Chapter 4 Going Green E Grammar

Chapter 4
Lesson 1
Chapter 4 
Going Green 
Grammar (E)
Reflexive Pronouns
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Chapter 4
Lesson 1
Chapter 4 
Going Green 
Grammar (E)
Reflexive Pronouns

Slide 1 - Tekstslide

Today's lesson
  • Readtheory.org - 10 min
  • Chapter 4 - SE Chapter
  • Going green - what do you know?
  • Watching exercise
  • Getting Started
  • B Theme words  
  • Check homework 24A+B
  • Grammar 10A: Reflexive Pronouns
  • Homework
Today's Lesson

Slide 2 - Tekstslide

Exercise 3a
  1. me
  2. your
  3. they
  4. them
  5. they
  6. you
  7. she
  8. him
  9. us 
Exercise 24a (page 25)

Slide 3 - Tekstslide

Exercise 3a
  1. me
  2. your
  3. they
  4. them
  5. they
  6. you
  7. she
  8. him
  9. us 
Exercise 24b (page 25)

Slide 4 - Tekstslide

Ex 1/2/3 - p. 12/13
(or online)

Exercise 3 - Pronouns -->

Done? 
Theme words ex 10 up to 17
p. 16
E Writing and Grammar
Lees het verhaal door en let vooral op de dikgedrukte woorden in de tekst. Op de volgende dia krijg je hier een opdracht over.

Slide 5 - Tekstslide

De dikgedrukte woorden uit de vorige tekst worden 'reflexive pronouns' genoemd. Koppel het juiste antwoord aan de zin:
self of selves
het onderwerp
Reflexive pronouns eindigen altijd met
Reflexive pronouns gaan altijd over _________ in de zin.

Slide 6 - Sleepvraag

Match nu de personal pronouns met de juiste reflexive pronoun
Themselves
Ourselves
Yourselves
Itself
Herself
Himself
Myself
Yourself
I
You
He
She
It
We
You (meervoud)
They

Slide 7 - Sleepvraag

Slide 8 - Video

Ex 1/2/3 - p. 12/13
(or online)

Exercise 3 - Pronouns -->

Done? 
Theme words ex 10 up to 17
p. 16
Grammar 10a - Reflexive pronouns
  • In het NL: Wederkerende voornaamwoorden.
     
  • Gebruik je wanneer je refereert aan het onderwerp van de zin:
  • Ik keek naar mezelf in de spiegel - I looked at myself in the mirror.
     
  • Het onderwerp van de zin bepaalt welk voornaamwoord je gebruikt.

Slide 9 - Tekstslide

Ex 1/2/3 - p. 12/13
(or online)

Exercise 3 - Pronouns -->

Done? 
Theme words ex 10 up to 17
p. 16
Grammar 10a - Reflexive pronouns
Refers to the subject
-self or -selves (enkelvoud en meervoud)

Examples:
Harry saw himself in the water.
Stacy told herself to relax.
The class felt really good about themselves.
myself
you (jij)
yourself
he 
himself
she
herself
it 
itself
we
ourselves
you (jullie)
yourselves
they
themselves

Slide 10 - Tekstslide

Ex 1/2/3 - p. 12/13
(or online)

Exercise 3 - Pronouns -->

Done? 
Theme words ex 10 up to 17
p. 16
Grammar 10b - Each other
  • Refers to the subject
     
  • Susan and Rachel are looking at each other.
  • The cars crashed into each other.
  • Each other means: elkaar

Slide 11 - Tekstslide

Ex 1/2/3 - p. 12/13
(or online)

Exercise 3 - Pronouns -->

Done? 
Theme words ex 10 up to 17
p. 16
E Writing and Grammar - page 28
  • Ga nu aan de slag met oefening 29a (blz. 29)
  • Let op: je moet eerst het onderwerp van de zin onderstrepen.
  • Maak oefening 31a+b+c (blz. 30)
  • Ga dan naar Stepping Stones Online > Chapter 4 > Slim Stampen > Grammar 10A+B
     
Klaar? Slim stampen Chapter 4 > Vocabulary A/B/C

timer
20:00

Slide 12 - Tekstslide

Homework
DO
  • Maken oef 29, 31a+b+C (blz. 29+30)
  • Stepping Stones Online > Slim stampen Chapter 4 > grammar 10+B
     
STUDY
Theme Words Chapter 4 (blz. 50)


Slide 13 - Tekstslide