PZT-P2-W6 hulp bieden bij eten en drinken

PZT P2 Lesweek 6
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

PZT P2 Lesweek 6

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ondersteuning
bij eten en drinken

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de functies van "eten"?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Functies
- Lichamelijke functie
- Geestelijke functie
- Sociale functie
- Religieuze functie

Slide 4 - Tekstslide

  • Het levert bouwstoffen van het lichaam, geeft energie en beschermt tegen ziekten
  • Kan een tevreden of goed gevoel geven, of juist niet
  • samen eten kan als waardevol ervaren worden in veel culturen
  • geloofsregels over wat je wel en niet mag eten en drinken.
Gewoonten
- Wensen en behoeften
- Maatschappelijke invloeden
  • logo's, keurmerken, symbolen
  • gespierd en slank
- grazing

Slide 5 - Tekstslide

  • Als MZ op de hoogte zijn van achtergrond en geschiedenis van je cliënt en daarbij behorende wensen en behoeftes
  • maatschappelijk: meer media-aandacht voor voeding, meer zienswijzen op voeding. behoefte juist te voldoen aan rolmodel of juist niet
  •  Grazing: gewoonte om gedurende de gehele dag tussendoortjes te eten en te drinken en minder vaste hoofdmaaltijden.
Katholiek
Joden
Hindoes
Moslims
Geen varkensvlees
Geen runds- of kalfsvlees
koosjer
Vasten
Ramadan
Vis op vrijdag
Thora
ritueel geslacht
Vastenperiode tussen carnaval en Pasen
Varkens zijn onreine dieren

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gewoonten
Religieuze voorschriften
  • Moslims: geen varkensvlees, geen alcohol - Ramadan
  • Hindoes: geen rund en kalf - vasten komt voor
  • Katholiek: vroeger op vrijdag vis - vasten na carnaval
  • Joden: "koosjer" eten, geen varken

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Taak zorgverlener
  • Informeren, adviseren, stimuleren, motiveren
  • Maaltijden voorbereiden en samenstellen, aanpassen
  • Helpen bij eten en drinken: hoe aanpakken?
  • Wetgeving: Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg  (Wvggz) of Wet zorg en dwang (dementie en VG)

Slide 8 - Tekstslide

  • Signaleren voedingsprobleem: als er problemen zijn rondom het eten en drinken, bijv. door lichamelijke beperking, een aandoening, of als iemand niet eet door sociale of psychische factoren, bijv. eetstoornis: Boulimia of anorexia
  • Wetgeving ook van belang bij voeding. Dwang terugdringen, wanneer wel/niet. Bijv. vocht toedienen of slot op ijskast
Een begeleider ondersteunt
"Helpen" verwijst naar machteloosheid en het afgeven van de eigen regie aan de begeleider
Deze term wordt wel gebruikt bij een EMB-cliënt, mensen met een verlamming of dementie.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedingsproblemen bij beperkingen
  1. Lichamelijke beperking/chronische ziekte: motorische stoornissen, zintuiglijke stoornissen, stoornissen en ziekte van organen
  2. Orgaanbeperking: diabetes, nierziekten
  3. Motorische beperkingen: verlamming, ontbreken van ledematen, spierziekten, aandoeningen in botten en gewrichten
  4. Spasticiteit / cerebrale parese; problemen met kauwen, slikken en overmatige vorming van speeksel.
  5. Verstandelijke beperking, vaak i.c.m. lichamelijke aanleg voor gezondheidsproblemen

Slide 10 - Tekstslide

Lichamelijke beperkingen; Reuma (bestek vasthouden), MS (kauw- en slikproblemen), HIV (gewichtsverlies)
Orgaanbeperking; vatbaarder voor infecties en andere ziekten, aanpassing aan voeding nodig bij: diabetes, nierziekten, hart- en vaatziekten
Motorische beperking; problemen in houding en/of bewegen door ziektes, maar ook door vermoeidheid, emoties. ondersteuning door bijv. cliënt ondersteunen met randvoorwaarden, goede hulpmiddelen, rustige omgeving.
Spasticiteit neurologische aandoening waarbij er vrijwel voortdurend sprake is van een te hoge spierspanning. Kan verergeren bij "iets gaan doen". 
Verstandelijke beperking; syndroom is iets anders: complex geheel van ziekteverschijnselen waarvan de oorzaak onbekend is of was en daarom vaak wordt genoemd naar de ontdekkers. Vaak ook onvoldoende zicht op gezond/ongezond voedsel, begeleider moet alert zijn op onderliggende gezondheidsproblemen. 
Syndroom van down: zwaarlijvigheid, aangeboren maag-darmproblemen, mondmotoriek, extra vatbaar voedselallergieën, schildklierproblemen
EMB: contracturen (dwangstand ledematen), epilepsie, luchtweginfecties/andere ontstekingen, obstipatie, niet zelf kunnen eten.
slikproblemen, bijv. ook niet kunnen kauwen, reflux
Waarmee houd jij rekening wanneer je iemand begeleid met eten?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijk!
  • Rekening houden met gemalen of vloeibare voeding (ingedikt, sonde)
  • Houding van de cliënt en de omgeving
  • Laat een cliënt handen wassen, bescherm event. kleding
  • Zorg voor smakelijk aanbod van eten
  • Ga op ooghoogte zitten van de cliënt, pas je tempo aan
  • Houdt rekening met religieuze wensen
  • Geef de cliënt de mogelijkheid tot reinigen van handen, mond en gebit 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hulpmiddelen bij eten en drinken
  • Aangepaste drinkbekers
  • Aangepast bestek
  • Aangepaste borden, warmhoud borden
  • Antislipmatje
  • Slabben

