afschrijvingskosten

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
-Uitleg afschrijvingskosten
-Lineaire afschrijvingskosten
-Percentage van de boekwaarde afschrijvingskosten
-Zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al over afschrijvingskosten?

Slide 3 - Woordweb

Afschrijvingskosten
-Duurzame bedrijfsmiddelen zijn dure aanschaffingen die meerdere jaren worden gebruikt. Deze investering mag je niet op het exploitatiebudget zetten.
-De vermindering van de waarde noem je afschrijving.
-De afschrijving per periode zet je in het exploitatiebudget en noem je afschrijvingskosten.


Slide 4 - Tekstslide

Belastingdienst
De belastingdienst heeft enkele regels opgesteld over afschrijvingskosten:
-Bestendige gedragslijn
-Minimaal vijf jaar afschrijven
-Niet afschrijven op grond
Regels kunnen snel veranderen. Raadpleeg altijd de belastingdienst als je twijfelt over jouw manier van afschrijven

Slide 5 - Tekstslide

Afschrijvingskosten berekenen
De volgende gegevens heb je nodig:
1. De aanschafwaarde -> wat heeft het gekost? (let op de installatiekosten, eventuele notariskosten en de btw)
2. De economische levensduur -> hoe lang gebruik je het?
3. De restwaarde -> hoeveel is het nog waard na de economische levensduur?

Slide 6 - Tekstslide

Lineaire afschrijving
-Altijd een vast percentage van de aanschafprijs
-Wordt vaak gebruikt als onderhoudskosten geen echte rol spelen.
-Ieder jaar reken je een vast bedrag als afschrijvingskosten
Lineaire afschrijving = 

levensduur(aanschafwaarderestwaarde)

Slide 7 - Tekstslide

Lineaire afschrijving
Aanschafprijs
€20.000
Afschrijvingskosten eerste jaar 12%
€2.400
Boekwaarde eind eerste jaar
€17.600
Afschrijvingskosten tweede jaar 12%
€2.400
Boekwaarde eind tweede jaar
€15.200

Slide 8 - Tekstslide

Oefenopgave lineair
Een fabriek schaft een nieuwe machine aan. De aanschafwaarde is €25.000 en de fabriek gaat hier 9 jaar mee werken. Na de 9 jaar is de machine nog €6.000 waard. 
Wat is de afschrijving per jaar en hoeveel is de procentuele afschrijving van de aanschafwaarde per jaar?

Slide 9 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Eerste 5 minuten in stilte, daarna mag je overleggen

Slide 10 - Tekstslide

Percentage van de boekwaarde afschrijvingskosten

-Altijd een vast percentage van de boekwaarde.
-Is realistischer dan 
-Je rekent elk jaar apart uit

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeldopgave
Voor een bestelbusje van €30.000 rekent een bedrijf 9% afschrijvingskosten van de boekwaarde.

Aanschafprijs
€30.000
afschrijvingskosten eerste jaar 9%
€2.700
Boekwaarde eind eerste jaar
€27.300
Afschrijvingskosten tweede jaar 9%
€2.457
Boekwaarde eind tweede jaar
€24.843

Slide 12 - Tekstslide

Oefenopgave
Een ondernemer koopt een machine van €26.000 exclusief btw. Hij schrijft op deze machine 3 jaar lang jaarlijks 12% van de boekwaarde af. 
A: Wat zijn de afschrijvingskosten in het tweede jaar?
B: Wat is de boekwaarde van de auto na deze 3 jaren?

Slide 13 - Tekstslide

Oefenopgave
Aanschafprijs = 26.000
Afschrijving jaar 1 (12% van €26.000) = 26.000 / 100 x 12= €3.120
Boekwaarde na 1 jaar = 26.000 - 3.120,- = € 22.880,-
Afschrijving jaar 2 (12% van €22.800) = 22.880/100 x 12 = €2.745,60
Boekwaarde na 2 jaar = 19.500 - 2.745,60 = €20.134,40
Afschrijving jaar 3 (12% van €20.134,40 = 20.134,40 / 100 x 12= €2.416,13
Boekwaarde na 3 jaar = 20.134,40 - 2.416,13 = €17.718,27

Slide 14 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Vijf minuten in stilte, daarna mag er overlegd worden.

Slide 15 - Tekstslide