: maken opdrachten bs 1.6
HM2a: maken opdrachten 1.7
Slide 21 - Tekstslide
Afsluiting
Slide 22 - Tekstslide
hoe heet het ademhalingsstelsel van een insect?
A
long
B
kieuw
C
trachee
D
maag
Slide 23 - Quizvraag
hoe halen vissen adem
A
met tracheeën
B
met longen
C
met kieuwen
D
ze halen geen adem
Slide 24 - Quizvraag
Bij het pantoffeldiertje vindt gaswisseling plaats via het celmembraan.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 25 - Quizvraag
Een wesp maakt vaak bewegingen met zijn achterlijf, waarom maakt hij deze bewegingen.
A
Om dat hij ADHD heeft
B
Omdat hij zo zijn vijanden op afstand houdt
C
Omdat hij jeuk heeft
D
Om adem te halen
Slide 26 - Quizvraag
Met welk onderdeel van het ademhalingsstelsel van de mens, is de neuskamer van de vogel te vergelijken
Slide 27 - Open vraag
Bij dit dier vindt gaswisseling via de kieuwen(dolfijnsoort).
A
Juist
B
Onjuist
Slide 28 - Quizvraag
Bij dit dier vindt gaswisseling via de kieuwen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 29 - Quizvraag
Een pad heeft longen, via welk ander orgaan vindt bij een pad ook gaswisseling plaats.