CiI-Wat is jouw leerstijl?

Hoe leer jij het beste?
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoe leer jij het beste?

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen:
  • Je kent jou persoonlijke leerstijl,
  • Je kent verschillende leerstrategieën,
  • Je kunt uitleggen welke leerstrategie je toepast.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een leerstijl?

Een leerstijl wordt gevormd door de houding (attitudes), gedragingen en gewoonten die bepalen wat iemands favoriete manier van leren is.

Een leerstijl bepaalt hoe jij informatie tot je neemt en verwerkt. 

Slide 3 - Tekstslide

Verschillende leerstijlen.

Iedereen heeft een persoonlijke leerstijl. Je hebt mensen die het liefst zelfstandig dikke boeken verslinden, terwijl anderen juist leren door veel vragen te stellen. En dan zijn er natuurlijk ook de doeners, die graag gelijk op de werkvloer aan de slag willen met de kennis die ze opdoen.

Slide 4 - Tekstslide

Verschillende leerstijlen.

Daarnaast zijn er ook verschillen wat betreft het verwerken van de leerstof. Sommige mensen zijn heel visueel ingesteld, terwijl anderen de voorkeur geven aan auditief leren (luisteren).
Ook de manier van studeren verschilt per persoon. Sommigen nemen de leerstof per alinea heel grondig door. Andere mensen doorlopen de hele cursus eerder oppervlakkig en herhalen de lesstof vervolgens vaak.

Slide 5 - Tekstslide

Zeven manieren van leren.

1) Visueel leren houdt in dat je graag gebruikmaakt van visuele informatie bij het leren. Denk aan afbeeldingen, grafieken,
     tabellen, video’s en infographics.
2) Bij auditief leren gebruik je vooral geluid en muziek om informatie tot je te nemen en op te slaan.
3) Verbaal leren legt de nadruk op zowel het gesproken als geschreven woord.
4) Mensen met een voorkeur voor fysiek leren maken veel gebruik van lichaamstaal en handgebaren om dingen uit te leggen.
5) Bij logisch (mathematisch) leren staan logisch redeneren en het gebruiken van geordende denksystemen centraal.
6) Sociaal leren betekent dat je graag samen met andere mensen leert, bijvoorbeeld in groepjes of tweetallen.
7) Solitair leren is het tegenovergestelde van sociaal leren en betekent dat je een voorkeur aan de dag legt voor zelfstudie en
     leren in je uppie.

Slide 6 - Tekstslide

De vier leerstijlen van Kolb.

Een van de meest gebruikte modellen voor het analyseren van leerstijlen is de leerstijlentheorie van David Kolb. 
De doener is vooral gericht op nieuwe ervaringen. Hij houdt van experimenteren en zoekt vooral naar oplossingen voor een probleem of vraagstuk door dingen uit te proberen. 
De dromer is vooral een observeerder. Hij gaat bij het nemen van beslissingen meestal niet over één nacht ijs en weegt voordelen, nadelen en variabelen zorgvuldig tegen elkaar af voordat hij een beslissing neemt. 
De denker ziet veel oplossingen en beschikt over het vermogen om een vraagstuk vanuit meerdere standpunten te bekijken. Hierdoor is hij geen snelle beslisser en haalt zijn kennis bij voorkeur uit boeken.
De beslisser is goed in plannen en uitvoeren. Het is iemand die niet zo geïnteresseerd is in abstracte theorieën, maar wel graag bezig is met technische vraagstukken.


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

De vier leerstijlen van Kolb.

Leren houdt volgens Kolb in dat je ervaringen omzet in kennis, vaardigheden en gedrag, de drie bouwstenen die samen een competentie vormen.

Verder onderscheidt Kolb vier vormen van leren:
Doen (actief leren), Voelen (concreet leren), Kijken (reflectief leren) en Denken (abstract leren).

Je leerstijl is uiteindelijk het gevolg van twee voorkeuren voor manieren van leren die je (onbewust) hebt als je in een leersituatie komt. Een doener heeft bijvoorbeeld een voorkeur voor doen en voelen, terwijl de denker eerder wordt aangetrokken door de combinatie van denken en kijken.



Slide 9 - Tekstslide

Welke leerstijl heb jij?

Ga naar www.testcentrumgroei.nl/leerstijlentest
en voer de test uit.



