4. Breuken met letters - 4.1 Optellen en aftrekken

4. Breuken met letters - 4.1 Optellen en aftrekken
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMBOStudiejaar 3,4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

4. Breuken met letters - 4.1 Optellen en aftrekken

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  1. Ik kan letterbreuken met dezelfde noemer optellen en aftrekken.
  2. Ik kan letterbreuken met verschillende noemers optellen en aftrekken, waarbij ik deze eerst gelijknamig maak.
  3. Ik kan letterbreuken gelijknamig maken door gemeenschappelijke factoren in de noemers te gebruiken

Slide 2 - Tekstslide

Gelijknamige breuken
Gelijknamige breuken kun je bij elkaar optellen en van elkaar aftrekken. Dat gaat bij breuken met letters net zo als bij breuken met getallen.

Slide 3 - Tekstslide

Voorbeelden
1.


2. 


3. 
a1+a3=a4
a+baa+bb+c=a+babc
a+baa+bbc=a+bab+c

Slide 4 - Tekstslide

Ongelijknamige breuken
Ongelijknamige breuken maak je eerst gelijknamig. Daarna kun je ze bij elkaar optellen of van elkaar aftrekken.

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeelden
4. 


5. 


6. 
1+yx=yy+yx=yx+y
a1+b2=ab1b+ba2a=abb+ab2a=ab2a+b
x1x+11=x(x+1)1(x+1)(x+1)x1x=x(x+1)x+1x(x+1)x=x(x+1)x+1x=x(x+1)1

Slide 6 - Tekstslide

Gemeenschappelijke factoren in de noemers
Soms staan er in de noemers gemeenschappelijke factoren. je kunt dan op een zuiniger manier gelijknamig maken door de andere factoren met elkaar te vermenigvuldigen. 

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeelden
7.



8.
ab1+ac1=abc1c+acb1b=abcc+b
4a2b76ab25=4a2b3b73b6ab22a52a=12a2b221b12a2b210a=12a2b221b10a

Slide 8 - Tekstslide

Schrijf als een breuk

p3+p5=
A
2p8
B
p28
C
p8
D
p4

Slide 9 - Quizvraag

Schrijf als een breuk
2xa+2xb=
A
2xa+b
B
4xa+b
C
2xab
D
2x+2xa+b

Slide 10 - Quizvraag

Schrijf als een breuk
a+14+a+1a
A
a+14+a
B
14
C
a+14a
D
a+1a+4

Slide 11 - Quizvraag