2v chap 3, vendredi, le 15 janvier 21 ex 23 24 25 ab 26ab 27abc aanw vnw

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Programme du cours

doel: jij kent de aanwijzend vnw  en jij kan die gebruiken

-Rappel des adjectifs démonstratifs + quiz

- Questions / réponses

- quiz

- 2 nouveaux verbes vouloir et pouvoir

- faire les exercices en ligne 23 24 25ab 

Welke vormen van het aanwijzend voornaamwoord heb je in het Nederlands?

Een aanwijzend voornaamwoord is..:

1. mon/ma/mes
2. le/la/les
3. ce/cet/cette/ces
4. un/une/des

vul de vier vormen van het aanwijzend voornaamwoord in in het Frans

het aanwijzend voornaamwoord voor een woord in het meervoud is:

Vul de juiste vorm in van het aanwijzend voornaamwoord:
… amie

Vul de juiste vorm in van het aanwijzend voornaamwoord:
… ami

Vul de juiste vorm in van het aanwijzend voornaamwoord:
… hôtels

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ homme

1. ce
2. cette
3. ces
4. cet

gebruik het juiste aanwijzend voornaamwoord.....soir...

1. ce
2. cet
3. ces

Welk aanwijzend voornaamwoord komt in deze zin:
" tu vois ....... garçons?"

1. ce
2. cet
3. cette
4. ces

lire le vocabulaire AB p 128

après ... quiz ....

Hoe zeg je in het Frans:
Dat is niet duur.

Hoe zeg je in het Frans:
Welke maat heb je?

Hoe zeg je in het Frans:
Hoe vind je deze blauwe spijkerbroek?

Hoe zeg je in het Frans:
shoppen

1. avoir les magasins
2. faire du shopping

Hoe zeg je in het Frans:
Dat is lollig!

1. C'est rigolo !
2. C'est drôle !

Hoe zeg je in het Frans:
Ik heb mijn zakgeld nodig.

1. J'ai mon argent de poche.
2. J'ai besoin de mon argent de poche.

faire en ligne les exercices 23a 24 25 ab

apprendre E (woorden+zinnen) + AB (herhalen=réviser)