Les 26 november - §4.4 Een onrustige opstand


Even voorstellen
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les


Even voorstellen

Slide 1 - Tekstslide

Verdient Zoetermeer ook een vrije dag op 3 oktober?

Slide 2 - Tekstslide

 §4.4 Een onrustige opstand

Slide 3 - Tekstslide

Recap
- De Nederlanden vallen onder de Spaanse Habsburgers (Karel V). 

- De Habsburgers centraliseren de macht tot ongenoegen van de Nederlanden.

- Ook zorgt de strenge vervolging van andersgelovigen tot weerstand.

Slide 4 - Tekstslide

Open §4.4 - 4.4.1 & 4.4.2
Lees de teksten 4.4.1 en 4.4.2 door. Zorg dat je van elk dikgedrukt begrip de betekenis kent, schrijf het eventueel op. Deze begrippen komen straks voor in een video.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Dag Karel V, hallo Filips II
- Filips II volgt zijn vader op met een nog strenger religieus beleid.

- De constante oorlogen leiden tot veel belastingen van Filips. Hij heeft enorme schulden.

- Door centralisatie zijn edelen bang hun privileges te verliezen.

Slide 7 - Tekstslide

Groei van het protestantisme in de Nederlanden
- Ondanks de strenge vervolging bleef het protestantisme groeien in de Nederlanden.

- 1566 Smeekschrift der edelen: verzoek van 200 edelen aan landvoogdes van Parma voor mildere behandeling van protestanten. Van Parma laat dit toe uit angst voor een opstand. 

Slide 8 - Tekstslide

Hagenpreken en beeldenstorm

- Hagenpreken na het smeekschrift. Soms wel 20.000 bezoekers. Mensen worden opgehitst: afgoderij niet alleen uit het hart, maar ook uit het oog verwijderen.

- Beeldenstorm 1566

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Gevolgen beeldenstorm
- Hertog van Alva naar de Nederlanden om orde op zaken te stellen:

Raad van Beroerten: rechtbank om deelnemers beeldenstorm te vervolgen.
- Het katholieke geloof werd verplicht voor iedereen.
-  Het bestuur werd nog strakker gecentraliseerd.
- Invoer Tiende Penning: een vaste belasting van 10% op de verkoop van roerende goederen en winsten uit ondernemingen.

- De adel vlucht uit de Nederlanden.


Slide 11 - Tekstslide

De opstand barst los
- Het beleid van Alva zorgt voor veel frustratie. De geuzen proberen vanuit Duitsland en vanaf zee Alva te verdrijven.
 
- Willem van Oranje valt in 1568 de Nederlanden binnen = begin van de Nederlandse Opstand/ Tachtigjarige Oorlog


Slide 12 - Tekstslide

Verovering van Brielle
Willem van Oranje en de geuzen boeken weinig succes

1 april 1572 veroveren de (water)geuzen Brielle -> Alva belegerd alle opstandige steden. De belegering richt zich vooral op het uithongeren van de bevolking. Zo ook in Leiden (Het beleg van Leiden). 

Slide 13 - Tekstslide

De Nederlandse Opstand, ook in Zoetermeer!
- Spaanse verdedigingslinies in Zoetermeer en Zegwaart (liep dwars door de dorpstraat).

- De Oude Kerk werd geplunderd en de Geuzen bleven er zelfs slapen. 

- Via de Noord-Aa trokken de Geuzen door naar Leiden.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Spaanse muiterij 
- De Spanjaarden maken gebruik van een huurleger, maar betalingen blijven uit door het financiële wanbeleid van Filips II => soldaten gaan plunderen. De Nederlandse gewesten verenigen zich juist.

Slide 17 - Tekstslide

Noord vs Zuid
- Gewesten ruziën over het godsdienstbeleid. De zuidelijke gewesten kiezen weer de kant van de Spanjaarden.

- In 1581 tekenen de noordelijke gewesten het Plakkaat van Verlatinghe. Hierin stond dat de gewesten Filips II niet meer erkende als vorst.

- Filips verklaarde Willem van Oranje vogelvrij. Dit betekende in 1584 zijn dood.

- De noordelijke Nederlanden zoeken een vorst, maar besluiten uiteindelijk in 1588 dat ze voortaan verder gaan zonder koning. Dit betekend het ontstaan van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Oorzaak en gevolg
Wat was het ook alweer?

Slide 20 - Tekstslide

Oorzaken
Oorzaken: elke gebeurtenis, zoals bijvoorbeeld het schrijven van het Smeekschrift der edelen, heeft dus een of meer oorzaken. Oorzaken zijn redenen waarom iets is gebeurd. Vaak zijn verschillende oorzaken aanwijsbaar en daarom hebben historici hiervan een indeling gemaakt.

Economische, religieuze, politieke en sociale oorzaken:
- Economisch is alles wat met arbeid en geld te maken heeft
- Religieus is alles wat met geloof te maken heeft
- Politiek is alles wat met organisatie en bestuur te maken heeft
- Sociaal is hoe mensen in een samenleving met elkaar omgaan


Slide 21 - Tekstslide

Oorzaken van de Nederlandse Opstand

- Lees alle deelteksten. Je gaat op zoek naar economische, religieuze, politieke en sociale oorzaken voor het  uitbreken van de Nederlandse Opstand. Schrijf voor elke categorie minimaal één oorzaak op. 

Slide 22 - Tekstslide

Gevolgen
Gevolgen: een gebeurtenis die de reactie vormt op een oorzaak heet een gevolg. Hier wordt onderscheid gemaakt tussen verschillende soorten gevolgen. In leerjaar 1 heb je al kennis gemaakt met directe en indirecte gevolgen. Maar historici onderscheiden ook nog bedoelde en onbedoelde gevolgen.

Sommige gevolgen, zoals gebiedswinst na een oorlog, zijn bedoeld. Maar andere gevolgen, zoals lijden aan een onbekende ziekte na een ontdekkingsreis, zijn onbedoeld. Sommige gevolgen worden pas na jaren duidelijk, terwijl andere gevolgen al meteen zichtbaar zijn.

Slide 23 - Tekstslide

Maak:
§4.4: 1 t/m 8

Zorg ook dat je goed het blokje 'Vaardigheden' leest. Dit is nodig om sommige opdrachten te kunnen maken.

Klaar? Maak de invulsamenvattingen.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Willem van O.: held of terrorist?

Slide 27 - Tekstslide