Les 13 politiek ideologieën en politieke partijen plus stemwijzer

Politiek: ideologieën en politieke partijen
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute n2Leerroute n3Leerroute n4Leerroute 5

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Politiek: ideologieën en politieke partijen

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van de les 
Weet je wat een politieke partij is.
Weet je welke politieke stromingen er in Nederland zijn.
Weet jij het verschil tussen conservatief en progressief.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wat is een politieke partij?

Slide 4 - Woordweb

Politieke partij: Een organisatie van mensen die ongeveer hetzelfde denken over hoe problemen in de samenleving moeten worden opgelost.

 

Slide 5 - Tekstslide

Politieke partij
Een groep mensen met ongeveer dezelfde ideeën over hoe de samenleving eruit zou moeten zien. 

Slide 6 - Tekstslide

Functies politieke partijen
Integratiefunctie: samenbrengen van politieke wensen tot een samenhangend partijprogramma.
Informatiefunctie: burgers informeren over maatschappelijke vraagstukken en hun standpunten.
Participatiefunctie: burgers actief laten deelnemen aan de politiek.
Selectiefunctie: geschikte mensen zoeken die een politieke functie kunnen vervullen.

Slide 7 - Tekstslide

Niet-democratische partijen
Wijzen een democratische staatsvorm af.
Fascistische / rechts-extremistische partijen.
Sterk nationalistisch.
Doen in Nederland niet mee aan de verkiezingen.

Slide 8 - Tekstslide

one-issuepartij
Stellen één aspect van de samenleving centraal. Bijvoorbeeld:
Partij voor de Dieren.
50PLUS.

Slide 9 - Tekstslide

One-issuepartijen: Politieke partijen die zich richten op één onderwerp of een specifieke doelgroep.

Slide 10 - Tekstslide

Ideologie 
Ideologie: een schets van de ideale samenleving.
Een geheel van waarden waar een politieke stroming zijn keuzes op baseert.

Slide 11 - Tekstslide

Belangrijke stromingen in Nederland:

Liberalisme
Socialisme
Sociaaldemocratie
Christendemocratie

De meeste politieke partijen zijn gebaseerd op een van deze stromingen.

Slide 12 - Tekstslide

Liberalisme

  • Persoonlijke vrijheid
  • Eigen verantwoordelijkheid
  • Zo min mogelijk overheidsbemoeienis
  • VVD, D66

Slide 13 - Tekstslide

Socialisme
  • gelijkheid
  • een actieve overheid

Sociaaldemocratie:

Geleidelijke hervormingen
gelijke kansen
positie van armen verbeteren
PvdA, SP, GroenLinks


Slide 14 - Tekstslide

Christendemocratie
Christendemocratie: Een politieke stroming waarin het geloof centraal staat.
  • normen en waarden van het christendom
  • gezin
  • gespreide verantwoordelijkheid
  • CDA, ChristenUnie, SGP

Slide 15 - Tekstslide

Populisme
Politieke partijen die hun standpunten opstellen aan de hand van gevoelens en opvattingen die onder de bevolking leven.

Slide 16 - Tekstslide

Belangengroep
Groep van mensen die eenzelfde belang delen (werknemersorganisatie, LAKS of ANWB )

Lobbyen: het behartigen van belangen in persoonlijke contacten met politici (wandelgangen)

Slide 17 - Tekstslide

Links en rechts

Slide 18 - Tekstslide

Conservatief en progressief
Conservatief: samenleving behouden of terugbrengen naar vroeger. 

Progressief: Samenleving vernieuwen door te veranderen

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link

Opdracht Stemwijzer
Vul de stemwijzer in op https://jongerenkieswijzer.nl/
Na het invullen van de stemwijzer; 

  1. Ga op onderzoek; welke politieke partij in jou gemeente past het meeste bij jou?
  2. Welke ideologie hoort bij deze partij?
  3. Is deze partij links of rechts?
  4. Is deze partij conservatief of progressief?
  5. Wat vindt jij van de stemwijzer?




Slide 26 - Tekstslide

De PVV wordt vaak genoemd als populistische partij. Waarom is dit, denk je?

Slide 27 - Open vraag

Wat betekent ideologie?

Slide 28 - Open vraag

Wat is een politieke partij?

Slide 29 - Open vraag

Wat is een belangengroep?

Slide 30 - Open vraag

Noem minimaal twee politieke stromingen in Nederland.

Slide 31 - Open vraag

Ben jij meer van de linkse of rechtse partij? Leg je antwoord uit.

Slide 32 - Open vraag

Noem een voordeel en een nadeel van een one-issuepartij

Slide 33 - Open vraag

Wat heb je tijdens deze les geleerd?

Slide 34 - Open vraag