Deutschlandquiz
1 / 30
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welke landen grenzen er aan Duitsland?
A
Frankrijk, Rusland, Hongarije
B
Denemarken, Italië, Rusland
C
Tsjechië, België, Denemarken
D
Alle bovengenoemde landen
Slide 2 - Quizvraag
Hoeveel inwoners heeft Duitsland
ongeveer?
ongeveer?
A
83 miljoen
B
67 miljoen
C
46 miljoen
D
60 miljoen
Slide 3 - Quizvraag
ZWART
ROOD
GEEL (GOUD)
Sleep de juiste vlagkleur naar de juiste plek:
BOVENAAN=
MIDDEN=
ONDERAAN=
Slide 4 - Sleepvraag
Hoeveel Bundesländer heeft Duitsland?
A
9
B
12
C
13
D
16
Slide 5 - Quizvraag
Welk Bundesland is het grootst?
A
Baden-Württemberg
B
Bayern
C
Niedersachsen
D
Nordrhein-Westfalen
Slide 6 - Quizvraag
Welke stad ligt niet aan de Rhein?
A
Frankfurt
B
Koblenz
C
Köln
D
Wesel
Slide 7 - Quizvraag
Met welk liedje won Duitsland het songfestival?
A
Atemlos durch die Nacht
B
Ein bisschen Frieden
C
99 Luftballons
D
Warum?
Slide 8 - Quizvraag
In welke stad staat deze kerk?
A
Berlin
B
Bonn
C
Köln
D
München
Slide 9 - Quizvraag
Hoe heet het gebouw waar het Duitse parlement zitting houdt?
A
Bundestag
B
Charlottenburg
C
Reichstag
D
Sanssouci
Slide 10 - Quizvraag
Wanneer is de nationale feestdag in Duitsland?
A
1 mei
B
2 november
C
3 oktober
D
4 juli
Slide 11 - Quizvraag
Wat vieren de Duitsers op 1 mei?
A
Tag der Arbeit
B
Oktoberfest
C
Königstag
D
Ostern
Slide 12 - Quizvraag
Hoe heet deze bekende Duitse taart?
A
Sachertorte
B
Apfelstrudel
C
Kaiserschmarrn
D
Schwarzwälder Kirsch
Slide 13 - Quizvraag
In welke maand vindt het Oktoberfest plaats?
Slide 14 - Open vraag
Wat is het Duitse woord voor
autosnelweg?
autosnelweg?
A
Autoweg
B
Autobahn
C
Autofahrt
D
Autoreise
Slide 15 - Quizvraag
Welke tekst zit niet in het Duitse volkslied?
A
Deutschland, Deutschland über alles
B
Meine Heimat, schönes
Deutschland
C
Alle Menschen werden Brüder
D
Deutsche Frauen, deutsche Treue
Slide 16 - Quizvraag
In welke stad is de grootste Duitse haven?
A
Bremen
B
Frankfurt
C
Kiel
D
Hamburg
Slide 17 - Quizvraag
Wat is het Duitse woord voor een afrit?
A
Abfahrt
B
Wegfahrt
C
Ausfahrt
D
Zufahrt
Slide 18 - Quizvraag
Hoe heet hoogste de Duitse voetbalcompetitie?
Slide 19 - Open vraag
Welke Duitse broers zijn verantwoordelijk voor vele internationaal bekende sprookjes?
(1 woord noteren, alleen de achternaam)
(1 woord noteren, alleen de achternaam)
Slide 20 - Open vraag
Welk bekend Duits snoepmerk werd bedacht door meneer Hans Riegel uit Bonn?
Slide 21 - Open vraag
Welk merk sportschoen is ontwikkeld door Rudolf Dassler?
A
Adidas
B
Nike
C
Puma
D
Reebok
Slide 22 - Quizvraag
Welk apparaat is door de ingenieur Konrad Zuse uitgevonden?
A
computer
B
rekenmachine
C
televisie
D
zendmast
Slide 23 - Quizvraag
Hoeveel procent van de Duitse bevolking eet geen vlees?
A
2%
B
5%
C
7%
D
10%
Slide 24 - Quizvraag
Hoe lang is Angela Merkel Bundeskanzlerin van Duitsland
A
8 jaar
B
12 jaar
C
16 jaar
D
20 jaar
Slide 25 - Quizvraag
Hoe hard mag je in Duitsland rijden als er geen snelheidsborden langs de weg staan?
A
120 km/u
B
130 km/u
C
200 km/u
D
zo hard als je wilt
Slide 26 - Quizvraag
Wat is de afkorting van de hogesnelheidstrein in/naar Duitsland?
Slide 27 - Open vraag
Met welke woord groet men elkaar in Beieren en Oostenrijk?
A
Servus
B
Tschau
C
Moin
D
Hallo
Slide 28 - Quizvraag
Wat is 'nasynchroniseren'?
A
Het na-apen dat kleine Duitse kinderen doen
B
Het na een dag skiën na-borrelen op de piste
C
Het met een Duitse stem inspreken van Engelse films
D
Het nablijven als je straf hebt op een Duitse school
Slide 29 - Quizvraag
Wat is in Duitsland het hoogste (beste) cijfer dat je op school kunt halen?
( Noteer alleen het cijfer)
( Noteer alleen het cijfer)
