In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Planning: even terug naar H3
Kort bespreken isomeren (op verzoek)
~20 min Aromaten
Uitleg, voorbeeld, oefenen, zelfstandig
~20 min Alkanolen
Uitleg, voorbeeld, oefenen, zelfstandig
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt de systematische naam van aromaten met zijgroepen geven
Je kunt structuurformules van aromaten met zijgroepen tekenen
Je kunt de systematische naam van alkanolen geven
Je kunt structuurformules van alkanolen geven
Slide 2 - Tekstslide
Vraag over isomeren
Deze tellen voor
1 isomeer:
pentaan
Slide 3 - Tekstslide
Vraag; isomeren
Deze tellen voor
1 isomeer:
2-methylbutaan
Slide 4 - Tekstslide
Geef de structuurformule van het laatste isomeer
Slide 5 - Open vraag
Alkenen
Alkenen hebben dubbele bindingen die met jood reageren
Slide 6 - Tekstslide
Benzeen is een uitzondering...
Dubbele bindingen benzeen reageren
niet met jood
Dubbele bindingen benzeen zijn stabiel
Moleculen met benzeenring heten
aromaten
Slide 7 - Tekstslide
Benzeen kan op verschillende manieren worden getekend
Aromaten, zoals benzeen zijn bijzonder stabiel
Slide 8 - Tekstslide
Teken een benzeenring
Slide 9 - Open vraag
Naamgeving aromaten
Stam: benzeen
Zijgroepen: broom (2x)
Posities zijgroepen: 1,2
Naam:
1,2-dibroombenzeen
Slide 10 - Tekstslide
1) De langste koolstofketen
Beweeg met je vinger via atoombindingen van koolstof naar koolstof. Verbind zoveel mogelijk koolstofatomen. Bochten maken is toegestaan, vinger van het papier halen niet. Atomen dubbel bezoeken ook niet. De langste koolstofketen bepaalt de stam van de naam
Slide 11 - Tekstslide
Geef de systematische naam
Slide 12 - Open vraag
Zelfstandig werken (5 min)
H6 1 en 3 maken
Slide 13 - Tekstslide
Maak een foto van vraag 21 en 22
Slide 14 - Open vraag
Alkanolen
Dit is de structuurformule van ethanol
Dit is de alcohol die door mensen
gedronken wordt
Slide 15 - Tekstslide
De hydroxygroep in alkanolen
De hydroxygroep OH is zó belangrijk dat hij met een achtervoegsel wordt aangesproken: -ol
Slide 16 - Tekstslide
Wat is de correcte naamgeving?
A
Hydroxyethaan
B
Ethanol
C
Ethaan-1-ol
D
Ethaan-2-ol
Slide 17 - Quizvraag
Plaatsnummers
1) Plaatsnummers OH-groep(en) zo laag mogelijk
2) Geen OH, maar wel dubbele binding?
Plaatsnummer(s) dubbele binding(en) zo laag mogelijk
3) Geen van beide? Som plaatsnummers met zijgroepen zo laag mogelijk
Slide 18 - Tekstslide
Naamgeving alkanolen
langste keten: but-
Dubbele binding: -een
OH: zo laag mogelijk getal
(in dit geval 1)
methyl, 3 fluoratomen
4,4,4-trifluor-2-methylbut-2-een-1-ol
Slide 19 - Tekstslide
Wat is de correcte naamgeving?
A
4-methylhex-4-en-2-ol
B
3-methylhex-2-en-5-ol
C
1,2-dimethylpent-2-en-4-ol
D
4,5-dimethylpent-4-en-2-ol
Slide 20 - Quizvraag
Zelfstandig werken (5 min)
H6 9, 10 en 11 maken
Slide 21 - Tekstslide
1) De langste koolstofketen
Is de hoofdketen ringvormig? --> 'cyclo' voor de stamnaam
Is de hoofdketen een benzeenring? --> stamnaam is 'benzeen'
Slide 22 - Tekstslide
Wat is hier de stamnaam?
A
But-
B
Hex-
C
Hept-
D
Pent-
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
Stappenplan naamgeving
Vandaag de laatste les over koolstofchemie
Jullie krijgen een stappenplan voor naamgeving
Stappenplan wordt volgend jaar (iets) verder uitgebreid
Maak vooral aantekeningen!
Slide 25 - Tekstslide
Moeilijke! systematische naam van benzeen?
Slide 26 - Open vraag
Maak een foto van vraag 23 en 24
Slide 27 - Open vraag
Systematische naam
Cyclohex-1,3,5-trieen
Vanaf nu: benzeen
Slide 28 - Tekstslide
2) Dubbele bindingen (alkenen)
Dubbele binding(en) aanwezig?
Vervang in de stamnaam '-aan' met '-een'
Meerdere dubbele bindingen? Vergeet telwoord (di, tri,..) niet
Slide 29 - Tekstslide
3) Zijgroepen herkennen
Alles wat niet de hoofdketen is, is automatisch een zijgroep. Zijgroepen krijgen allemaal een voor/achtervoegsel.
De hydroxy-groep (OH) krijgt een achtervoegsel, -ol
Andere zijgroepen een voorvoegsel
Komt de zijgroep meerdere keren voor? Telwoord! (di, tri..)
Slide 30 - Tekstslide
Naamgeving Aromaten
Bij de naamgeving van aromaten is benzeen de stamnaam. Verder hetzelfde als een cycloalkaan
Slide 31 - Tekstslide
Slide 32 - Tekstslide
Wedstrijd
Bedenk de meest complexe structuurformule die je kunt, en geef de systematische naam