1 M4 Drama theorie: Spelgegevens en Expressie

Welkom M4
Kunst Drama 2024-2025
Les 1
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
DramaMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Welkom M4
Kunst Drama 2024-2025
Les 1

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

Leerdoelen

  • Je kent de basisbegrippen (non-verbale en verbale uitingsmogelijkheden, 5 w's/spelgegevens) en kunt deze toepassen op een examenvraag
  • Je weet hoe een examenvraag eruit ziet 
  • Je weet hoe je een examenvraag kan oplossen

Slide 5 - Tekstslide

Theatrale middelen
  • Spelgegevens (5 W's)
  • Mise en Scene
  • Theatervormgevingsmiddelen

Slide 6 - Tekstslide

Spelgegevens
Spelgegevens / 5 W’s:
Rol - Wie
Actie en verhaal - Wat
Motief - Waarom
Ruimte/plaats - Waar
Tijd - Wanneer
= basisaspecten van een speelverhaal of scene


Slide 7 - Tekstslide

Verbale 
expressie met stem:
  • accent
  • klemtoon (nadruk)
  • pauzering
  • tempo
  • toonhoogte
  • volume
  • woordkeuze
Non-verbale expressie met het gebruik van het lichaam:
  • Mimiek
  • Gebaren
  • Bewegingen
  • Lichaamshouding
  • Handeling

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Spelgegevens
Wie 
Wat 
Waar
Wanneer
Waarom

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Spelgegevens
Wie: Sneeuwwitje en boze stiefmoeder
Wat: Vlucht voor boze stiefmoeder
Waar: Het bos
Waarom: Stiefmoeder wil haar vermoorden, 
omdat zij de mooiste wil zijn.
Wanneer: Middeleeuwen
Niet:
Wie: Sanne uit klas 2W
Wat: speelt een toneelstuk
Waar: op het podium van de schouwburg
Waarom: Omdat ze op toneel zit
Wanneer: Zaterdag om 20.00 uur


Slide 12 - Tekstslide

Verbale 
expressie met stem:
  • accent
  • klemtoon (nadruk)
  • pauzering
  • tempo
  • toonhoogte
  • volume
  • woordkeuze
Non-verbale expressie met het gebruik van het lichaam:
  • Handeling
  • Mimiek
  • Gebaren
  • Bewegingen
  • LichaamsHouding

Slide 13 - Tekstslide

Het lichaam als instrument
Als acteur kun je non-verbale expressie inzetten.

Deze dingen zijn voor iedere acteur uniek, maar zijn wel getraind om ervoor te kunnen zorgen dat de acteur zijn personage zo precies mogelijk kan spelen.

Slide 14 - Tekstslide

Non-verbale expressie: houding
Bij het beschrijven van de houding zeg je alleen wat je ziet, zonder dit te interpreteren.
Bijvoorbeeld: De vrouw zit rechtop in de stoel, terwijl de man rechtop staat en schuin in de camera kijkt.
En niet: Cercei Lannister kijkt arrogant, terwijl haar broer onzeker kijkt.

Slide 15 - Tekstslide

Non-verbale expressie: Mimiek
Betekent gezichtsuitdrukking. Ook dit beschrijf je door te zeggen wat je ziet zonder interpretatie.
Dus: De man kijkt fronsend in de camera.
En niet: Louis van Gaal is geïrriteerd omdat de pers niet luistert.

Slide 16 - Tekstslide

Non-verbale expressie: Beweging
Bij het beschrijven van bewegingen kun je het hebben over:
- zijn de bewegingen groot of klein?
- het tempo / ritme van de beweging
- zit er herhaling in?
- zijn de bewegingen synchroon? (tegelijk)
Ook hier weer alleen beschrijven wat je ziet en niet interpreteren!

Slide 17 - Tekstslide

Verbale expressie: Stem
De stem van de acteur is heel bepalend voor een personage.
Beschrijf bij de stem hoe deze klinkt.
- het volume
- de toonhoogte
- kenmerk, zoals kraak in de stem ipv schor
Ook dit beschrijf je zonder te interpreteren.

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht 1: begrippen examen
  • Neem de begrippen van het examen uit 2024 en de lijst met basisbegrippen door. Bedenk goed welke je nog niet begrijpt. Zet hier een streepje voor, dan weet je dat je deze nog extra goed moet leren.
  • Dit jaar zullen alle basisbegrippen behoorlijk snel langskomen. Zorg er dus voor dat je zelf goed de begrippen bijhoudt.
  • Deze begrippen zijn de basis voor het CSE!


Slide 19 - Tekstslide

Opdracht 1: analyse

Bekijk de openingsscene van de voorsteling Citizen K. van Sadettin Kirmiziyüz

https://npo.nl/start/serie/citizen-k/seizoen-1/citizen-k/afspelen

Beschrijf:
  • de non-verbale expressie van het lichaam (mimiek, gebaren, houding) van 1 personage
  • de verbale expressie van de stem (stemgebruik, taalgebruik) van hetzelfde personage
  • vul vervolgens de spelgegevens 5 W’s in over de scene (maak conflict hierin zichtbaar)



Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Huiswerk
Afmaken praktische opdracht

Start volgende les: korte presentaties

Slide 22 - Tekstslide

Noem drie dingen die je vandaag hebt geleerd

Slide 23 - Open vraag

Noem twee dingen waar je nog een vraag over hebet

Slide 24 - Open vraag

Noem 1 ding wat je graag nog wilt herhalen in de volgende les

Slide 25 - Open vraag

Volgende week
Drama en film
Alle begrippen over film!
Oefenen examenvragen

Slide 26 - Tekstslide