Verschillende Families.
1 / 29
Lesduur is: 20 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Hoe heten mensen die GEEN broer of zus hebben?
A
Enig kind.
B
Enig kimd.
C
Veel broers.
D
Veel zussen.
Slide 2 - Quizvraag
Maria woont in het grootste gezin van Nederland.
Slide 3 - Open vraag
Wat is het grootste gezin van Nederland?
A
Het gezin van Lucas van Buuren.
B
Het gezin van Mary Onderstal.
C
Het gezin van Jip Janzen.
D
Het gezin van Emma de Jang.
Slide 4 - Quizvraag
De Familie Buddenbruck heeft 14 kinderen.
Slide 5 - Open vraag
Waarom waren de gezinnen vroeger groter.
A
Er waren geen kinderziektes.
B
De pastoor wou geen zielen op aarde.
C
Ze hadden er geen hulp aan.
D
Ze zorgden voor elkaar.
Slide 6 - Quizvraag
Waarom waren de gezinnen van vroeger groter?
A
Er waren geen kinderziektes.
B
Ze zorgden voor elkaar.
C
De pastoor wou geen zielen op aarde.
D
Ze hadden alleen maar irritaties aan elkaar.
Slide 7 - Quizvraag
Welke kleur was de salon van moeder Buddenbruck?
A
Oranje.
B
Rood.
C
Roze.
D
Blauw.
Slide 8 - Quizvraag
Mary Onderstal had een man met de naam Berend.
Slide 9 - Open vraag
Waar of niet waar: Sara is geen enig kind.
Slide 10 - Open vraag
Hoe heet een kind met alleen een vader of moeder?
A
Düner kind.
B
Donor kebab.
C
Dernerner kind.
D
Donor kind.
Slide 11 - Quizvraag
Hoeveel interviews hebben Sara en Feline gedaan?
A
8.
B
23.
C
4.
D
3.
Slide 12 - Quizvraag
Welke dieren renden weg?
A
De hamsters.
B
De honden.
C
De katten.
D
De varkens
Slide 13 - Quizvraag
Wat is een eenoudergezin?
A
Een gezin waarin een ouder het kind/kinderen opvoedt.
B
Een gezin zonder kind/kinderen.
C
Een gezin met alleen maar meisjes.
D
Een gezin waarin de grootouders ook meedoen in de opvoeding.
Slide 14 - Quizvraag
Wat is een voordeel van enig kind zijn (volgens onderzoek)?
A
Ze kunnen zich beter concentreren.
B
Ze kunnen sneller lopen.
C
Ze kunnen beter tekenen.
D
Ze zijn heel sociaal.
Slide 15 - Quizvraag
Hoe noem je de situatie waarin beide ouders nieuwe partners hebben en samen een groot gezin vormen?
A
Nesting.
B
Nieuwsamengesteldgezin.
C
Samengesteldgezin.
D
Kerngezin.
Slide 16 - Quizvraag
Waar of niet waar: In China groeiden veel kinderen op als enig kind vanwege de eenkindpolitiek.
A
Waar
B
Niet waar.
Slide 17 - Quizvraag
Enig kinderen zijn vaker creatief omdat ze veel tijd alleen doorbrengen.
A
Niet waar.
B
Waar.
Slide 18 - Quizvraag
Enig kinderen hebben minder vrienden dan kinderen met broers en zussen.
Slide 19 - Open vraag
Wat is een veelgehoorde misvatting over enig kinderen?
A
Ze zijn altijd verlegen.
B
Ze hebben meer fantasie.
C
Ze zijn verwend.
D
Ze kunnen niet zelfstandig zijn.
Slide 20 - Quizvraag
Hoe heet het als gescheiden ouders ervoor kiezen in hetzelfde huis te blijven wonen om hun kinderen meer ruimte geven?
A
Nesting.
B
Parallel ouderschap.
C
Samengesteld Co-ouderschap.
Slide 21 - Quizvraag
Hoeveel kinderen moet een gezin minimaal hebben om als "groot gezin" te worden beschouwd?
A
3.
B
8.
C
4.
D
2.
Slide 22 - Quizvraag
Wat is een veelvoorkomende manier om een rustige plek te vinden in een groot gezin?
A
Op het aanrecht in de keuken.
B
Op je bed liggen in je kamer.
C
Verstoppen in de wasmand.
D
Doen alsof je op het toilet zit.
Slide 23 - Quizvraag
Wat is de kans dat iedereen uit een groot gezin op tijd klaar is om weg te gaan?
A
90%.
B
50%.
C
100%.
D
0%.
Slide 24 - Quizvraag
Is het Waar of Niet Waar: Grote gezinnen hebben gemiddeld minder huishoudelijke taken dan kleine gezinnen.
Slide 25 - Woordweb
In een groot gezin is de oudste altijd de baas over de jongere broertjes en zusjes.
A
Niet waar.
B
Waar.
Slide 26 - Quizvraag
Wat gebeurt er als de wifi uitvalt in een groot gezin?
A
Iedereen leest een mooi boek.
B
Paniek breekt uit en iedereen schreeuwt en schiet in paniek.
C
Niemand merkt het.
D
Iedereen gaat buiten spelen.
Slide 27 - Quizvraag
Vonden jullie de presentatie met LessonUp leuk?