Slide 10 - Tekstslide

Welke leerstijl ben jij?
Denker
Dromer
Doener
Beslisser

Slide 11 - Poll

Slide 12 - Tekstslide

Breinfeiten:


  • Alles wat je vindt, denkt of doet, wordt bepaald in de 
     hersenen.
  • Hersenen zijn net spieren. Trainen met het juiste schema
      werkt het beste.
  • Leren kun je leren door te oefenen.

Slide 13 - Tekstslide

Hoeveel procent van ons lichaamsgewicht wordt ongeveer ingenomen door je hersenen?
A
2%
B
16%
C
8%
D
32%

Slide 14 - Quizvraag

Hoeveel procent van je energie gebruiken je hersenen?
A
10-20%
B
30-40%
C
20-30%
D
40-50%

Slide 15 - Quizvraag

Rond welke leeftijd zijn je hersenen ongeveer volgroeid?
A
8e levensjaar
B
18e levensjaar
C
16e levensjaar
D
25e levensjaar

Slide 16 - Quizvraag

Hersenen zijn groter bij:
(betekent niet dat ze slimmer zijn)
A
Mannen
B
Weet ik niet
C
Vrouwen
D
Mannen en vrouwen

Slide 17 - Quizvraag

Na hoeveel minuten intensief leren hebben de hersenen even rust nodig?
A
Na 20 minuten
B
Na 40 tot 60 minuten
C
Na 20 tot 40 minuten
D
Na 60 tot 80 minuten

Slide 18 - Quizvraag

Er komen straks 8 verschillende soorten boodschappen. Hoeveel ga jij er onthouden?

Slide 19 - Tekstslide

Vlokken

Slide 20 - Tekstslide

Tijgerbrood

Slide 21 - Tekstslide

Jam

Slide 22 - Tekstslide

Komkommer

Slide 23 - Tekstslide

Bananen

Slide 24 - Tekstslide

WC - Papier

Slide 25 - Tekstslide

Frikandellen

Slide 26 - Tekstslide

Appeltaart

Slide 27 - Tekstslide

Welke boodschappen heb je weten te onthouden? Geef antwoord.

Slide 28 - Open vraag

Nog een keer...
Verzin nu voor jezelf een leerstrategie zodat je ze de volgende keer wel alle 8 goed hebt.
Je mag alle hulpmiddelen gebruiken, behalve het fotograferen of filmen van de slides

Slide 29 - Tekstslide

Vlokken

Slide 30 - Tekstslide

Tijgerbrood

Slide 31 - Tekstslide

Jam

Slide 32 - Tekstslide

Komkommer

Slide 33 - Tekstslide

Bananen

Slide 34 - Tekstslide

WC - Papier

Slide 35 - Tekstslide

Frikandellen

Slide 36 - Tekstslide

Appeltaart

Slide 37 - Tekstslide

Welke boodschappen heb je weten te onthouden? Geef antwoord.

Slide 38 - Open vraag

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Welke leerstrategieën zijn er:

De belangrijkste en beste leerstrategieën zijn:
-Verspreid het leren. Veel kinderen leren uren achter elkaar door; omdat ze denken dat dit de beste manier is of omdat ze denken dat ze te weinig tijd hebben om pauzes te houden.
-Herhalen, -Overhoren, -Variatie, -Geen afleiding.



Slide 41 - Tekstslide

Zoek op internet naar nog meer leerstrategieën. Schrijf er hier 3, die jij vindt dat ze bij jou passen.

Slide 42 - Open vraag

Nog wat feiten:

  • Verdeel de lesstof: 20 minuten na het leren heb je 60% van de lesstof  onthouden, een dag later 33%
  • Neem na 20 minuten leren pauze door te lopen of een kop thee te zetten. Let op: op je telefoon spelen dan zijn hersenen net zo actief, zorg dat je telefoon in een andere kamer is en blijft!
  •  Hersenen zijn de meest energievretende organen: suiker is zo opgebrand, neem brood, noten of groeten

Slide 43 - Tekstslide

Je begrijpt nu:
  • Waarom je bij veel vakken een presentatie of werkstuk  moet maken want als je de uitleg zelf formuleert, de informatie het beste blijft hangen
  • 10 % blijft hangen van wat ons in de les wordt verteld
  • Alleen lezen niet de beste manier is om te leren
  • Met oriënteren, organiseren, verwerken en controleren is leeropbrengst groter dan leren zonder een plan of doel

Slide 44 - Tekstslide

Vragen over deze les?

Slide 45 - Tekstslide