Kerstles B1 2023



Aan welke woorden
denk je
bij Kerstmis?

1 / 44
volgende
Slide 1: Woordweb
NT2MBOStudiejaar 1

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les



Aan welke woorden
denk je
bij Kerstmis?

Slide 1 - Woordweb

- Elk goed geschreven woord = 2 punten.
- Elk goed woord met fouten = 1 punt.
Wat vind je van Kerst?

Slide 2 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat zie je op dit plaatje?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Kijk naar de video 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Kijk nog een keer naar de video en geef antwoord op de vragen. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:24
Wat denk jij? Waarom hebben mensen een kerstboom in huis?

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

00:58
Waarom viel de spar op in de winter?
A
De spar werd groter.
B
De spar werd kaal.
C
De spar bleef groen.

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

01:09
Wat is de datum van de kortste dag van het jaar?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

01:47
de spar
Het lichtfeest
de kerststal
Een nieuw begin

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

02:13
Waar zie je kerstbomen?

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Met Kerst
we
veel lekkere dingen
eten
altijd

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet de woorden in de goede volgorde
en
tussen
vier
kerst
dagen
de jaarwisseling
zitten

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat hoort bij elkaar?

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

9

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:11
Mijn ramen zijn ______________

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

00:14
Waar staat de verwarming op?
A
2
B
8
C
5
D
6

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

00:40
Wat kreeg André Hazes van zijn baas?
A
Een lege fles
B
Een kerstpakket
C
Een flesje wijn
D
Een kerstbal

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

01:05
De maand waarin je overal aan _______________

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

01:12
Dat jij mij nu alleen laat vind ik door en door _________________

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

01:58
Wat doet André Hazes maar?
A
hij gaat vroeg naar bed en legt een foto naast hem neer
B
Hij kijkt veel kerstfilms
C
Hij denkt veel na
D
Hij belt met zijn vrienden

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

03:08
Waarom had André Hazes geen tijd om boos te zijn?
A
Want hij werd alweer verliefd op een ander
B
Want hij moest zijn kerstdiner nog voorbereiden
C
Want "alles ging zo vlug"
D
Want hij moest nog kerstcadeaus kopen

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

03:32
Wat wil hij doen met de kerstslingers?
A
Verscheuren
B
Verbranden
C
Ophangen
D
Uit de boom halen

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

05:40
Welk advies zou jij André Hazes willen geven? Of wat zou je tegen hem willen zeggen?

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Wat is dit?
lezen en schrijven

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Maak een zin in perfectum met deze twee woorden.


lezen en schrijven

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


lezen en schrijven
Wat is dit?

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Maak een zin in perfectum met deze twee woorden.
lezen en schrijven

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


lezen en schrijven
Wat weet je over de kerstman?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Wat zegt de kerstman vaak?
A
Ho ho ho
B
Ha ha ha
C
Hihi hi
D
Hehe he

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


In Nederland zetten wij de schoen,
maar in Amerika hangen ze
. . . . .
A
een sok aan de schoorsteen
B
een spijker in het kozijn
C
een zakje aan de voordeur
D
een doosje in de boom

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Waarmee brengt de kerstman de cadeautjes rond?
A
Op een paard
B
Een arrenslee
C
Met een vliegtuig
D
Een bestelbus

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wie trekken de arrenslee
van de kerstman ?
A
B
C
D

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Waaraan herken je het rendier Rudolf?
A
een gebroken gewei
B
een krulstaart
C
een rode neus
D
grote ogen

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Van welke winkel is deze reclame?

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zeg je 'Vrolijk Kerstfeest' in het Engels?
A
Buon Natale
B
Feliz Navidad
C
Frohe Weihnachten
D
Merry Christmas

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zeg je "Vrolijk Kerstfeest" in jouw taal?

Slide 41 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf een leuke kerstkaart aan jouw klasgenoten

Slide 43 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies