2 KGT Hoofdstuk 3 oppervlakte figuren

Hoofdstuk 3 
Oppervlakte 
Driehoek
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
wiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 3 
Oppervlakte 
Driehoek

Slide 1 - Tekstslide

leerdoelen vorige les
Je kunt de formule van het berekenen van de oppervlakte van een driehoek toepassen.

Oppervlakte driehoek = 
0,5 x zijde x bijbehorende hoogte

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

leerdoelen

Ik kan oppervlakte eenheden omrekenen.
Ik kan de oppervlakte van rechthoek en een samengesteld figuur berekenen.
Ik kan de oppervlakte van een driehoek berekenen door er een rechthoek omheen te tekenen.

Slide 4 - Tekstslide

Oppervlakte
aanpak:

Slide 5 - Tekstslide

oppervlakte middelste figuur in vierkante centimeters

Slide 6 - Open vraag

oppervlakte rechterfiguur in vierkante centimeters

Slide 7 - Open vraag


Oppervlakte rechthoek
= lengte x breedte
= 3 x 5 = 15 

Omtrek rechthoek = 
lengte van de zijden bij elkaar
= 3 + 3 + 5 + 5 = 16 cm
cm2

Slide 8 - Tekstslide

Oppervlakte driehoek

Teken een rechthoek om de driehoek.

(netjes met potlood en liniaal)

Noem de laatste rechthoek N.

1

Hoe bereken je oppervlakte van een rechthoek?

Oppervlakte rechthoek = lengte x breedte

Oppervlakte KLMN = 2 x 4 = 8 cm²

2

De helft van de rechthoek is de oppervlakte van de driehoek.

Oppervlakte driehoek = oppervlakte rechthoek : 2

Oppervlakte KLM = 8  : 2 = 4 cm²

3

Formule oppervlakte driehoek

Oppervlakte driehoek =  lengte x breedte : 2

Oppervlakte driehoek = zijde x bijb. hoogte : 2

4

Slide 9 - Tekstslide

oppervlakte
1: teken een rechthoek om de driehoek
2: bereken de oppervlakte van de rechthoek
3: deel dit door 2

Slide 10 - Tekstslide

Een driehoek is precies de ........... van de rechthoek
A
Kwart
B
Driekwart
C
Helft
D
De andere helft

Slide 11 - Quizvraag

Als je een rechthoek precies om een driehoek tekent, is de oppervlakte van de driehoek...
A
altijd de helft van de rechthoek
B
altijd het dubbele van de rechthoek
C
A en B zijn waar
D
A en B zijn niet waar

Slide 12 - Quizvraag

zelfstandig werken

maak nu maak nu van 5.2 opdracht 15 , 18, 19, 20 en 21 tot en met 24 en van 5.3 opdracht 28 en 29
kijk zorgvuldig na en plaats foto's in mijnschrift

nog vragen of samen oefenen? blijf dan in de online les, anders mag je de les verlaten


timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide