5.3 Adsorberen en chromatograferen

Hoe kun je een mengsel van zout en peper scheiden?
1 / 18
volgende
Slide 1: Open vraag
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Hoe kun je een mengsel van zout en peper scheiden?

Slide 1 - Open vraag

Wat blijft er achter in het filter?

Slide 2 - Open vraag

Wat zit er in de reageerbuis?

Slide 3 - Open vraag

Wat blijft er achter in het indampschaaltje?

Slide 4 - Open vraag

5.3 Adsorberen en chromatograferen
Je leert:

1. wat adsorberen is en hoe je het toepast
2. wat chromatograferen is en hoe je het toepast 

Slide 5 - Tekstslide

Adsorberen
Adsorberen = aanhechten. 

zoals een sticker hecht aan het oppervlak kan een adsorptiemiddel ook dingen aan zich hechten. 

bv. kleurstoffen, geurstoffen, schadelijke gassen

Slide 6 - Tekstslide

Adsorptiemiddel
Een voorbeeld van een adsorptiemiddel is actieve kool. (norit)


Slide 7 - Tekstslide

De scheidingsmethode adsorberen gebeurt op basis van een verschil in stofeigenschap. Welke?
A
oplosbaarheid
B
dichtheid
C
aanhechting
D
deeltjesgrootte

Slide 8 - Quizvraag

waarom is norit zo'n goed adsorptiemiddel?

Slide 9 - Open vraag

Chromatograferen
bij chromatograferen maak je gebruik van oplosbaarheid en aanhechting.


Slide 10 - Tekstslide

Uitleg chromatograferen
Het water is het oplosmiddel.
De kleurstoffen lossen wel of niet op in het oplosmiddel.
Het water trekt door het papier naar boven en neemt de opgeloste kleurstoffen mee. 
de ene kleurstof hecht eerder aan het papier dan de andere. 

Slide 11 - Tekstslide

Chromatogram
De gescheiden stippen op het papier noem je een chromatogram.  Hiermee kun je de 
RF waarde berekenen.

Iedere stof heeft zijn eigen RF waarde, op die
manier kun je uitrekenen om welke stof het
gaat.

Slide 12 - Tekstslide

Op welk verschil in eigenschappen berust chromatograferen?

Slide 13 - Open vraag

Je hebt twee soorten snoepjes die allemaal blauw zijn. Hoe kun je onderzoeken of beide soorten snoepjes dezelfde blauwe kleurstof bevatten?

Slide 14 - Open vraag

Bij een grotere Rf-waarde komt de stof hoger op het chromatogram.
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quizvraag

De Rf-waarde is altijd een getal tussen 0 en 1.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Als de Rf-waarde nul is, is het een zuivere stof.
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Aan de slag

Maak de vragen van paragraaf 5.3 

Slide 18 - Tekstslide