Les 14: opbouw alinea

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Fictie

Lezen in je leesboek voor het fictiedossier

Lesplanning

5 min - start nieuwe les

5 min - Aantekeningen

10  min - samen opdr. 3 + 4 + 5

10 min - afsluiten 

Lesdoelen

- Je herkent de opbouw van een alinea                 

Opdr. 1 

Aantekeningen

Les 14: opbouw alinea

Wat: maken opdr. 3 + 4 + 5  van les 14

Hoe: klassikaal

Hulp: mevrouw Rondhuis, uitleg bij belangrijk

Tijd: 10 min 

Klaar? Lezen in je leesboek

Uit welke drie dingen bestaat een alinea?

Leg uit wat impulsief betekent.

Op welke drie manieren kan een alinea beginnen?

Heb je de lesstof begrepen?

1) Schrijf je naam op het papiertje

2) Maak daarna een indeling (zie het voorbeeld)

3) Zet erboven opening - kern - slot

4) Schrijf op wat je van deze drie verschillende dingen nog weet. 

5) Maak een prop van je papier

6) Gooi het in de doos!

Waar heb je nog hulp bij nodig?

Fictie

Lezen in je leesboek voor het fictiedossier

Lesplanning

5 min - Korte uitleg + aantekeningen

15 min - aan de slag

10 min - nakijken

5 min - afsluiten

Lesdoelen

- Je kunt de opbouw van een alinea noemen

- Je kunt  drie mogelijkheden noemen om een alinea te beginnen.              

Aan de slag

Wat: Maken opdr. 1 t/m 10

Hoe: zelfstandig 

Hulp: Mevrouw Rondhuis + uitleg vak belangrijk

Tijd: 15 min 

Klaar: Nakijken

Klaar 2: Zet de woorden van de les in Quizlet

Aantekeningen les 14

Alinea's 

Een alinea bestaat uit minimaal 3 zinnen.

En heeft altijd een opening , een kern en en slot

Opbouw alinea

Opening

Korte inleiding

Belangrijkste zin

Kern

Geeft meer informatie over het onderwerp

Slot

Samenvatting of conclusie

Uit welke drie dingen bestaat een alinea?

Leg uit wat impulsief betekent.

Op welke drie manieren kan een alinea beginnen?

Heb je de lesstof begrepen?

1) Schrijf je naam op het papiertje

2) Maak daarna een indeling (zie het voorbeeld)

3) Zet erboven Inleiding - Kern - Slot

4) Schrijf op wat je van deze drie verschillende dingen nog weet. 

5) Maak een prop van je papier

6) Gooi het in de doos!

Afsluiting

Volgende les:

Dinsdag gaan we écht aan de

slag met de Boekenweek