10.3 totaalreacties

vorige les:
Redox = reactie waarbij electronen worden overgedragen
reductor: staat electronen af (e- na de pijl)
oxidator: neemt electronen op (e- voor pijl)

We kunnen half reacties opstellen van de oxidator/reductor met behulp van tabel 48 (binas)
vb: Fe --> Fe2+ + 2 e-
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

vorige les:
Redox = reactie waarbij electronen worden overgedragen
reductor: staat electronen af (e- na de pijl)
oxidator: neemt electronen op (e- voor pijl)

We kunnen half reacties opstellen van de oxidator/reductor met behulp van tabel 48 (binas)
vb: Fe --> Fe2+ + 2 e-

Slide 1 - Tekstslide

Bij het proefje zie je dat de koper-ionen uit de oplossing vast koper vormen.
Geef de halfreactie:

Slide 2 - Open vraag

uitwerking:
Koper-ionen --> vast koper

zie binas tabel 48:
Cu2+ + 2 e- --> Cu (s)

* zet de fase (s) erbij zodat je duidelijk ziet dat het over vast koper gaat.

Slide 3 - Tekstslide

Is koper in deze reactie de reductor of de oxidator?
Cu2+ + 2 e- --> Cu (s)
A
reductor
B
oxidator

Slide 4 - Quizvraag

leerdoel:
Je leert hoe je een redoxreactie moet opstellen.

Sterkste reductor: meest negatieve potentiaal
Sterkste oxidator: meest positieve potentiaal

Slide 5 - Tekstslide

redoxreactie (totaal)
In een redoxreactie reageren een reductor én een oxidator.
Als je de 2 halfreacties bij elkaar optelt krijg je de totaalreactie.

let op: 
Alle elektronen moeten tegen elkaar worden weggestreept
Alle toestandsaanduidingen staat erbij

Slide 6 - Tekstslide

stappenplan:
1. inventariseer welke deeltjes aanwezig zijn
- schrijf alle deeltjes op, let op de fase! 
- wees alert op woorden als, oplossing (H2O) aanwezig, aangezuurd (H+ ) aanwezig, basisch (OH- aanwezig)
2. Omcirkel de sterkste oxidator en de sterkste reductor
3. schrijf de half-reacties van deze 2 op
4. maak het aantal elektronen gelijk en streep ze weg


Slide 7 - Tekstslide

voorbeeld
Je kunt een stukje ijzerdraad verkoperen in een kopersulfaat-oplossing, er ontstaat dan een laagje koper op het ijzer. 
aanwezig: Fe (s), Cu2+ en SO42-, H2O
sterkste red: Fe (s) (-0,45)
sterkste ox: Cu2+ (+0,34)

Slide 8 - Tekstslide

totaalreactie opstellen
red: Fe (s) --> Fe2+ + 2 e-
ox: Cu2+ + 2 e - --> Cu (s)

check: electronen links en rechts zijn gelijk
wegstrepen en optellen geeft:
 Fe (s) + Cu2+ (aq) --> Fe2+ (aq) + Cu (s)


Slide 9 - Tekstslide

Als je een ets maakt op een aluminiumplaat, kun je zoutzuur gebruiken als etsvloeistof. Dan is H+ de ox en aluminium de red, geef de vergelijking

Slide 10 - Open vraag

uitwerking
- Al (s) is de red (- 1,66), de electronen staan na de pijl
- H+ is de ox (0) de electronen staan voor de pijl
- Om de e- gelijk te krijgen, moeten ze er allebei 6 hebben

Slide 11 - Tekstslide

Zwarte zilver-vlekken op je huid kun je verwijderen met chloorwater (Cl2). Geef de totaal reactie (redox):

Slide 12 - Open vraag

uitwerking:
sterkste red: Ag (s) (+0,80)
sterkste ox: Cl2 (aq) (+1,36)

Slide 13 - Tekstslide

Wat als er meerdere reductors  en oxidators zijn?
Dan kies je de sterkste reductor uit: de eerste van rechts beneden.

Dan kies je de sterkste oxidator uit: de eerste van links boven.

Voorbeeld, pak je binas erbij!

Slide 14 - Tekstslide

ijzer en tin(II)chloride-oplossing

Slide 15 - Tekstslide

ijzer en tin(II)chloride-oplossing
  1.  Fe (s), Sn2+ (aq), Cl- (aq), H2O (l)
  2. Fe  (-0,45) red, Sn2+ (+0,15) red (-0,14) ox, Cl- (+1,36) red, H2O (+1,78) red
  3. OX: Sn2+ + 2e- --> Sn (s) Red: Fe (s) -->  Fe2+ +2e-
  4. Sn2+ + Fe (s) --> Sn (s) + Fe2+

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag 

  • Doorlezen 10.1, 10.2 en 10.3
  • Maken:
    10.1: 2 t/m 5
    10.2: 7 t/m 12
    10.3: 15 t/m 20 (16 niet)

  • Lees ook 10.4 als voorbereiding op de volgende les.





  • Fluisterend overleggen met buur 

  • Vraag? Steek je hand op
  • Af? => Geen huiswerk

Slide 17 - Tekstslide