Jeelo bron 2613 Ik wil een huisdier

Lied: Ik wil een huisdier
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lied: Ik wil een huisdier

Slide 1 - Tekstslide

welke huisdieren ken je?

Slide 2 - Woordweb

Wat is een lapjeskat?
A
Een knuffel in de vorm van een kat
B
Een kat met een vacht in drie verschillende kleuren

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

Wat is 'in paniek zijn'?
A
Dat je heel vrolijk bent
B
Dat je heel boos bent
C
Dat je heel bang of ongerust bent
D
Dat je heel verdrietig bent

Slide 5 - Quizvraag

Wat betekent 'pleite zijn'?
Buiten zijn
In bed (of je mand) zijn
Weg zijn

Slide 6 - Poll

Pleite zijn: weg zijn.
Onze hond was weer pleite. Ik kon hem nergens vinden.

Zijn ze nu al pleite? Het is pas vijf uur!

Slide 7 - Tekstslide

Wat proberen de zoon, de vader, de dochter en de moeder in de tekst te doen?
A
Ze proberen elkaar te overtuigen
B
Ze proberen een huisdier te kiezen
C
Ze proberen een ruzie op te lossen

Slide 8 - Quizvraag

Waarover maakt de vader zich zorgen?

Slide 9 - Woordweb

Wat voor een kat wil de dochter?
Een volwassen kat
Een jong katje
Het maakt niet uit, elke kat is goed
De dochter wil een hond

Slide 10 - Poll

Dochter:
'en dan wil ik het liefst een
zes weken oude lapjeskat'

Slide 11 - Tekstslide

Wie noemt de voordelen op? Wie de nadelen?
A
Voordelen: de kinderen Nadelen: de ouders
B
Voordelen: zoon + vader Nadelen: dochter + moeder
C
Voordelen: de ouders Nadelen: de kinderen

Slide 12 - Quizvraag

Wat vind je een leuk huisdier?
Hond
Kat
Kanarie
Konijn
Hamster

Slide 13 - Poll

einde :-)

Slide 14 - Tekstslide