H7 verbanden
1 / 31
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Wanneer is er sprake van een verband?
A
Als er een ongeluk is gebeurd
B
Als de variabelen met elkaar te maken hebben.
C
Als de variabelen niets met elkaar te maken hebben.
Slide 4 - Quizvraag
Wat is een variabele
A
een getal
B
het moet altijd een hoofdletter zijn
C
een letter waarvoor je een getal in kunt vullen
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Twee lijnen zijn evenwijdig als....
Theorie I
A
allebei de lijnen dezelfde R.C. hebben
B
allebei de lijnen hetzelfde begingetal hebben.
Slide 17 - Quizvraag
Twee lijnen beginnen op dezelfde hoogte op de verticale as als...
Theorie I
A
de lijnen dezelfde R.C. hebben
B
de lijnen hetzelfde begingetal hebben
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Wat is de groeifactor?
t
0
1
2
3
Aantal
100
150
225
337,5
Slide 22 - Open vraag
Wat is de groeifactor?
t
0
1
2
3
Aantal
220
176
140,8
112,64
Slide 23 - Open vraag
Geef de formule bij de tabel
t
0
1
2
3
Aantal
100
150
225
337,5
Tekst
Slide 24 - Open vraag
Welk verband is dit?
t
2
3
4
H
100
200
400
A
lineair
B
exponentieel
C
kwadratisch
D
wortel
Slide 25 - Quizvraag
Wat is de groeifactor?
t
2
3
4
H
100
200
400
A
1
B
2
C
1,5
D
4
Slide 26 - Quizvraag
Wat is het begingetal?
t
2
3
4
H
100
200
400
A
100
B
0
C
50
D
25
Slide 27 - Quizvraag
Wat is de toename van dag 5 naar dag 6(t in dagen) Afronden op helen
Aantal=450⋅1,75t
Slide 28 - Open vraag
Geef de formule
t
2
3
4
H
100
200
400
A
H= 100 * 2^t
B
t=100*2^H
C
H=25*2^t
D
t=25*2^H
Slide 29 - Quizvraag
Wat is de toename in de 3e week?
week 1
week 2
week 3
week 4
100
300
375
550
Slide 30 - Open vraag
Wat is het Aantal op dag 3 (t in dagen) Afronden op helen
Aantal=450⋅1,75t
