herhaling stofwisseling

herhaling Stofwisseling
twee processen:
1. dissimilatie: afbraak van glucose tot kooldioxide en water
2. fotosynthese: opbouw van glucose uit kooldioxide en water

1. Binas tabel 68A-E
2. Binas tabel 69A-C
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

herhaling Stofwisseling
twee processen:
1. dissimilatie: afbraak van glucose tot kooldioxide en water
2. fotosynthese: opbouw van glucose uit kooldioxide en water

1. Binas tabel 68A-E
2. Binas tabel 69A-C

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

welke van de volgende deelprocessen hoort niet thuis in de dissimilatie?
A
glycolyse
B
ademhalingsketen
C
citroenzuurcyclus
D
Calvincyclus

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aerobe afbraak van glucose
In het cytoplasma en het mitochondrium

1. Glycolyse
2. Decarboxylering (vorming acetyl-coA)
3. citroenzuurcyclus
4. oxidatieve fosforylering

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Glycolyse. 
Paars = kost ATP
Rood = levert ATP op
Blauw = begin- en eindproduct. 
Plaats: in cytoplasma
Grijs: = anaerobe dissimilatie.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag! Neem over en vul in..
NADH,H+
FADH2
ATP
glycolyse
decarboxylering
citroenzuurcyclus
x3 ATP
x2 ATP
totaal

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag! Neem over en vul in..
NADH,H+
FADH2
ATP
glycolyse
2
2
decarboxylering
2
citroenzuurcyclus
6
2
2
x3 ATP
x2 ATP
totaal
30
4
4

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vaak wordt de citroenzuurcyclus gebruikt voor de afbraak van 1 molecuul glucose?
A
1/2 x
B
1x
C
2x
D
4x

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat maakte de vorige dia duidelijk?
A
De citroenzuurcyclus is vooral voor koolhydraten
B
eiwitten en vetten kunnen afgebroken worden tot glucose
C
eiwitten en vetten leveren ook energie
D
glucose levert meer energie dan eiwitten of vetten

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een dieet met vooral eiwitten levert meer gewichtsverlies op dan een dieet met vooral koolhydraten
A
onzin. Eiwitten en koolhydraten bevatten ongeveer evenveel energie
B
onzin. Maar het is wel wat gezonder misschien.
C
onzin. Het maakt niet uit wat je eet, als je maar minder eet
D
onzin. Alleen het sherry-dieet werkt.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat gebeurt er met NADH2 die ontstaat bij de glycolyse en de citroenzuurcyclus?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

hoeveel NADH2 ontstaat er per glucosemolecuul in de aerobe dissimilatie?
A
2
B
8
C
10
D
weet ik niet

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

hoeveel CO2 ontstaat er per glucosemolecuul in de aerobe dissimilatie?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

ga naar tabel 68B
-hoeveel ATP levert de glycolyse netto op?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

ga naar tabel 68C
-hoeveel NADH2 levert de citroenzuurcyclus vanaf pyrodruivenzuur per glucosemolecuul op?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

hoeveel ATP ontstaat er echt per NADH2?
-dat is niet af te lezen uit tabel 68D
-de NADH2 komt uit de citroenzuurcyclus en uit de glycolyse
-3 ATP per NADH2 uit citroenzuurcyclus
- 2 ATP per NADH2 uit glycolyse vanwege membraantransport vanuit cytoplasma naar het stroma van de mitochondria (kost gemiddeld 1 ATP per NADH2)

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag

- www.biologiepagina.nl -> 5V -> stofwisseling -> 
oefenen-> examenvragen celademhaling (bs 5)
- Examenvragen celprocessen (SOM)

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Resusfactor
Bij de bepaling van bloedgroepen is er sprake van een resusfactor. Je bent resuspositief of resusnegatief. Mensen die resusnegatief zijn, hebben genotype dd. Resuspositieve mensen hebben het genotype DD of Dd. In Midden-Europa is de genfrequentie van d = 0,4.

Vul in welk percentage van de
Midden-Europese bevolking resusnegatief is. Hierbij geldt de Hardy-Weinberg regel.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

ga naar tabel 68D
-welk celorganel is in geel afgebeeld?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

oxidatieve fosforylering

Slide 23 - Tekstslide

De aerobe dissimilatie van glucose wordt dus volledig afgebroken in koolstofdioxide, water en energie (ATP). Dit gebeurt in 4 belangrijke stappen:
Glycolyse
Decarboxylering
Citroenzuurcyclus
Oxidatieve fosforylering

De aerobe dissimilatie begint bij de glycolyse. Glycolyse is het proces dat 1 glucose-molecuul omzet in 2 pyrodruivenzuur moleculen. Dit gebeurt met behulp van speciale enzymen in het cytoplasma.
-hoeveel ATP levert de citroenzuurcyclus vanaf pyrodruivenzuur per glucosemolecuul op?

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

E. coli kan in het anaerobe milieu van de blaas per NADH-molecuul minder energie vrijmaken dan onder aerobe omstandigheden. Leg dit uit aan de hand van afbeelding 3. 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

antwoord
E. coli kan in het anaerobe milieu van de blaas per NADH-molecuul minder energie vrijmaken dan onder aerobe omstandigheden. Leg dit uit aan de hand van een gegeven in afbeelding 3. 

Zoek de verschillen !!!
oxydatieve fosforylering    =   kennis!
aeroob: extra H+ over membraan en O2 als elektronen/protonen-acceptor
anaeroob: minder H+ over het membraan, dan minder ATP vorming

• de anaerobe transportketen minder protonen/H+ over het membraan
pompt dan de aerobe keten 1
• waardoor er minder synthese van ATP kan plaatsvinden 1

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


-welke stof dient als uiteindelijke electronenacceptor in deze ademhalingsketen?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Anaerobe dissimilatie zonder zuurstof

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Anaerobe dissimilatie zonder zuurstof

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Anaerobe Dissimilatie

Slide 30 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Binas 68B 
rechtsonder
Anaerobe dissimilatie: zonder zuurstof

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Fotosynthese
-Binas tabel 69A
-lichtreactie: splitsing van water, levert NADPH2 en ATP
-donkerreactie: koppeling van CO2 tot glucose, met energie uit de lichtreactie

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Link

Deze slide heeft geen instructies

ga naar tabel 69B.1
-wat zijn P680 en P700?

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

-in welk molecuul komen de electronen uit water terecht aan het einde van de lichtreactie?

Slide 37 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

ga naar tabel 69B.2
-wat gebeurt er met de protonen (H+) die vrijkomen bij de splitsing van water?

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

ga naar tabel 69B.3
wat gebeurt er met de electronen na ferredoxine?

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

ga naar tabel 69C: de donkerreactie of Calvincyclus
- hoeveel ATP is er nodig voor de vorming van één glucosemolecuul?

Slide 40 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

- hoeveel NADPH2 is er nodig voor de vorming van één glucosemolecuul?

Slide 41 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

-wat is het doel van de cyclische fosforylering? (Binas 69B3)

Slide 42 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag

- www.biologiepagina.nl -> 5V -> stofwisseling -> 
oefenen-> examenvragen fotosynthese (bs 3)
- Meerkeuzevragen celademhaling, fotosynthese en gisting (SOM)

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

via link in itslearning
maak de oefentoets van Stofwisseling

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies