Herhaling H4 Grenzeloos Europa Par 4.1 t/m 4.4

Herhaling H4 Grenzeloos Europa 
Paragraaf  4.1 t/m 4.4
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Herhaling H4 Grenzeloos Europa 
Paragraaf  4.1 t/m 4.4

Slide 1 - Tekstslide

Wat geeft de letter D aan?
A
Historische binnenstad
B
CBD
C
Oude woonwijk
D
Oude woonwijk na 1945

Slide 2 - Quizvraag

Wat geeft de letter A aan?
A
Historische binnenstad
B
CBD
C
Oude woonwijk
D
Oude woonwijk na 1945

Slide 3 - Quizvraag

Wanneer werd de Berlijnse muur gebouwd?
A
1963
B
1962
C
1961
D
1960

Slide 4 - Quizvraag

Wanneer was de val van de Berlijnse muur?
A
1990
B
1989
C
1988
D
1987

Slide 5 - Quizvraag

Bekijk de foto. Welk begrip uit paragraaf 1 past bij deze foto?

Slide 6 - Open vraag

In welk deel vind vooral gentrificatie plaats?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 7 - Quizvraag

Waarom was er pas na de val van de muur sprake van suburbanisatie?

Slide 8 - Open vraag

Re - Urbanisatie is...
A
Als mensen van stad naar platteland gaan
B
Als mensen van platteland naar stad gaan
C
Als mensen verhuizen naar een ander land
D
Als mensen na lange tijd weer terug gaan naar de stad

Slide 9 - Quizvraag

Welke 3 sectoren groeide vooral na WO II?
A
Auto, landbouw en chemische industrie
B
Auto, chemische en elektronica industrie
C
Landbouw, chemische en elektronica industrie

Slide 10 - Quizvraag

Wat is een hightechindustrie?
A
Een plek van waaruit auto onderdelen worden verspreid
B
Een bedrijventerrein
C
Industrie waarvoor hoogstaande technische kennis nodig is en hoogopgeleiden
D
Industrie waar alleen maar robots in werken

Slide 11 - Quizvraag

Wat betekent agglomeratievoordeel?

Slide 12 - Open vraag

Wat is een multinationale onderneming ( multinational) ?

Slide 13 - Open vraag

Wat is het Ruhrgebied?
A
Groot gebied met veel auto industrie
B
Groot gebied met mijnen en staalfabrieken
C
Groot gebied met veel landbouw
D
Groot gebied met veel hoofdkantoren van banken

Slide 14 - Quizvraag

Waarom gingen de mijnen en staalfabrieken in het Ruhrgebied na 1960 sluiten?

Slide 15 - Open vraag

Zuid - Duitsland
Noordoost-Duitsland
bevolkingsafname
bevolkingsgroei
hightechindustrie
hoge werkloosheid
hoogwaardige dienstverlening
vroeger communisme
Munchen

Slide 16 - Sleepvraag

In het Ruhrgebied is nu veel stedelijke vernieuwing, zoals zwembaden, musea en evenementen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Noem 3 doelen van de EU?

Slide 18 - Open vraag

Noem 3 voordelen van de EU

Slide 19 - Open vraag

Noem 3 nadelen van de EU

Slide 20 - Open vraag

1957
1986
2004
Hongarije
Italië 
Litouwen
Nederland
Polen
Portugal
Spanje

Slide 21 - Sleepvraag

Waarom konden landen uit oost - Europa pas na 2004 aansluiten bij de Europese Unie?

Slide 22 - Open vraag

Welk deel van de EU heeft een lage welvaart?
A
Oost en Noord Europa
B
Oost en zuid Europa
C
West en Noord Europa
D
Noord en zuid Europa

Slide 23 - Quizvraag

Wat is emigratie
A
Vestigen in een gebied
B
Vertrekken uit een gebied

Slide 24 - Quizvraag

Welk deel van de EU heeft een hoge welvaart?
A
Zuid en noord
B
Noord en west
C
Oost en West
D
Noord en Oost

Slide 25 - Quizvraag

Wie vetrekken vooral uit Oost - Europa en gaan naar West - Europa

Slide 26 - Open vraag

Noem 2 gevolgen van de emigratie van Oost- naar West Europa

Slide 27 - Open vraag

Wat betekent Fort Europa

Slide 28 - Open vraag

Noem 2 redenen waarom migranten naar Europa willen komen

Slide 29 - Open vraag

Arbeidsmigranten die buiten de EU wonen kunnen makkelijk Europa in
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quizvraag

Wat is een kennismigrant? Leg uit

Slide 31 - Open vraag

Wat zijn politieke vluchtelingen?
A
Mensen die door de politiek worden weggestuurd.
B
Mensen die nog moeten leren wat politiek is.
C
Mensen die voor de politiek werken en dit in het buitenland moeten doen.
D
Mensen die door oorlog hun land ontvluchten

Slide 32 - Quizvraag

Economische vluchteling
A
Mensen die vluchten omdat er oorlog in hun land is
B
Mensen die vluchten op zoek naar een beter bestaan
C
Mensen die vluchten met de boot
D
Mensen die om politieke redenen vluchten

Slide 33 - Quizvraag

Ontheemden ..
A
vluchteling binnen eigen land
B
vluchteling die naar buitenland vlucht
C
mensen zonder huis
D
Mensen die vluchten voor een betere welvaart

Slide 34 - Quizvraag

Er komen vooral veel ontheemden naar Europa toe.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quizvraag

Een Koerdische familie in Irak wil aan IS ontkomen en trekt naar het noorden van Irak.
A
Arbeidsmigrant
B
Kennismigrant
C
Ontheemde
D
Vluchteling

Slide 36 - Quizvraag

Een man uit Bulgarije verhuist naar Nederland om daar in de bouw te gaan werken.
A
Ontheemde
B
Kennismigrant
C
Arbeidsmigrant
D
Vluchteling

Slide 37 - Quizvraag

Een man uit China wil naar Duitsland verhuizen om daar als hartchirurg te gaan werken in een Duits ziekenhuis
A
Ontheemde
B
Arbeidsmigrant
C
Vluchteling
D
Kennismigrant

Slide 38 - Quizvraag

Een man uit Bulgarije verhuist naar Nederland om daar in de bouw te gaan werken.
A
Ontheemde
B
Kennismigrant
C
Arbeidsmigrant
D
Vluchteling

Slide 39 - Quizvraag

Een man uit China wil naar Duitsland verhuizen om daar als hartchirurg te gaan werken in een Duits ziekenhuis
A
Ontheemde
B
Arbeidsmigrant
C
Vluchteling
D
Kennismigrant

Slide 40 - Quizvraag