Hoge luchtdrukgebied (maximum) Hoge druk = dalende lucht
Symbool op de kaart = H
Welk weertype hoort bij H?
- lucht daalt dus geen bewolking
- warm in de zomer
- koud in de winter
Lage luchtdrukgebied (depressie
Lage druk = stijgende lucht
Symbool op de kaart = L
Welk weertype hoort bij L?
- lucht stijgt op dus wolken
- kans op neerslag
- koel in de zomer
- zacht in de winter