Feiten, meningen, argumenten en signaalwoorden

Tekst
Feiten, meningen en argumenten
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Tekst
Feiten, meningen en argumenten

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
  • Je weet wat feiten en meningen zijn
  • Je kan van beide een voorbeeld geven. 
  • Je weet wat een goed argument is en kunt hier een voorbeeld van geven.

Slide 2 - Tekstslide

Theorie 
Feiten: een feit kun je controleren.

Slide 3 - Tekstslide

Theorie 
Meningen: 

een mening is iets wat iemand vindt.

Ik vind... 
Volgens mij...



Slide 4 - Tekstslide

Theorie 
Argument: 
reden waarom je een bepaalde mening hebt

Ik vind roze een mooie kleur, want ik word daar vrolijk van.
...omdat ik er vrolijk van word.
Van roze wordt ik vrolijk. Daarom vind ik het een mooie kleur.


Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Feit of mening?
m&m's zijn de lekkerste snoepjes
A
Mening
B
Feit

Slide 7 - Quizvraag

Feit of mening?
M&M's zijn snoepjes die bedacht zijn in Amerika
A
Feit
B
Mening

Slide 8 - Quizvraag

Feit of mening?
De gele M&M's zijn het lekkerst.
A
Feit
B
Mening

Slide 9 - Quizvraag

Feit of mening?


Een normaal zakje M&M's bevat een vaste verdeling van bruine, rode, gele, groene en oranje en blauwe M&M's
Een normaal zakje M&M's bevat een vaste verdeling van groene, rode, blauwe, gele, bruine en oranje M&M's
A
Mening
B
Feit

Slide 10 - Quizvraag

Feit of mening?
M&M's zijn, volgens mijn moeder, veel te duur
A
Mening
B
Feit

Slide 11 - Quizvraag

Feit of mening?
Elke M&M wordt bedrukt met een kleine letter 'm'
A
Feit
B
Mening

Slide 12 - Quizvraag


Feit/mening
Noem één feit en één 
mening over katten:

Slide 13 - Open vraag


Feit/mening/argument:
Noem één feit, één mening en één argument over honden

Slide 14 - Open vraag

wat is een argument?
A
een argument is bewijsbaar
B
een argument is een reden waarom jij iets vindt

Slide 15 - Quizvraag

Staat hier een feit, mening of argument?

Omdat hij vreemde ideeën heeft.
A
argument
B
Mening
C
feit

Slide 16 - Quizvraag

Wat doe je als je een argument weerlegt?
A
Dan bevestig je het argument
B
Dan bedenk je een argument
C
Dan herhaal je een argument
D
Dan ga je tegen het argument in

Slide 17 - Quizvraag

Aan welke woorden herken je een mening?
A
ik doe
B
ik vind
C
ik neem
D
ik geef

Slide 18 - Quizvraag

Aan welke woorden herken je een argument?
A
daarom , namelijk
B
de, het, een
C
geen, waarom
D
reden/verklaring

Slide 19 - Quizvraag