Nikolaus

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Doelen van deze les:
- Je leert de verschillen kennen tussen Sinterklaas in Nederland en Duitsland én andere Duitstalige landen (Oostenrijk, Zwitserland) = DACH-Länder
- je traint je kijk- en luistervaardigheid in het Duits
- Je leert een aantal nieuwe woorden in het Duits 
rondom het thema Sinterklaas.

Slide 3 - Tekstslide

Nikolaus in den Niederlanden und in Deutschland.
Diese Woche wird der Geburtstag von Sankt Nikolaus gefeiert. Am 5. Dezember findet jedes Jahr in den Niederlanden die Nikolausfeier statt. Auch in Deutschland wird Nikolaus gefeiert. 
In Deutschland feiert man aber nicht am 5. sondern am 6. Dezember. Es gibt viele Ähnlichkeiten (=overeenkomsten) zwischen den Traditionen in den Niederlanden und Deutschland. Kinder halten Ausschau nach(=uitkijken naar) dem Nikolaus. Sie stellen ihre Schuhe vor das Haus und singen, um Geschenke zu bekommen. 
Es gibt aber auch einen großen Unterschied! In den Niederlanden hilft Peter dem Nikolaus. In Deutschland spielen teuflische (duivelse) Wesen die Rolle des Helfers.

Slide 4 - Tekstslide

Nikolaus wird in Deutschland gefeiert am
A
4.Dezember
B
5. Dezember
C
6.Dezember
D
7. Dezember

Slide 5 - Quizvraag

Es gibt wenig Ähnlichkeiten (=overeenkomsten) zwischen den Traditionen in den Niederlanden und Deutschland.
A
richtig
B
falsch

Slide 6 - Quizvraag

In Deutschland stellen Kinder auch ihre Schuhe um Geschenken zu bekommen.
A
richtig
B
falsch

Slide 7 - Quizvraag

Nikolaus heeft verschillende helpers

Krampus, Buttenmandl oder Ruprecht

Slide 8 - Tekstslide

2

Slide 9 - Video

Welke dingen heeft Niklaus altijd bij zich?

Slide 10 - Woordweb

Nikolaus und Knecht Ruprecht
  • in den meisten Teilen Deutschlands (Norden und Mitte)
  • Begleiter des  Nikolaus
  • Ruprecht hatte eine Rute mit
  • Er ist schmutzig und trägt braun oder schwarz
  • Er bestraft böse Kinder, die nicht brav gewesen sind!

Slide 11 - Tekstslide

0

Slide 12 - Video

En zo gaat het er dan aan toe bij een huisbezoek....

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Hoe heet het personage uit de video?
A
Wodan
B
Balder
C
Krampus
D
Nerthus

Slide 15 - Quizvraag

Het is Krampus! Waar komt zijn naam vandaan?
A
Hij heeft altijd last van Hij heeft last van "krampen", daarom maakt hij ook van die rare geluiden.
B
Het is de Germaanse benaming voor "demon"
C
Het is de Oudhoogduitse benaming voor "klauw"
D
Het is de Oostenrijkse benaming voor "Piet"; hij is de knecht van Sinterklaas!

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Video

Krampus wordt omschreven als "Halb Ziege, halb Dämon". Wat betekent dat?
A
Helft geit, voor de helft demon
B
Helft tuig, voor de helft demon
C
Helft gestoorde, voor de helft demon
D
Helft duivel, voor de helft demon

Slide 18 - Quizvraag

Wat doet Krampus volgens de legende met stoute kinderen?
A
Hij neemt ze mee naar Spanje.
B
Hij neemt ze mee, kwelt ze en eet ze op.
C
Hij stopt ze in een mand en verstopt de mand in het bos.
D
Hij straft ze met de roe.

Slide 19 - Quizvraag

Nikolaus und Krampus
  • In der Alpenregion (Österreich+Süddeutschland)
  • Krampus begleitet Nikolaus
  • Die machen Paraden durch die Straßen
  • Eine dämonische Figur
  • Kinder haben Angt vor dem Krampus (viele Eltern auch!)

Slide 20 - Tekstslide

Schokolade
Mandarinen
der Nikolaus
der Sack
die Rute
das Geschenk
der Dezember

Slide 21 - Sleepvraag