21 mei

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Tijdens de les...

1. ben ik stil tijdens klassikale momenten en houd ik mij aan het stemvolume wat op het bord staat of aangegeven wordt.

2. heb ik mijn Frans boek mee en een werkende pen.

3. ga ik serieus aan de slag met het Franse maak- en leerwerk.

4. luister ik naar de eerste waarschuwing als ik aangesproken word.

5. pak ik mijn spullen in zodra de docent dit aangeeft.

Contrôle

Si présent, dit et montre moi:

J'ai mon livre B

Bonjour tout le monde!

Dernier cours

1. Gespreksvaardigheid-toetsen in tweetallen

 Ce cours

1. Grammaire D (CH5)

2. Grammaire H (CH5)

3. Formatief SO

Période 4

ABCDEFGH

50 minuten | 3 x

1. Vocabulaire A, B, E, F p. 128-129

2. Aanwijzend voornaamwoord p. 110

3. Werkwoord pouvoir/vouloir p. 124

4. Getallen p. 130

5. Zinnen p. 130

6. Lezen

Chapitre 5: objectif santé!

But: Vertellen over je gezondheid

Phrases-clés: Vertellen dat je ziek bent en hoe gezond je bent

Vocabulaire: Gezondheid, lichaam, sport, eten

Prononciation: Q en G

Grammaire: Ontkenning, een vraag stellen

Grammaire D

Welke vorm is correct?

1. Je n'aime pas la télé
2. Je ne aime pas la télé

Welke vorm is correct?

1. C'est ne possible pas
2. Ce n'est pas possible
3. C'est ne pas possible
4. Ne c'est pas possible

Welke vorm is correct?

1. Il y n'a pas ici
2. N'il y a pas ici
3. Il n'y pas a ici
4. Il n'y a pas ici

Voeg de juiste ontkenningen bij elkaar

Nog niet

Niet meer

Niet/geen

Nooit

Niets

Ne ... pas

Ne ... pas encore

Ne ... jamais

Ne ... rien

Ne ... plus

Grammaire H

Weet je nog de vraagwoorden in het Frans? 

où

quand

combien

pourquoi

comment

qui

qu'est-ce que

wie

Waarom

Wat

wanneer

hoeveel

waar

hoe

Formatief SO

1: maak zelf in eigen woorden een samenvatting van bron H (p. 43)

2: kies 2 zinnen uit phrases-clés G en maak elke zin op de 3 verschillende manieren vragend zoals in bron H uitgelegd (page 42-43). Je mag de zin eventueel iets aanpassen.

3: kies 3 Franse woorden uit vocabulaire E en 3 Franse woorden uit vocabulaire F en teken de betekenis van dit woord. Zet zowel de Franse als Nederlandse vertaling erbij.

Je maakt dit voor jezelf. Je mag zachtjes overleggen.

Au travail!

Au travail :)

Chapitre 5, livre B

Bron B: Lire

1. Faire: ex. 20 t/m 22 (p. 28)

Geen oortjes mee = thuis 

Fini: Apprendre: ABCD (page 40-43)

  

Apprendre: ABCD

dashboard.blooket.com