7.3: Nederland en de EU

Europa zonder grenzen
Economie T4
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Europa zonder grenzen
Economie T4

Slide 1 - Tekstslide

Wat is import?
Levert het geld op of kost het geld?

Slide 2 - Open vraag

Noem 3 redenen om te importeren

Slide 3 - Open vraag

Er komen japanse toeristen naar Amsterdam en bezoeken het Rijksmuseum
A
Dit is import want de toeristen komen naar Nederland
B
Dit is import want we verdienen er geld aan.
C
Dit is export want we verdienen er geld aan
D
Toeristen zijn geen import of export.

Slide 4 - Quizvraag

bij een hoge export en importquote is er sprake van een
A
Open economie
B
Gesloten economie

Slide 5 - Quizvraag

Nederland heeft een nationaal inkomen van: €832 miljard
Nederland exporteert voor €525 miljard.
Bereken de exportquote.
(tip: deel : geheel x 100)

Slide 6 - Open vraag

Doelen van 7.2
7.2 Europa zonder grenzen
Je kunt uitleggen hoe de interne markt van de EU werkt
Je kunt uitleggen waarom het belangrijk is dat Nederland in de EU zit.
Je weet wat een monetaire unie is en wat de voordelen er van zijn.
Je weet wat het verschil is tussen de EMU en de EU
Je weet wat vrij verkeer in de EU betekent
Je weet wat de EMU is.
Je weet wat vrijhandel is en hoe dat in de EU gaat.
Je weet wat de ECB is en wat hun taken zijn.
Je weet wat de gevolgen zijn van verschillende BTW tarieven in de EU landen.

7.2 Europa zonder grenzen

Je kunt uitleggen hoe de interne markt van de EU werkt
Je kunt uitleggen waarom het belangrijk is dat Nederland in de EU zit.
Je weet wat een monetaire unie is en wat de voordelen er van zijn.
Je weet wat het verschil is tussen de EMU en de EU
Je weet wat vrij verkeer in de EU betekent
Je weet wat de EMU is.
Je weet wat vrijhandel is en hoe dat in de EU gaat.
Je weet wat de ECB is en wat hun taken zijn.
Je weet wat de gevolgen zijn van verschillende BTW tarieven in de EU landen.

Slide 7 - Tekstslide

Stelling: Nederland moet uit de EU
😒🙁😐🙂😃

Slide 8 - Poll

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Waarom is het voor de Nederlandse handel belangrijk dat Nederland in de EU blijft?

Slide 11 - Open vraag

5

Slide 12 - Video

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

01:33
De interne markt is
A
De binnenlandse markt in een land.
B
Dat er in de EU vrij gehandeld kan worden.
C
Een markt in een hal zoals de markthallen.

Slide 15 - Quizvraag

02:17
Aantekening:
In de EU heb je:
- vrij verkeer van goederen en diensten --> vrijhandel in de EU
- Vrij verkeer van mensen --> vrij reizen, wonen en werken in de EU
- Vrij verkeer van kapitaal --> een rekening openen in een ander EU-land

Slide 16 - Tekstslide

02:43
Wat is harmonisatie?
A
Dat alle regels in alle EU landen gelijk worden
B
Dat alle regels in alle EU landen niet gelijk hoeven te zijn.
C
Dat als Nederland een wet maakt deze in de hele EU geldt.

Slide 17 - Quizvraag

03:14
Een voordeel van de EU is dat alle EU-landen de Euro hebben.
A
Dat is zo.
B
Dat is niet zo.

Slide 18 - Quizvraag

03:26
Wat is GEEN taak van de Europese Centrale Bank (ECB)
A
Euro munten en biljetten uitgeven
B
Leningen geven aan consumenten en bedrijven
C
De waarde van de Euro bewaken.

Slide 19 - Quizvraag

GB kan zijn eigen regels bepalen bv. over migratie en milieu.
Als Nederlander kan je niet meer zomaar werken en wonen in GB
GB kan niet meer vrij handelen met de EU
GB betaalt geen contributie aan de EU
Voordeel Brexit 
Nadeel Brexit

Slide 20 - Sleepvraag

Slide 21 - Link

Aan de slag
Maak de opdrachten van 7.2

Slide 22 - Tekstslide