recensie

1 / 24
volgende
Slide 1: Video
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

0

Slide 1 - Video

Startopdracht in stilte
TEST STRAATTAALWOORDEN
- ga op je eigen plek zitten
- maak op je chromebook in stilte de volgende opdracht!!

Slide 2 - Tekstslide

Wat betekent het volgende straattaalwoord;
slay

Slide 3 - Open vraag

Wat betekent het volgende straattaalwoord;
gyatt

Slide 4 - Open vraag

Wat betekent het volgende straattaalwoord;
drip

Slide 5 - Open vraag

Wat betekent het volgende straattaalwoord;
cringe

Slide 6 - Open vraag

Een recensie schrijven!
timer
10:00

Slide 7 - Tekstslide

Lesdoelen

- Je kunt a.d.h.v. een boek dat jij hebt gelezen aangeven wat je van het boek vindt.

- Je gebruikt hierbij literaire begrippen en beoordelingswoorden.

Slide 8 - Tekstslide

Iemand vraagt: ' wat is een recensie?'
wat zeg je dan?

Slide 9 - Open vraag

'Leuk' of 'stom' zijn geen beoordelingswoorden!

Slide 10 - Tekstslide

Noem zoveel mogelijk beoordelingswoorden!
timer
1:00

Slide 11 - Open vraag

Waar moet een goede recensie volgens jou aan voldoen?

Slide 12 - Open vraag

Wanneer is een recensie echt goed?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Een recensie schrijven!
In de week van 11 september t/m 23 oktober schrijf je een recensie over je Graphic Novel. 

Slide 16 - Tekstslide

Recensie
- Een tekst met een beoordeling over een boek, film, toneelstuk etc.
- Doel: de lezer helpen om te besluiten of hij iets wil kijken of lezen.
- Subjectief
- Duidelijke mening met onderbouwing (argumenten)

Slide 17 - Tekstslide

Opbouw recensie
  • Gegevens van het boek: titel, auteur, uitgever, verkoopprijs, aantal pagina's, leeftijd van de doelgroep (= inleiding)
  • Indruk van de inhoud van het boek: hoofdpersoon en zijn probleem, tijdsperiode, situatie waarbinnen het verhaal zich afspeelt
    (= samenvatting)
  • Plus- en minpunten: inhoud van het verhaal, schrijfwijze, spanning, afloop, originaliteit (= mening)
  • Eindoordeel: cijfer of sterren (= conclusie/slot)

Slide 18 - Tekstslide

Wat geef je in een recensie?
A
In een recensie geef je alleen je mening.
B
In een recensie schrijf je alleen op wat je niet goed vindt.
C
In een recensie zeg je helemaal niks.
D
In een recensie geef je je menig en argumenten.

Slide 19 - Quizvraag

Je kunt geen recensie schrijven over
A
een toneelstuk
B
een cd
C
een film
D
een wedstrijd

Slide 20 - Quizvraag

Een recensie bevat ...
A
informatie over de afloop van een boek
B
de mening van anderen
C
de mening van de schrijver van de recensie

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Voorbeelden
Spannend, saai, humoristisch, vreemd, vol fantasie, eng, onecht, realistisch, (on)geloofwaardig, (on)interessant, herkenbaar, langdradig, droevig, etc.

Slide 23 - Tekstslide

Zelfstandig werken
*eerste vijf minuten in stilte
Lezen; hoofdzaken en hoofdgedachte

Slide 24 - Tekstslide