Vraag BE Rijprocedure Hoofdstuk 3

Waar moet bij he wegrijden rekening houden ?
A
Er geen directe hinder voor het overige verkeer
B
Er geen directe hinder voor het overige verkeer en enige hinder niet altijd voorkomen kan worden
C
Door de grote van het voertuig zoveel mogelijk hinder voor het overige verkeer veroorzaken
1 / 6
volgende
Slide 1: Quizvraag

In deze les zitten 6 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Waar moet bij he wegrijden rekening houden ?
A
Er geen directe hinder voor het overige verkeer
B
Er geen directe hinder voor het overige verkeer en enige hinder niet altijd voorkomen kan worden
C
Door de grote van het voertuig zoveel mogelijk hinder voor het overige verkeer veroorzaken

Slide 1 - Quizvraag

Wat kan er gebeurt er en controleer je tijdens het wegrijden aan je aanhanger ?
A
Aanhanger begint te remmen
B
Aanhanger kan losbreken
C
Aanhanger kan uitzwenken uit zodra je weg rijdt

Slide 2 - Quizvraag

Waar moet je rekening mee houden wat betreft je plaats op weg ?
1. Na het wegrijden de juiste plaats op de rijbaan innemen
2. Vloeiende lijn aanhouden
3. Passeren van een obstakel beperkte ruimte aanwezig kan zijn.
4. Rekening houden draaicirkel en de lengte van de voertuigcombinatie.
A
Alle stellingen zijn juist
B
Alle stellingen zijn onjuist

Slide 3 - Quizvraag

Welke factor beinvloed je snelheid van je voertuigcombinatie?
A
Massa van de voertuigcombinatie.
B
Het uitzicht om de voertuigcombinatie
C
De bandenspanning van de aanhanger

Slide 4 - Quizvraag

Wat is en waarom moet je tijdens het wegrijden rekening houden met andere weggebruikers ?
A
Fietsers en bromfietsers rijden vaak instabiel.
B
Fietsers en bromfietsers rijden halen links en rechts in.
C
Fietsers en bromfietsers letten weinig op.

Slide 5 - Quizvraag

Waar moet tijdens het wegrijden goed opletten ?
A
Dat je ramen goed schoon zijn
B
Dat je niet telefoneert en youtube filmpje zit te kijken
C
Vooruit kijken en in beide spiegels

Slide 6 - Quizvraag