3.3 Chili klimaten

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Klimaten

Chili is een erg lang en smal land in Zuid-Amerika.

Klimaten:

1. Droge klimaten in het noorden (BS en BW)
2. Mediterraan klimaat  (Cs)
3. Zeeklimaat in het zuiden (Cf)
4. Hooggebergteklimaat in de Andes (EH)

De les begint bijna...

• Leg je boeken op tafel.
• Als de timer afgaat, is iedereen stil.

Lesagenda

1. In stilte lezen (Boek of 3.3)
2. Terugblik
   
3. Aantekeningen §3.3
4. Opdracht
5. Afsluiting
   

Leerdoelen:
Je kunt....

• uitleggen welke factoren van invloed zijn op het klimaat van Chili

Even checken wat jullie nog weten van §3.1 en §3.2

Welk type vulkaan komt in Chili vooral voor?

1. Stratovulkaan
2. Schildvulkaan
3. Caldeira vulkaan
4. Hotspot

Welk type vulkaan zie je op de afbeelding?

1. Stratovulkaan
2. Schildvulkaan
3. Caldeira vulkaan
4. Hotspot

Welke begrip heeft niet met aardbevingen te maken in Chili?

1. Convergentie
2. Jong gebergte
3. Oud gebergte
4. Subductie

Is de vulkaan op de afbeelding een explosieve of effusieve vulkaan?

1. Explosief
2. Effusief

Welk begrip hoort bij cijfer 2 op de afbeelding?

1. Aardkorst
2. (Aard)mantel
3. Convectiestroom
4. Kern

Wat voor soort gesteente zie je op de afbeelding?

1. Stollingsgesteente
2. Sedimentsgesteente
3. Metamorfgesteente
4. Mineraalgesteente

Welke stelling is juist?

1. Bij hotspots ontstaan meestal caldeira vulkanen.
2. Bij schildvulkanen kan ook sprake zijn van pyroclastische stromen.
3. Metamorf gesteente ontstaat door vulkanisme.
4. Een verstopte kraterpijp is een oorzaak van explosieve vulkaanuitbarstingen.

§3.3 Chili klimaten

B37 Luchtstreken

B35 draaiing van de aarde

• Aarde draait in 1 jaar om de zon (seizoenen) 
• Aarde draait dagelijks om eigen as (dag/nacht)       

Het ontstaan van de seizoenen begrijp ik wel.

1. Ja
2. Nee

Welk klimaat heeft Nederland?

1. Cs
2. Cf
3. Df
4. Dw

B37 Temperatuurfactoren

1. Breedteligging: hoe verder van de evenaar hoe kouder.
   
2. Hoogteligging: hoe hoger, hoe kouder.
   
3. Ligging ten opzichte van de zee: hoe verder van zee, hoe warmer in de zomer en hoe kouder in de winter.
   
4. Aanvoer van koude of warmte van elders door wind of zeestromen.
   
5. Ligging van gebergten: wel of geen beschutte ligging.
   

Opdracht

• Wat?        Maken: §3.3, opdr. 1 tot en met 4
• Hoe?       In je werkboek
• Tijd?        Zie timer
• Klaar?     Afronden samenvatting 3.2 -> samenvatting 3.1

Ik wil

uitleg & dan zelfstandig werken

3.3 samenvatten & daarna de opdrachten maken

Droogte in Chili

Atacama woestijn veroorzaakt door:

1. Het subtropische gebied van hoge luchtdruk boven de Grote Oceaan
   
2. De Humboldtstroom
   
3. Het Andesgebergte
   

1. Hoge luchtdruk boven de Grote Oceaan:

• subtropisch maximum / hogedrukgebied tussen 25 en 45° Z.B.
• dalende lucht warmt op →  meer waterdamp → geen neerslag

2. Humboldstroom

• koude zeestroom
• lucht erboven koelt af  → geen verdamping → geen regen

3. Andes

• Stuwingsregens in Argentinië
• Chili ligt in regenschaduw

Andesgebergte -> stuwingsneerslag

Opdracht

• Wat?        Maken: §3.3, opdr. 1 tot en met 4
• Hoe?       In je werkboek
• Tijd?        Zie timer
• Klaar?     Afronden samenvatting 3.2