Gehandicaptenzorg: doelgroepen

Cliënten in de gehandicaptenzorg
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 8 videos.

Onderdelen in deze les

Cliënten in de gehandicaptenzorg

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stoornis, beperking, handicap
Stoornis = als een orgaan of lichaamsfunctie ontbreekt, afwijkingen vertoont, of beschadigd is. 

Beperking = de moeilijkheden die iemand heeft met het uitvoeren van activiteiten. Een beperking kan het gevolg zijn van een stoornis. 

Handicap = een nadelige positie van iemand met een beperking in de maatschappij. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer spreken we van een stoornis?
A
Als er sprake is van een participatieprobleem
B
Als iemand niet mobiel is
C
Als iemand niet voor zichzelf kan zorgen
D
Bij verlies of afwijking van de anatomische structuur of een fysiologische afwijking

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lichte verstandelijke beperking
Matige verstandelijke beperking
Ernstige verstandelijke beperking
Diepe verstandelijke beperking
IQ lager dan 20/25

IQ tussen de 35/40 en 50/55
IQ tussen de 50-55 en 70
IQ tussen de 20/25 en 35/40
Vergelijkbare leeftijd 1 jr en 8 mnd tot 3 jr en 6 mnd
Vergelijkbare leeftijd tussen 3,5 en 6 jr
Vergelijkbare leeftijd tussen 6 en 12 jr
Vergelijkbare leeftijd tot 1 jr.

Slide 22 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1800 - 1850
Voor 1841 werden mensen met een beperking gezien als gekken, idioten en dwaas. 

In 1841 werd de krankzinnigenwet aangenomen. 

In 1994 werd de wet BOPZ in het leven geroepen. 

Slide 25 - Tekstslide

1841 krankzinnigenwet: Hierdoor werd zwakzinnigheid voor het eerst als ziekte gezien ook zo behandeld. Deze wet maakte het mogelijk om mensen gedwongen op te nemen; de wet beschermde de maatschappij tegen afwijkend gedrag, maar beschermde de patiënt nog niet.  

In 1994 werd de wet BOPZ (bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen) in het leven geroepen. Hierin staat de rechten van de patiënt tijdens een onvrijwillige opname.

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waar kan je werken?
Bij instellingen die ondersteuning bieden bij persoonlijke verzorging, wonen, dagbesteding of vrije tijd.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Belangrijkste taken?
- Je helpt ondersteuningsplannen opstellen
- Je ondersteunt en begeleidt cliënten bij het ontwikkelen en behouden van vaardigheden
- Je helpt bij de persoonlijke verzorging
- Je reageert adequaat bij crisissituaties
- Je communiceert met alle betrokkenen.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snoezelen
Wat is snoezelen? 
  • Kalmerende activiteit
  • Belevingsgericht
  • Prikkelt de zintuigen

En voor wie? 
  • Verstandelijke beperking of ouderen met dementie

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Video

Deze slide heeft geen instructies