H7.3: De Planeten
1 / 15
Lesduur is: 11 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Dit is de volgorde van ons zonnestelsel. Ze werden allemaal ongeveer op het zelfde moment geboren. Toch is er maar op een heel klein deel daarvan leven ontstaan. Dat komt omdat alleen de aarde en mars in de goudlokjeszone liggen (oftewel de leefbare zone).
Bespreek met de leerlingen in deze slide welke planeten te warm en te koud zijn en waarom.
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat geeft de astronomische eenheid aan?
De afstand van Mars tot de zon is 1,5 AE.
De afstand van Mars tot de zon is 1,5 AE.
A
Mars staat dichterbij de zon dan de aarde.
B
Mars staat net zo dichtbij de zon als de aarde.
C
De omlooptijd van Mars is korter dan die van de aarde.
D
De omlooptijd van Mars is langer dan die van de aarde.
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
1AE betekend:
1 astronomische eenheid
1 astronomische eenheid
A
waar
B
niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Het heelal bestaat uit een vacuüm. Wat is een vacuüm?
A
atmosfeer
B
lege ruimte
C
zuurstof
D
stikstof
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Als de zon plotseling zou ophouden met schijnen. Hoe lang duurt het voordat het op aarde donker wordt?
A
5 seconden
B
8 minuten
C
7 uur
D
1 dag
Slide 10 - Quizvraag
Licht vinden wij heel normaal maar is dat absoluut niet. Eeuwenlang hebben mensen nagedacht over de vraag wat licht nu
eigenlijk is. Christiaan Huygens (1629-1695) dacht dat licht een
golfverschijnsel was. Isaac Newton (1642-1727) meende dat licht
uit deeltjes bestond. Tegenwoordig weten we dat ze allebei een
beetje gelijk hadden.
Licht is een vorm van energie in de vorm van elektromagnetische straling (het is een golf). Het bestaat uit energiepakketjes
die we lichtkwanten noemen (het is dus ook een deeltje).
Als elektromagnetische straling plant licht zich in vacuüm
(luchtledig, zoals in het heelal) voort als golf met een snelheid
van 300.000 km/sec (heel precies: 299.792,458 km/sec). Door
lucht en water blijft de snelheid gelijk maar legt het licht langs
de lucht- en waterdeeltjes een langere weg af
De atmosfeer is
A
De luchtlaag om de aarde
B
Het wolkendek om de aarde
C
Het broeikaseffect in de aarde
D
Het condensatieproces in de lucht
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de atmosfeer?
A
Een onzichtbare luchtlaag om het heelal.
B
Een onzichtbare luchtlaag om de aarde.
C
Een wolkenlaag in de lucht.
D
Dit is de opwarming van de aarde.
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de functie van de dampkring?
(er zijn meerdere antwoorden goed)
(er zijn meerdere antwoorden goed)
A
Scheiding heelal
B
Bescherming van schadelijke straling
C
Zonder atmosfeer is er geen leven op aarde mogelijk.
D
Houdt onze planeet op een comfortabele temperatuur.
Slide 13 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Rondom de planeten kan zich een laag gassen bevinden: een atmosfeer. Wat is er daarbuiten in het heelal?
A
Zuurstof
B
Gewone lucht
C
Vacuüm
D
Stikstof
Slide 14 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Over welke planeet gaat de volgende uitspraak:
De atmosfeer bestaat voor 96% uit CO2
De atmosfeer bestaat voor 96% uit CO2
A
Aarde
B
Venus
C
Mars
Slide 15 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