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan er mis gaan in het spijsverteringsstelsel?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stoornissen in het spijsverteringsstelsel
  • Gebrek aan eetlust
  • Misselijkheid en braken
  • Brandend gevoel in slokdarm of maag
  • Darmklachten  (diarree, obstipatie, winderigheid, PDS) 
  • Pijn

Slide 15 - Tekstslide

  • Gebrek aan eetlust: kopje bouillon wekt eetlust op, vaker kleinere hoeveelheden opdienen, niet te vet eten (snel vol gevoel), geef lekkere voeding, biedt voeding op de juiste temperatuur aan, geef bij diarree bijv. vooral vocht
  • misselijkheid en braken: bij acute maag-darminfecties, bij aanhoudend probleem vochtbalans aanmaken
  • zuurbranden/reflux, zie verderop. refluxziekte veel bij (ernstig) verstandelijk beperking of lichamelijk zoals spasticiteit. Slokdarm te vaak in aanraking met zuur maagsap --> slokdarmontsteking
  • Darmklachten: diarree (bacteriën, medicijngebruik, teveel koffie, stress) Let op uitdroging! gebruik eventueel ORS. Obstipatie verstopping, verstoorde werking van de darm. Let op inname van voldoende vocht, voedingsvezels en beweging. Winderigheid door sommige soorten voedsel, bonen, ui, kool. Is opgehoopt gas wat buikpijn geeft. te veel lucht happen, stress kunnen dit ook veroorzaken. Als eitwitten in de dikke darm door bacteriën verteerd worden, geeft dit een vieze lucht.
  • PDS: geprikkelde / spastische dikke darm, wisselende klachten: buikpijn, opgeblazen gevoel, krampen. oorzaak ligt bij bepaalde voedingsstoffen.
Ziekten van het spijsverteringsstelsel
  • Voedselvergiftiging en -infecties
  • Aarsmaden, lintworm en spoelworm
  • Maagzweer
  • Galstenen
  • Leverziekten
  • Alvleesklierontsteking

Slide 16 - Tekstslide

  • voedselvergiftiging: hygiëne in de keuken! schone handen, rauw en bereid eten uit elkaar houden, koelkast schoonmaken, vaatdoekjes verschonen, bewaar voedingsmiddelen zoals het hoort, micro-organismen uitschakelen door koken en garen. HACCP
  • aarsmaden: inslikken van eitjes, kleine wormpjes zichtbaar; lintworm leeft in darmen, kop met geledingen door besmet rauw vlees spoelworm mensen vaak geen last, hooguit in tropische gebieden met slechte sanitaire voorzieningen. 
  • Maagzweer als er een gat in de maagwand ontstaat, komen zenuwuiteinden van het weefsel buiten te maag in aanraking met maagzuur. Geeft klachten; pijn, brandend maagzuur, boeren, misselijkheid etc. Grote maagzweer kans op maagbloeding (zwarte ontlasting en bloed braken) Oorzaak bacterie of medicatiegebruik. Geef voedingsadvies en waarschuw zo nodig een arts.
  • Galstenen  als gal (aangemaakt in lever) langere tijd in galblaas zit, kunnen dit hardere stukken worden. Pas last bij klemzitten van galsteen en galgang.  Let op pijn: krampen, misselijkheid, niet stil kunnen zitten, geelzucht, koorts.
  • Alvleesklierontsteking de galgang naar de darm passeert de alvleesklier. Soms kan hierdoor ook de alvleesklier ontsteken. de cliënt heeft dan voortdurend pijn diep in de bovenbuik en in de rug, soms koorts en kan ernstig ziek zijn.



Wanneer iemand langere tijd ziek is, is er extra aandacht nodig voor de voeding. Houdt zo nodig een vocht- en voedingslijst bij.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Salmonellabacterie kan een voedselvergiftiging doen ontstaan.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aarsmaden zijn micro-organismen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Iemand die galstenen heeft kan uiteindelijk geelzucht ontwikkelen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is Pica?
A
Een vorm van voedselallergie
B
Gedrag waarbij een persoon bewust voedsel omhoog haalt uit de maag
C
De neiging om niet eetbare zaken op te eten

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een cliënt met slikproblemen heeft een groter risico op een longontsteking.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kans verkleinen op verslikking
  • zorgvrager rechtop laten zitten
  • beperk het eten van zoete voeding
  • biedt enigszins zure voedingsproducten aan
  • zorg voor koude producten, bijv. glas water bij warme maaltijd
  • gebruik een kleinere lepel, voor het geven van kleinere hoeveelheid
  • praat niet met de zorgvrager en zorg voor een rustige omgeving 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe reageer je op een cliënt die zich verslikt in een stukje boterham?

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten
Lesbrief lesweek 6

Succes met leren 
voor je toets!

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies