Talent brugklas H2.4 Schrijven en formuleren, zakelijke brief

Een zakelijke brief schrijven
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1-3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Een zakelijke brief schrijven

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van de les:
- weet je wat een zakelijke brief is
- weet je de vaste volgorde van de zakelijke brief.
- Kun je de onderdelen van een zakelijke brief in de juiste       
   volgorde zetten. 



Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Formele taal

Formele taal is een naam voor taal die je gebruikt in serieuze situaties. 
Het is een beetje ‘stijf’. Je gebruikt het als je praat of schrijft met mensen die je niet zo goed kent of met mensen die wat belangrijker zijn. Je gedraagt je netter en je gebruikt ook wat nettere taal. 

Slide 4 - Tekstslide

Informele taal
Informele taal is taal die je gebruikt in minder serieuze situaties. Het is ‘losser’. Je gebruikt het als je praat met je vader of moeder of als je een berichtje schrijft naar een vriend of een klasgenoot. Let op: informeel betekent niet dat je meer fouten mag maken. Je gebruikt alleen wat eenvoudigere woorden, die lijken op de taal die je spreekt.

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeelden

Slide 6 - Tekstslide

Wat is een zakelijke brief?
Dit zijn officiële brieven en e-mails zoals:

- Sollicitatiebrief 
- Klachtenbrief
of e-mail
- Officiële uitnodiging
- verzoek (bv. toestemming vragen)

Slide 7 - Tekstslide

Opbouw van zakelijke brief

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Opbouw zakelijke brief
Jouw adres
Plaats, datum
Adres geadresseerde,
 Aanhef,
Inhoud - inleiding
Inhoud - kern,
Inhoud - slot,
Afsluiting,
Handtekening
Let op: witregels tussen elk onderdeel, hoofdletters en leestekens



Slide 10 - Tekstslide

Begin met je eigen adres
Sanne van Leeuwen
Kastanjelaan 34
2043 AB Leiden

Slide 11 - Tekstslide

Plaatsnaam en datum

Slide 12 - Tekstslide

Adresgegevens geadresseerde:

Slide 13 - Tekstslide

Aanhef

Slide 14 - Tekstslide

Inhoud brief

Slide 15 - Tekstslide

Afsluiting

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag
  • maak eerst opdracht 7;
  • lees nu de tekst over woordkeus variëren bovenaan blz. 95;
  • maak opdracht 9;
  • lees de schrijftaak op blz. 96;
  • maak opdracht 12 t/m 14.

Slide 17 - Tekstslide

Wat hoort bij een zakelijke brief?
A
informele taal
B
formele taal

Slide 18 - Quizvraag

een voorbeeld van een informele brief is :
A
briefje aan je moeder
B
een klachtenbrief
C
een boodschappenbriefje
D
een sollicitatiebrief

Slide 19 - Quizvraag

Wat hoort bij informele taal?
A
Het gebruik van het woord je
B
Het gebruik van het woord u

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Sleepvraag

Hoe eindig je een zakelijke brief?
A
Met vriendelijke groet,
B
Groetjes

Slide 22 - Quizvraag

Opdracht.
Je gaat nu zelfstandig aan de slag met  de quest Organiseer een plasticvrij Feest!

Slide 23 - Tekstslide

2 dingen die ik deze les heb geleerd:

Slide 24 - Open vraag

2 dingen die ik leuk vond of die goed gingen:

Slide 25 - Open vraag

1 ding waar ik nog een vraag over heb:

Slide 26 - Open vraag