1VPb - §1.4 Tsunami

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat is er op de foto gebeurd?

Slide 2 - Open vraag

 §1.4 Tsunami

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je weet wat een tsunami is en wat de gevolgen van tsunami's kunnen zijn.
  • Je begrijpt hoe tsunami's ontstaan en waarom de gevolgen verschillen.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

11 maart 2011

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

voor
na

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Opdracht:
We kijken zo een videofragment.
Noteer in je schrift, op basis van de video, in minimaal 3 stappen hoe een tsunami ontstaat.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Tsunami: sleep de juiste omschrijvingen in de afbeelding
ondiepe kust: afnemende snelheid, hogere golf
onderzeese aardbeving (zeebeving)
golven, zeer hoge snelheid. Tot 800 km/uur

Slide 12 - Sleepvraag

Hoe ontstaan tsunami's?
1. Beving in de oceaanbodem; deze beving start de vloedgolf als het ware op.

2. De golven gaan richting de ondiepe kustzone ➙ 'grondeffect
 ↳ De voorkant van de golf wordt door  de oplopende bodem geremd, terwijl de achterkant van           de golf nog de volledige snelheid heeft

3. Het klimmen van de golf veroorzaakt zuiging aan de voorkant waardoor de kustlijn zich in korte tijd ver terugtrekt.


Slide 13 - Tekstslide

De gevolgen voor de bewoners
- Huizen worden vernield 
- Overstromingen
- Branden
- Dieren / mensen overlijden
- Mensen worden vermist

Slide 14 - Tekstslide

Aan de slag
  • Huiswerk: maak  opdrachten 2, 3, 6, 7,8  van paragraaf 1.4

Slide 15 - Tekstslide

Nu... 
  • Weet je wat een tsunami is en wat de gevolgen van tsunami's kunnen zijn.
  • Begrijp je hoe tsunami's ontstaan en waarom de gevolgen verschillen.

Slide 16 - Tekstslide

Wat is een tsunami?
A
Een golf
B
Hoge vloedgolf op zee die de kust overspoelt en die wordt veroorzaakt door een zeebeving.
C
Een aardbeving onderwater
D
Een hoge vloedgolf ontstaan door hele harde wind op zee.

Slide 17 - Quizvraag

Voor een tsunami heb je nodig ...
A
een aardbeving in de zeebodem en een diepe kust
B
een aardbeving in de zeebodem en een ondiepe kust
C
een aardbeving op land en een diepe zee
D
een aardbeving op land en een ondiepe zee

Slide 18 - Quizvraag

Hoe kan het dat een tsunami zo hoog wordt?
A
Het water gaat weg bij de kust
B
Het water wordt naar beneden getrokken
C
Het water wordt omhoog geduwd door de kust
D
Het water wordt in de lucht geschoten door de zeebeving

Slide 19 - Quizvraag

Wat gebeurt er met een tsunami in de ondiepe kustzone?
A
De tsunami wordt groter én de snelheid neemt af
B
De tsunami wordt groter én de snelheid neemt toe
C
De tsunami wordt kleiner én de snelheid neemt af
D
De tsunami wordt kleiner én de snelheid neemt toe

Slide 20 - Quizvraag

Ik weet nu alles van tsunami's
A
JA!
B
NEE!
C
IK HEB NOG EEN VRAAG!

Slide 21 - Quizvraag