Examentraining Meetkunde 4EO1 en 4T1

Examentraining meetkunde

Welkom
4EO1 en 4T1
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Examentraining meetkunde

Welkom
4EO1 en 4T1

Slide 1 - Tekstslide

Formules die je moet kennen
oppervlakte vierkant/rechthoek = lengte x breedte
oppervlakte driehoek = 0,5 x zijde x hoogte
oppervlakte parallellogram = zijde x hoogte 

Formules die je wel nodig hebt, maar die op het examen gegeven worden:
oppervlakte cirkel = pi x straal x straal
omtrek cirkel = pi x diameter


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

De hoekensom van een driehoek is
A
90 graden
B
180 graden
C
270 graden
D
360 graden

Slide 4 - Quizvraag

Reken uit hoe groot hoek c is. Schrijf ook je berekening op!

Slide 5 - Open vraag

HOEKENSOM
Hoe groot is de bovenste hoek? Noteer ook je berekening

Slide 6 - Open vraag

Deze driehoek is gelijkbenig. Hoe groot is hoek A?
A
60 graden
B
65 graden
C
120 graden
D
130 graden

Slide 7 - Quizvraag

Hoeveel graden is hoek A
A
overstaande hoek dus 45
B
Dat kan je zien A = B = D =98
C
360 -98 -98 -45 =119
D
Dat kun je niet berekenen.

Slide 8 - Quizvraag

a. Wat is de overstaande hoek van hoek L3?
b. L4 is 120 graden. Hoe groot is L1?

Slide 9 - Open vraag


Deze kijkhoek is goed getekend. 

A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Wat is de koers van het strand naar de snackbar?
A
Noord Oost
B
45 graden
C
Zuid West
D
225 graden

Slide 12 - Quizvraag

De oppervlakte van deze rechthoek is
A
2 + 10 = 12 m2
B
2 + 10 + 2 + 10 = 24 m
C
2 x 10 = 20 m2
D
10 - 2 = 8 m2

Slide 13 - Quizvraag

De oppervlakte van dit vierkant is
A
4 cm2
B
4 x 4 = 16 cm2
C
4 + 8 = 8 cm2
D
1 cm2

Slide 14 - Quizvraag

De oppervlakte van deze driehoek is
A
3 x 4 = 12 dm2
B
3 + 4 = 7 dm2
C
3 + 4 + 3 + 4 = 14 dm2
D
3 x 4 : 2 = 6 dm2

Slide 15 - Quizvraag


Wat is de oppervlakte van dit parallellogram?
Schrijf je berekening op

Slide 16 - Open vraag

oppervlakte van vierhoek
Je hebt ook nog andere vierhoeken dan een parallellogram, vierkant en rechthoek. Ook hier moet je de oppervlakte van kunnen berekenen. Dit kan op 2 manieren met opdelen in figuren die je wel kunt berekenen of met inlijsten. Bekijk de filmpjes op de volgende slides en kies de methode die jij het makkelijkste vindt.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Wat is de oppervlakte van de gehele tuin? Schrijf de berekening ook op.

Slide 20 - Open vraag

Wat is de oppervlakte van dit figuur?
Typ je berekening in

Slide 21 - Open vraag


Slide 22 - Open vraag

Wat is de lengte van de dakrand?

Slide 23 - Open vraag


Slide 24 - Open vraag


Slide 25 - Open vraag


Slide 26 - Open vraag

Moniek laat een tv-meubel maken met een breedte van 318 cm.

Opgave 5:
Reken om: 318 cm = .................................. m.
A
31800 m
B
31,8 m
C
3,18 m
D
0,318 m

Slide 27 - Quizvraag

Het tv-meubel bestaat uit een hoge kast met een kastdeur en een lager gedeelte met laden. Alle maten in de tekening zijn in cm.

Opgave 6:
Hoeveel cm2 is de oppervlakte van de kastdeur?
A
14 400 cm2
B
12 384 cm2
C
13 120 cm2
D
10 496 cm2

Slide 28 - Quizvraag

Boven de ladenkast van het tv-meubel hangt Moniek precies in het midden een tv.
De tv is 90 cm breed en 52 cm hoog.

Opgave 8:
Wat zijn de maten van de tv, wanneer je die in de tekening hiernaast moet tekenen?
A
4,5 cm bij 2,6 cm
B
9 cm bij 5,2 cm
C
45 cm bij 26 cm
D
1800 cm bij 1040 cm

Slide 29 - Quizvraag

Welk(e) ruimtefiguur/ruimtefiguren is/zijn prisma's?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 30 - Quizvraag

Dit ruimtefiguur is een . . .
Hoe noem je dit ruimtefiguur?
timer
0:20
A
balk
B
bol
C
pyramide
D
cilinder

Slide 31 - Quizvraag

Welk aanzicht zie je?
A
Linkerzijaanzicht
B
Rechterzijaanzicht
C
Vooraanzicht
D
Bovenaanzicht

Slide 32 - Quizvraag

Welk aanzicht is hier weergegeven?
A
Bovenaanzicht
B
Vooraanzicht
C
Rechterzijaanzicht
D
Linkerzijaanzicht

Slide 33 - Quizvraag

In de tekening zie je de uitslag van een ruimtefiguur. Welk ruimtefiguur is dat?
A
een piramide
B
een prisma
C
een balk
D
geen van de zeven wiskundige ruimtefiguren

Slide 34 - Quizvraag

Wat is de
inhoud van deze
balk?
A
30 cm³
B
12 cm³
C
40 cm³
D
120 cm³

Slide 35 - Quizvraag

Wat is de inhoud van deze balk in liters?





Wat is de inhoud van deze balk in m³



A
3000 liter
B
3 liter
C
30 liter
D
300 liter

Slide 36 - Quizvraag

Hoe bereken je de oppervlakte van deze balk?
A
lengtexbreedtexhoogte
B
de oppervlakte van alle zijvlakken optellen

Slide 37 - Quizvraag

Wat is de afstand
tussen de hoogtelijnen?
A
450 m
B
150 m
C
10 m
D
50 m

Slide 38 - Quizvraag


Tussen welke hoogtelijnen ligt punt C?
A
400 en 450
B
350 en 400
C
300 en 350
D
250 en 300

Slide 39 - Quizvraag

Wat is de oppervlakte van de balk?
A
180 cm²
B
164 cm²
C
240 cm²
D
152 cm²

Slide 40 - Quizvraag

Bedankt voor de aandacht

Fijn weekend en tot volgende week!

Slide 41 - Tekstslide