SO H4.1 en H4.2 Brief uit de loopgraven (PO)

Brief uit de loopgraven
SO H4.1 en H4.2
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Brief uit de loopgraven
SO H4.1 en H4.2

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

...kan je uitleggen wat loopgraven zijn. (R)
...kan je kenmerken benoemen van het leven in de loopgraaf. (T1)
...kan je je inleven in een soldaat uit de loopgraven. (I)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf een brief uit de loopgraven
Je gaat een brief schrijven over het leven in de loopgraven. 
Jij bent een soldaat aan het front en informeert je familie of geliefde over de dingen die jij daar hebt gezien en/of meemaakt.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?
Van een divisie van 20.000 soldaten stonden omstebeurt ongeveer 2.000 soldaten tegelijkertijd in de voorste linies. 
Een ‘normale’ maand als soldaat zag er zo uit:

4 dagen in de frontlijn
4 dagen in de tweede lijn
8 dagen in de reservelijn (de derde lijn)
14 dagen op rust in het achterland.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?
Het leven in de voorste loopgraaf was heel zwaar en gevaarlijk.
Er waren ook rustigere gedeelten aan het front, maar altijd was er de kans op een vijandelijke aanval. Bijna elke dag waren er korte beschietingen door vijandelijk artillerie en door vijandelijke scherpschutters. Elke keer dat je niet oplette kon worden bestraft met een dodelijk schot. Wat daarbij ook zwaar was, was de onzichtbaarheid van de vijand. De legers lagen zo ingegraven dat de soldaten elkaar niet konden zien.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?
De dagelijkse vijanden van de soldaten in de loopgraven waren:
 kou, gebrek aan slaap en rust, regen, grondwater, modder, stank, honger, dorst en ongedierte. 
Daarnaast gaf de altijd aanwezige angst voor de dood misschien wel de meeste stress in de voorste linies.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?
Soldaten die uit gleden en naast de looproosters [duckboards] terecht kwamen liepen kans te verdrinken in de zuigende modder. 
Uit het gebied van de Somme meldde iemand dat op een nacht 40 Engelse soldaten verdronken in de modder. 
Iemand anders vertelde dat een man 65 uren had vastgezeten in de modder voordat zijn kameraden hem met behulp van touwen konden bevrijden. Hij kwam naakt uit de modder tevoorschijn; zijn kleren en schoenen waren door de zuigkracht in modder achtergebleven. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?
In het najaar en de winter was het soms heel koud:
 aangekleed met alles wat maar warmte kon geven stonden soldaten te wachten in de ochtend tot de zon opkwam. 
Bevriezingsverschijnselen kwamen vaak voor: vingers, neuzen en oren moeten vaak behandeld worden; amputaties kwamen ook voor. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?
Ziekten door vocht, kou en slechte voorzieningen kwamen veel voor: maag – en darmklachten, verkoudheid, bronchitis, longontsteking, bevroren neuzen, tenen en vingers, loopgravenkoorts, loopgraafvoeten (hierdoor moesten voeten en tenen soms geamputeerd worden).


Een soldaat schrijft naar huis: 'Bevroren voeten, verrotte voeten, afgestorven voeten - dagelijks worden de soldaten bij tientallen afgevoerd naar achteren.'

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?
Ook hadden de soldaten veel last van luizen en vlooien, die in het smerige stro van de bedden zaten en op de wekenlang ongewassen lichamen van de soldaten. 
Wassen was een luxe die in de voorste linies zeldzaam was. Soms was er water aangevoerd: 10 liter voor 40 mannen. De laatsten in de rij wasten zich in puur modderwater.


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?
Ratten, soms zo groot als volwassen katten, waren er ook. 
Hoe meer doden er na een mislukte aanval in niemandsland bleven liggen, hoe meer ratten er verschenen in de loopgraven. De ratten aten van de lijken in het niemandsland. 
Vaak werden rattenjachten georganiseerd: bij de Fransen en de Duitsers kreeg je geld voor elke ingeleverde rattenstaart.



Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?
Vliegen waren een veelvoorkomende plaag. 
In het achterland waar duizenden paarden dagelijks veel mest produceerden, maar ook in de frontlijn waar de aasvliegen soms zoveel lawaai maakten dat soldaten het geluid van een aanvliegende granaat niet meer konden horen. 
Iemand telde eens 32 dode vliegen in zijn scheerkom en 72 levende vliegen op zijn arm.




Een gasaanval was de enige mogelijkheid om van het ongedierte af te komen. Maar binnen enkele dagen begon de ellende weer opnieuw.



Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?
Vliegen waren een veelvoorkomende plaag. 
In het achterland waar duizenden paarden dagelijks veel mest produceerden, maar ook in de frontlijn waar de aasvliegen soms zoveel lawaai maakten dat soldaten het geluid van een aanvliegende granaat niet meer konden horen. Iemand telde eens 32 dode vliegen in zijn scheerkom en 72 levende vliegen op zijn arm.

Een gasaanval was de enige mogelijkheid om van alle vieze dieren af te komen. Maar binnen enkele dagen begon de ellende weer opnieuw.



Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?
's Nachts werd het eten in de voorste linies aangevoerd. 
Eten dat bijna altijd koud was: koude soep, bedekt met gestold vet, brood dat meestal dagen oud was en bij het vervoeren vaak vies geworden was. Toch werd het eten opgegeten want niemand wist hoe lang er moest worden gewacht op het volgende eten.
Drinkwater was in de voorste linies weinig beschikbaar en werd maar af en toe aangevoerd in lege petroleumblikken. Soms was aanvoer van drinkwater niet mogelijk en hadden de soldaten verschrikkelijk dorst. 



Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het leven in de loopgraven?
Sommige soldaten kregen door al deze ellende last van shell shock. Hiermee werd bedoeld dingen als geheugenvelies, blindheid en verlammingsverschijnselen en gehoorsproblemen, spraakstoornissen, oververmoeidheid geïrriteerdheid, slapeloosheid of hoofdpijn. De oorzaken hiervoor waren vooral de zware fysieke en psychische druk. 
Tijdens de Eerste Wereldoorlog was hier weinig begrip voor. Patiënten werden vaak al lafaards gezien en ook zo behandeld. De militaire rechtbank veroordeelde zelfs soldaten met shell shock tot de doodstraf. 




Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Informatie
Bekijk de fragmenten uit de film 1917, en maak aantekeningen.
 Verder kun ook je de informatie uit H4.1 en H4.2 uit je boek gebruiken.

Slide 25 - Tekstslide

Kijkminuten film 1917:
1.00-26.00
55.00-58.30
1.16.30-1.20.00
1.27.30-1.43.10

Hoe schrijf je de brief?
  • Je schrijft de brief met de hand. Er waren toen nog geen computers...
  • Het moet duidelijk zijn welke nationaliteit jij hebt
  • Gebruik een passende aanhef en een passende afsluiting
  • En op welke datum de brief is geschreven
  • Er moeten minimaal 4 situaties in staan die te maken hebben met het leven in de loopgraven
  • Vertel hoe jij alles beleeft, je gevoel erbij
  • Let op je spelling, je mag natuurlijk het woordenboek gebruiken


Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies