basiszorg 1 les1

Basiszorg 1
les 1

Devina Gudde
gudded@talnet.nl
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 75 min

Onderdelen in deze les

Basiszorg 1
les 1

Devina Gudde
gudded@talnet.nl

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
De student kan aan het eind van de les benoemen wat voor aspecten onder ADL zorg valt. 
De student kan min. 2 voorbeelden noemen van uiterlijke en persoonlijke verzorging
De student kan min. 3 aandachtspunten benoemen bij het wassen van een zorgvrager.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw lessen
- VPP: Maartje en Serge 2x per week
VPT: Devina 3x per week 


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ADL

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ADL
De handelingen die mensen in het dagelijks/gewone leven
uitvoeren zoals:...........

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Per week een ander onderwerp
vandaag -> wassen en aankleden
Morgen: -> Methodisch handelen

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel persoonlijke verzorging
Het doel van de hygiënische verzorging is een bijdrage te leveren aan het optimaal functioneren van de mens, zowel  lichamelijk, sociaal als psychisch.

Wat bedoelen ze hiermee?

Slide 8 - Tekstslide

Kan student dit uitleggen?

pers. verzorging is alles wat je doet om jezelf schoon en verzorgd aan de buitenwereld te presenteren.
Men wil zich graag schoon, fris en zeker van zichzelf voelen.

Lichamelijk functioneren
Een goede hygiëne heeft een gunstige invloed op de gezondheid van het lichaam. Het helpt bij het goed functioneren van het lichaam. 

Sociaal functioneren
De zelfzorg kan van invloed zijn op de omgang met anderen. Iemand die fris ruikt zal door de meeste mensen positief gewaardeerd worden, maar een zwerver die zich wekenlang niet heeft gewassen, zal in een volle treincoupé geen geliefd gezelschap zijn.

Psychisch welbevinden
Na een wasbeurt voelen mensen zich ook vaak geestelijk opgeknapt. Zelfs aan zeer zieke mensen is te merken dat ze zich na een wasbeurt fitter voelen.
Sociaal

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lichamelijk

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Psychisch

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfzorgtekorten
Jouw taken en acties sluiten precies aan bij de zelfzorgtekorten van de zv. Belangrijk dat je de zorg coördineert en evalueert met anderen.


Oorzaken zelfzorgtekort:
Vaardigheidstekort
Motivatietekort
Kennistekort
Wat willen bovenstaande punten zeggen?

Slide 12 - Tekstslide

O
Uitgangspunten bij het wassen
Bij iedere wasbeurt gelden de volgende twee uitgangspunten:
  • werk van boven naar beneden
  • werk van schoon naar vuil

Denk je dat dit altijd mogelijk is ?
Zo nee, wanneer niet?



Slide 13 - Tekstslide

Soms is dit niet mogelijk, wees dan extra attent op de hygiëne, bijvoorbeeld door extra handdoeken en washandjes te gebruiken. 

Bijv. Niet mogelijk als iemand incontinent en bed bevuild is. Dan start je vaak eerst met het wassen van het onderlichaam en verschoon je het bed.
Hoe kan je je voorbereiden op het wassen van een zorgvrager?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Voorkennis activeren
Waar denk je aan bij “het wassen van de zorgvrager”?

Denk aan:
  • benodigdheden
  • jouw (beroeps)houding
  • verpleegkundige aandachtspunten 
  • observatiepunten




Slide 15 - Tekstslide

(Mogelijke) Werkvormen
via: padlet: https://padlet.com/j_ideler/mx7yflnl61psa9hw
Laat even weten, deel ik het met je

Of 

Hang een grote flap aan de muur en deel post-its uit. Laat student op elke post-it zijn naam zetten. Per onderwerp gebruikt student een andere post-it. (Dus 4 post-its aan student geven.) Student hangt zijn post-it onder het juiste punt.

Dit bespreken, dan heb je  de meeste theorie (slides) besproken. 
Studenten kunnen de slides zelfstandig doornemen.

Wel het wassen van de genitaliën bespreken


Obervatiepunten
  • verbaal en non-verbaal gedrag van de zorgvrager;
  • toestand van de huid, bijvoorbeeld allergieën, bultjes of ontstekingen;
  • kleur van de huid, bijvoorbeeld bleek of juist rood, verkleuring naar geel of blauw, pigmentveranderingen;
  • elasticiteit van de huid (turgor);
  • algemene conditie, bijvoorbeeld beweeglijkheid, vermoeidheid en pijn.




Slide 16 - Tekstslide

alles wat jij observeert is vaak gevoelige en vaak intieme informatie. Ga er professioneel mee om!
Wassen op verschillende manieren
  • Liggend / zittend op bed
  • Aan de wastafel
  • Onder de douche
  • In bad
  • douchebrancard

**Met of zonder handschoenen wassen?



Slide 17 - Tekstslide

Zie filmpjes op www.samenbeterthuis.nl -> verzorgen. Hier staan 3 filmpjes op van wassen van de zv

Verzorgend wassen = ofwel wassen met wasdoekjes
Verzorgend wassen, of wassen-zonder-water, wordt gedaan met geïmpregneerde washandjes of -doekjes. Deze manier van wassen is minder belastend voor cliënten, en ook beter voor de huid. Daarnaast heeft het ook voordelen voor zorgmedewerkers.
Wasdoekjes
In plaats van washandjes en water wordt er steeds meer gebruikgemaakt van wasdoekjes. Uit een onderzoek bleek dat het wassen zonder water van zorgvragers in ziekenhuizen en verpleeghuizen zo veel voordelen bood dat het gebruik van wasdoekjes waarschijnlijk flink stijgt in de toekomst.
Zo zou de fysieke belasting bij het gebruik van wasdoekjes tot wel 25% minder zijn dan bij een wasbeurt met een waskom. Daarnaast worden zorgvragers, tijdens de wasbeurt, minder belast. 
Vier vroegere handelingen (zeep aanbrengen, naspoelen, drogen, en insmeren met lotion) worden met de doekjes in één keer gedaan. Hierdoor duurt een wasbeurt geen 20 tot 25 minuten meer, maar nog slechts 12 tot 15 minuten. Daarnaast wordt door het gebruik van de wasdoekjes ook nog het risico op kruisbesmetting geminimaliseerd.

Handschoenen? Volgens WIP (Wereld Infectie Preventie) niet nodig, mits je niet in aanraking komt met lichaamsvochten.

Voorbereiding
Verdiep je in de zorgvrager en diens zorgbehoefte (inschatting tijd)
Zorg dat je alle spullen bij de hand hebt
Werk hygienisch
Zorg voor voldoende privacy
Licht de zorgvrager altijd in wat je gaat doen!
Is er een aandoening waarbij je niet goed weet wat je moet doen?
Kijk naar de dagbesteding van de zorgvrager- conditie
Laat de zorgvrager de regie behouden (zelfredzaam)

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Filmpje + opdracht
Je gaat zo een filmpje bekijken van een Zorgvrager die op bed gewassen word. 

Wat vind je goed gaan?
Wat zou de verpleegkundige anders kunnen doen? 
Stel dat de zorgvrager geen pop was ;) 
Wat is voor jou als verpleegkundige dan belangrijk om te doen?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan- en uitkleden van de zorgvrager
Regel aan- en uitkleden van een zorgvrager met een aangedane zijde

Bij het aankleden:
Eerst de aangedane arm en aangedane been aankleden.


Bij het uitkleden:
Eerst de gezonde arm of been uitkleden, daarna de aangedane kant.


Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aandachtspunten
  • Je houdt rekening met de wensen, gewoonten en gebruiken van de zorgvrager
  • Je benadert de zorgvrager respectvol. Je laat de zv zoveel mogelijk zelf beslissen
  • Je stimuleert de zorgvrager zichzelf aan te kleden. Adviseer over evt. hulpmiddelen
  • Je kunt advies geven aan de zorgvrager over de juiste kledingkeuze passende bij hun handicap, gezondheidstoestand

Slide 21 - Tekstslide

De kleding moet makkelijk aan te trekken zijn, bijvoorbeeld door een elastieken band, makkelijke sluitingen en rekbare stof.
De kleding moet makkelijk te wassen zijn 
De kleding moet veel vocht opnemen en warm of juist koel aanvoelen

Zorgvragers die veel transpireren, bijvoorbeeld omdat zij koorts hebben, kunnen het best kleding van natuurlijke stoffen (katoen, linnen) dragen. Natuurlijke stoffen nemen vocht op en geven koelte. Ze zijn ook makkelijk wasbaar.
Zorgvragers met besmettelijke aandoeningen of met minder weerstand tegen infecties, adviseer je katoen of linnen te dragen.
Katoen en linnen zijn op hoge temperaturen wasbaar, waardoor bacteriën gedood worden.
Een gemakkelijk zittende pyjama, soms met een vestje of trui erover, kun je adviseren aan bedlegerige zorgvragers. 

Kleding
Als verpleegkundige adviseer je soms de zorgvrager hoe ze hun kleding kunnen aanpassen aan hun handicap / gezondheidstoestand.

Wat voor kleding adviseer je een zorgvrager die koorts heeft en veel transpireert? Waarom?

Wat voor kleding adviseer je een zorgvrager die op bed ligt?  Waarom?

Slide 22 - Tekstslide

De kleding moet makkelijk aan te trekken zijn, bijvoorbeeld door een elastieken band, makkelijke sluitingen en rekbare stof.
De kleding moet makkelijk te wassen zijn 
De kleding moet veel vocht opnemen en warm of juist koel aanvoelen

Zorgvragers die veel transpireren, bijvoorbeeld omdat zij koorts hebben, kunnen het best kleding van natuurlijke stoffen (katoen, linnen) dragen. Natuurlijke stoffen nemen vocht op en geven koelte. Ze zijn ook makkelijk wasbaar.
Zorgvragers met besmettelijke aandoeningen of met mindere weerstand tegen infecties, adviseer je katoen of linnen te dragen.
Katoen en linnen zijn op hoge temperaturen wasbaar, waardoor worden bacteriën gedood .
Een gemakkelijk zittende pyjama, joggingsbroek met t-shirt soms met een vestje of trui erover, kun je adviseren aan bedlegerige zorgvragers. 

Methodisch werken

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Methodisch werken is  
een vaste, doordachte manier van werken om een bepaald doel te bereiken

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken van methodisch werken
  • Doelgericht gericht op ondersteuningsdoelen
  • Planmatig werken volgens afgesproken stappen en werkwijze, meestal via een protocol
  • Procesmatig een vaste openvolging van stappen
  • Bewust dus voortdurend nadenken en keuzes maken in je ondersteuning

Het is een voortdurend proces.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fasen in methodisch werken
Fase 1 Voorbereiden
Stap 1: informatie verzamelen, anamnese voeren
Stap 2: Wensen, behoeften en problemen vaststellen
Stap 3: Doelen formuleren
Stap 4: Activiteiten vaststellen en plannen

Fase 2 Uitvoering
Stap 5: Geplande activiteiten uitvoeren en begeleiding bieden

Fase 3 Afrondingsfase
Stap 6: Evalueren, reflecteren op het eigen handelen en zo nodig bijstellen van de zorg

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 1 gegevens verzamelen

Anamnese
observeren
Verschil subjectief en objectief?

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 2 Vaststellen van wensen, behoefte en problemen

Duidelijk krijgen wat een zorvrager wilt en nodig heeft

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 3 Doelen vaststellen
Concreet:
Wat wil de zorgvrager en welke mogelijkheden heeft hij?
Welke financiële mogelijkheden en welke indicaties zijn er?
Wat is de expertise van de zorgprofessional?

Doelen SMART formuleren

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 4: vaststellen en plannen van activiteiten
Aan de hand van de doelen bepaal je de activiteiten samen met de zorgvrager.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 5 Uitvoeren van de ondersteuning

ondersteuning bieden volgens zorgplan
rapporteren van de observaties, signalen en handelingen.
de voortgang wordt ook benoemd.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 6 evalueren en bijstellen
Evalueren, reflecteren op het eigen handelen en zo nodig bijstellen van de zorg

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voordelen methodisch werken
  • de kans op fouten neemt af omdat je vooruit kijkt
  • zowel een ander als jijzelf weet wat er verwacht mag worden
  • je eigen handelen kan beter geëvalueerd worden om, als het nodig is, het handelen te verbeteren
  • anderen krijgen een duidelijker beeld van wat jij doet en wil gaan doen

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
5:00

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies