De Sinterklaas Quiz 🎁

De Grote 
Sinterklaasquiz





1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisBasisschoolMiddelbare schoolPraktijkonderwijsVoortgezet speciaal onderwijsvmbo, mavo, havoLeerroute VLLeerroute VB

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

De Grote 
Sinterklaasquiz





Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Wat is de officiële naam van Sinterklaas?
A
Sint Nico
B
Sint Maarten
C
Sint Nicolaas
D
Sinterklaas

Slide 3 - Quizvraag

Waar komt Sinterklaas oorspronkelijk vandaan?
A
Turkije
B
Brazilië
C
België
D
Nederland

Slide 4 - Quizvraag

In welk jaar is Sinterklaas
geboren?

A
342 v.Chr
B
270 n. Chr
C
1889
D
125 v. Chr

Slide 5 - Quizvraag

Wat was het beroep van
Sinterklaas ?
A
Dominee
B
Priester
C
Bisschop
D
Pastoor

Slide 6 - Quizvraag

Op welke datum viert
Sinterklaas zijn jarig?
A
1 december
B
5 december
C
24 december
D
5 november

Slide 7 - Quizvraag

Vanaf de zestiende eeuw werd voor het eerst door kinderen thuis de schoen gezet. Wat kregen zij?
A
Geld
B
Schoolspullen
C
Speelgoed, snoep of zout (vooral jongens)
D
Niets

Slide 8 - Quizvraag

In het dagelijks leven was de
echte Sinterklaas...
A
Paus van het Byzantijnse Rijk
B
Bisschop van Myra
C
Handelaar in Klein Azië

Slide 9 - Quizvraag

Waarom zeggen ze dat Sinterklaas uit Spanje komt?
A
Hij is begraven in Bari. Tijdens de opstand hoorde dat bij Spanje
B
Ze waren in die tijd nog niet zo goed in geografie
C
Hij leefde het grootste deel van zijn leven in Spanje
D
Hij ging vaak op reis naar Spanje

Slide 10 - Quizvraag

Welke snoepgoed hoor je NIET te eten met Sinterklaas?
A
Chocoladeletter
B
Pepernoten
C
Oliebollen
D
Chocolademunten

Slide 11 - Quizvraag

De herkomst van Piet is...

A
een schoorsteenveger
B
bedacht door de tekenaar van een prentenboekje
C
een kindslaaf die door Sint vrijgekocht werd

Slide 12 - Quizvraag

Hoe heet het paard van
Sinterklaas ?
A
Amerigo
B
Rudolf
C
Ozosnel
D
Pedro

Slide 13 - Quizvraag

Uit welk liedje komt de zin:
'Gooi wat in mijn schoentje'
A
Zie de maan schijnt door de bomen....
B
Zie ginds komt de stoomboot....
C
Sinterklaas kapoentje...
D
O, kom maar eens kijken

Slide 14 - Quizvraag

Waarin houdt Sinterklaas bij of je wel lief bent geweest dit jaar?
A
Hij heeft daar een app voor.
B
Dat doet de hoofdpiet voor hem.
C
Op zijn tablet.
D
In het grote boek.

Slide 15 - Quizvraag

De kerstman bestond eerder dan Sinterklaas.

Waar of niet waar?
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Met wat voor een boot komt Sinterklaas naar Nederland?
A
Roeiboot
B
Vrachtschip
C
Stoomboot
D
Zeilboot

Slide 17 - Quizvraag

Wat is zwaarder:
1000 gram pepernoten of
1 kg marsepein?
A
1000 gram pepernoten
B
1 kg marsepein
C
Ze zijn even zwaar
D
1 kg marsepein dat is toch logisch...

Slide 18 - Quizvraag

Sinterklaas draagt een grote ring om één van zijn vingers.

Waar of niet waar?
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Welk woord is
FOUT gespeld?
A
Taajtaaj
B
Pepernoot
C
Marsepein
D
Chocoladeletter

Slide 20 - Quizvraag

Vul de schoenen met het juiste cadeautje

Slide 21 - Sleepvraag

Sinterklaas draagt onder zijn rode jas een witte jurk.

Waar of niet waar?
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Video

Piet heeft 1250 pepernoten, er zijn 50 kinderen, hoeveel krijgt ieder kind?
A
25
B
50
C
12

Slide 24 - Quizvraag

Hoe wordt het hoofddeksel van Sinterklaas ook wel genoemd?

Slide 25 - Open vraag

Maak het liedje af: Hoor de wind waait door de ...

Slide 26 - Open vraag

Welke chocoladeletter wordt het vaakst verkocht?
A
S
B
M
C
P
D
W

Slide 27 - Quizvraag

Sint heeft 50 chocoladeletters, er zijn 5 kinderen, hoeveel letters krijgt een ieder?
A
10
B
5
C
4
D
1

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Link

De grote 
Sinterklaasquiz





Slide 30 - Tekstslide