• Niet schelden of andere nare opmerkingen maken. We noemen elkaar bij de eigen naam.
• We zorgen netjes voor onze schoolspullen en hebben die altijd bij ons.
• Als je spullen leent bij iemand, geef je deze ook netjes en compleet terug.
• Blijf van elkaar en elkaars spullen af.
• We luisteren naar elkaar en laten elkaar uitpraten.
• Als je iets wilt zeggen, steek je je hand op.
• Zorg ervoor dat je op tijd bent. Je komt het lokaal binnen, gaat zitten en pakt je spullen op tafel.
• We gaan op een normale manier met elkaar om.
• Als er iets is, of niet lekker loopt, praat je met de mentor/docent/klasgenoot.
• Heb respect voor elkaar en respecteer elkaars grenzen.
• Let op elkaar, help elkaar waar nodig.
• Indien nodig, vraag altijd hulp aan een docent.
• Niet met spullen/eten gooien.
• We maken geen foto’s of filmpjes van elkaar.
• Tijdens de lessen gebruik je niet zonder toestemming je telefoon.