MK 4.1 & 4.2

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

MK 4.1 Prikkels en gedrag

• Dominant & onderdanig
• Gedrag

      aangeboren & aangeleerd
      overspronggedrag

• Prikkel
  

      inwendig & uitwendig

• Signaal
  

      overdreven signalen

• Beloning & straf 
• Dreigen
• Emotie

• Ethogram
• Groepsdier
• Handeling
• Imiteren
• Inzicht
• Lichaamstaal
• Oefenen
• Rangorde
• Reflex
• Sperren
• Taakverdeling

Begrippen blz. 167

• Dominant & onderdanig
• Gedrag

      aangeboren & aangeleerd
      overspronggedrag

• Prikkel
  

      inwendig & uitwendig

• Signaal
  

      overdreven signalen

• Beloning & straf 
• Dreigen
• Emotie

• Ethogram
• Groepsdier
• Handeling
• Imiteren
• Inzicht
• Lichaamstaal
• Oefenen
• Rangorde
• Reflex
• Sperren
• Taakverdeling

4.1 Prikkels en gedrag

Inwendige prikkels

Uitwendige prikkels

Leerdoelen 4.1 Prikkels en gedrag:

• Je kunt beschrijven wat gedrag is.
• Je kunt beschrijven waardoor gedrag ontstaat.
• Je kunt uitleggen hoe je gedrag onderzoekt.
• Je kunt vertellen waarom je gedrag onderzoekt.

Hoe is jouw gedrag in de klas?

😒🙁😐🙂😃

Gedrag op het rapport: 

Hoe is jouw gedrag als je naar je gedrag voor het
rapport kijkt? Respectvol omgaan met anderen,
reageren op correcties en vinger opsteken?

😒🙁😐🙂😃

Gedrag = alles wat een mens of dier doet.

Prikkel = verandering in de omgeving of in je lichaam waarop je kunt reageren.

Inwendige prikkel = prikkel vanuit het lichaam van een mens of dier.

Uitwendige prikkel = prikkel die van buiten het lichaam van een mens of dier komt, dus vanuit de omgeving.

Gedrag ontstaat doordat mensen en dieren reageren op inwendige en uitwendige prikkels. Alle reacties op prikkels samen vormen gedrag.

Gedragsonderzoek

Handeling = klein stukje gedrag, gedrag bestaat uit een reeks handelingen.

Ethogram = een lijst met beschrijvingen van de verschillende handelingen van een mens en dier

alles wat een mens/dier doet

verandering in de omgeving/je lichaam waarop je kunt reageren

klein stukje gedrag

een lijst met beschrijvingen van de verschillende handelingen van een mens/dier

prikkel vanuit het lichaam van een mens/dier

prikkel die van buiten het lichaam van een mens/dier komt

Ethogram

Gedrag

Handeling

Inwendige prikkel

Prikkel

Uitwendige prikkel

Weektaak:

Leren: 4.1 = blz. 6 t/m 16

Maken: opdrachten 4.1 = blz. 9 t/m 16

               Verplicht: alle even opdrachten

Zorg dat de verplichte opdrachten voor de volgende les gemaakt zijn.

Lees voor de volgende les paragraaf 4.2 goed door.

alles wat een mens/dier doet

verandering in de omgeving/je lichaam waarop je kunt reageren

klein stukje gedrag

een lijst met beschrijvingen van de verschillende handelingen van een mens/dier

prikkel vanuit het lichaam van een mens/dier

prikkel die van buiten het lichaam van een mens/dier komt

Ethogram

Gedrag

Handeling

Inwendige prikkel

Prikkel

Uitwendige prikkel

alles wat een mens/dier doet

verandering in de omgeving/je lichaam waarop je kunt reageren

klein stukje gedrag

een lijst met beschrijvingen van de verschillende handelingen van een mens/dier

prikkel vanuit het lichaam van een mens/dier

prikkel die van buiten het lichaam van een mens/dier komt

Ethogram

Gedrag

Handeling

Inwendige prikkel

Prikkel

Uitwendige prikkel

4.2 Leren

Leerdoelen 4.2 Leren:

• Je kunt beschrijven hoe mensen en dieren leren.
  
• Je kunt vertellen hoe je dieren traint.
  
• Je kunt uitleggen 

      wat reflexen zijn.

• Je kunt uitleggen 

      wat aangeboren 
      gedrag is.

Alleen de eerste 20 seconden laten zien, tot de letters Jungle school in beeld komen.

Imiteren = leren door gedrag na te bootsen.

Oefenen = leren door hetzelfde gedrag vaak te herhalen.

Inzicht = leren door na te denken.

Beloning = leren door het juiste gedrag te belonen.

Straf = leren door het verkeerde gedrag te bestraffen.

Imiteren = leren door gedrag na te bootsen.

Oefenen = leren door hetzelfde gedrag vaak te herhalen.

Inzicht = leren door na te denken.

Beloning = leren door het juiste gedrag te belonen.

Straf = leren door het verkeerde gedrag te bestraffen.

.
Vooral bij dieren die hun ouders/familieleden nadoen.

Bv. leren fietsen of schrijven, "oefening baart kunst".

Je weet niet hoe het moet, maar komt erachter door goed na te denken.

leren door na te denken

leren door hetzelfde gedrag vaak te herhalen

leren door gedrag na te bootsen

leren doordat het juiste gedrag beloond wordt

leren doordat het verkeerde gedrag bestraft wordt

Beloning

Inzicht

Imiteren

Oefenen

Straf

D323 M3D3D3L1NG L44T J3 213N T0T W3LK3 GR0T3 PR35T4T135 0N23 H3R53N5N 1N 5T44T 21JN.

1N H3T 83G1N W45 H3T 23K3R N0G M031L1JK D323 T3K5T T3 L323N, M44R NU K4N J3 H3T W44R5CH1JNL1JK 4L W4T 5N3LL3R L323N 20ND3R J3 3CHT 1N T3 5P4NN3N.

D4T K0MT D00R H3T 3N0RM3 L33RV3RM0G3N V4N 0N23 H3R53N5. KN4P H3?

D323 M3D3D3L1NG M4G J3 K0P13R3N 3N V3RD3R V3R5PR31D3N.

Lees de volgende tekst.

D323 M3D3D3L1NG L44T J3 213N T0T W3LK3 GR0T3 PR35T4T135 0N23 H3R53N5N 1N 5T44T 21JN.

1N H3T 83G1N W45 H3T 23K3R N0G M031L1JK D323 T3K5T T3 L323N, M44R NU K4N J3 H3T W44R5CH1JNL1JK 4L W4T 5N3LL3R L323N 20ND3R J3 3CHT 1N T3 5P4NN3N.

D4T K0MT D00R H3T 3N0RM3 L33RV3RM0G3N V4N 0N23 H3R53N5. KN4P H3?

D323 M3D3D3L1NG M4G J3 K0P13R3N 3N V3RD3R V3R5PR31D3N.

Laat de tekst even zien, maar niet te lang. Niet alle lln. hoeven de gehele tekst gelezen te hebben.

Lukte het lezen van de tekst?

Ja, ik kon alles meteen lezen.

Ja, ik kon de tekst na de eerste twee zinnen lezen.

Beetje, ik kon de tekst soms wel en soms niet lezen.

Nee, met heel veel moeite kon ik wat woorden herkennen.

Nee, ik kon er niets van lezen.

Sperren = wijd opendoen van de bek 

door jonge vogels als de oudervogel 

met voer bij het nest komt.

Aangeleerd gedrag = gedrag wat je moet aanleren.

Aangeboren gedrag = gedrag dat je vanaf de geboorte al hebt.

Reflex = een vaste, snelle reactie op een prikkel;

lijken vanzelf te gaan; zijn aangeboren; beschermen 

het lichaam vaak tegen beschadigingen of honger.

vaste, snelle reactie op een prikkel

wijd opendoen van de snavel door jonge vogels als de oudervogel met voer bij het nest komt

gedrag dat je vanaf de geboorte al hebt

gedrag wat je moet aanleren

Aangeleerd gedrag

Aangeboren gedrag

Reflex

Sperren

Weektaak 13 t/m 19 februari:

Leren: 4.2 = blz. 6 t/m 24

Maken: opdrachten 4.2 = blz. 17 t/m 24

               Verplicht: 2, 4, 7, 8, 9, 12, 13, 14, 17, 18

Zorg dat de verplichte opdrachten voor de volgende les gemaakt zijn.

Lees voor de volgende les paragraaf 4.3 goed door.

vlag

kapstok

kerk

druif

tafel

libel

groen

bal

Leer de volgende woorden uit je hoofd in 1 minuut.

vlag

kapstok

kerk

druif

wiskunde

tafel

libel

paprika

groen

bal

Geef alleen het antwoord
op de volgende som: 25 - 18 =

Geef alleen het antwoord
op de volgende som: 33 + 65 =

Schrijf nu alle woorden op die je nog weet.
Schrijf 1 woord per blokje.

lepel

hoofd

krijtje

tas

spin

gum

steen

fiets

Leer de volgende woorden uit je hoofd in 1 minuut. Doe dit door ze op te schrijven.

lepel

hoofd

krijtje

tas

banaan

spin

gum

steen

fiets

techniek

Geef alleen het antwoord
op de volgende som: 13 x 6 =

Geef alleen het antwoord
op de volgende som: 57 - 9 =

Schrijf nu alle woorden op die je nog weet.
Schrijf 1 woord per blokje.

vork

voet

step

schop

vlieg

potlood

boom

auto

Leer de volgende woorden uit je hoofd in 1 minuut. Doe dit door ze te tekenen.

vork

voet

step

schop

biologie

vlieg

potlood

boom

auto

bloemkool

Geef alleen het antwoord
op de volgende som: 12 / 4 =

Geef alleen het antwoord
op de volgende som: 15 x 3 =

Schrijf nu alle woorden op die je nog weet van de derde serie woorden.
Schrijf 1 woord per blokje.

Leer de volgende voorwerpen uit je hoofd in 1 minuut. 

Doe dit door goed naar de plaatjes te kijken.

Geef alleen het antwoord
op de volgende som: 33 - 18 =

Geef alleen het antwoord
op de volgende som: 55 + 17 =

Schrijf nu alle woorden op die je nog weet. Schrijf 1 woord per blokje.

Waar had jij de meeste woorden goed?

Woorden uit het hoofd leren

Woorden opschrijven

Woorden natekenen

Plaatjes kijken