Maak in tweetallen de opdrachten op blz 151 (vwo blz 163) van je werkboek en vul deze in de volgende slides in.
Slide 7 - Tekstslide
1. Bekijk afb.1 en V001. Op dit schilderij van Pieter Bruegel is het een vrolijke bedoening. Noem drie aspecten van de voorstelling die deze vrolijkheid weergeven.
Slide 8 - Open vraag
2. Bekijk afb.1 en V001. Op dit schilderij van Pieter Bruegel is het een vrolijke bedoening. Noem twee aspecten van de vormgeving die deze vrolijkheid ondersteunen.
Slide 9 - Open vraag
3. Bekijk afb.1. Dit schilderij maakt een ruimtelijke indruk. Noem drie technieken voor ruimtesuggesties waarmee de schilder dit heeft bereikt
Slide 10 - Open vraag
4. Bekijk afb.1 en V001. Bruegel weet op dit schilderij te bereiken dat wij als kijker betrokken worden bij het tafereel. Noem twee manieren waarop hij dit heeft gedaan.
Slide 11 - Open vraag
5. Bekijk afb.2. Op het schilderij van Von Werefkin is lijnperspectief toegepast. Toch zijn er in het schilderij aspecten die de ruimtesuggestie tegengaan. Noem er twee.